In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 13 december 2024, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had beroep ingesteld omdat de Dienst Toeslagen niet tijdig had beslist op haar bezwaar van 22 mei 2023 tegen de definitieve beschikking compensatie kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden. Eiseres had verweerder op 23 november 2023 in gebreke gesteld, maar het beroep werd pas op 8 oktober 2024 ingediend. De rechtbank oordeelde dat verweerder alsnog een besluit moet nemen, met een uiterlijke datum van 24 juli 2025. Tevens is er een dwangsom van € 50,- per dag opgelegd voor elke dag dat verweerder deze termijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op een vergoeding van de proceskosten, vastgesteld op € 437,50, en het betaalde griffierecht van € 51,- moet door verweerder worden vergoed. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om in beroep te gaan bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.