ECLI:NL:RBMNE:2025:1660
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.R. van Es – de Vries
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van een handhavingsverzoek met betrekking tot bestrijdingsmiddelen in Natura 2000-gebieden
In deze zaak heeft de Vereniging Meten=Weten een handhavingsverzoek ingediend bij het college van gedeputeerde staten van de provincie Flevoland, waarin zij verzocht om het gebruik van veertien stoffen in bestrijdingsmiddelen niet langer toe te staan, omdat dit in strijd zou zijn met artikel 6, tweede lid van de Habitatrichtlijn. Het college heeft echter niet tijdig gereageerd, waarna Meten=Weten beroep heeft ingesteld tegen het niet (tijdig) nemen van een besluit. Uiteindelijk heeft het college het verzoek afgewezen, maar Meten=Weten heeft bezwaar gemaakt tegen deze afwijzing. De bezwarencommissie adviseerde om het bezwaar niet-ontvankelijk te verklaren, wat het college ook deed in een besluit van 29 mei 2024.
De rechtbank heeft de zaak behandeld en geconcludeerd dat het handhavingsverzoek van Meten=Weten te algemeen en onbepaald was geformuleerd, waardoor het niet als een aanvraag kon worden aangemerkt. De rechtbank oordeelde dat de reactie van het college op het verzoek geen besluit was, en dat het college het bezwaar van Meten=Weten terecht niet-ontvankelijk had verklaard, zij het op onjuiste gronden. De rechtbank heeft het beroep van Meten=Weten gegrond verklaard, maar de rechtsgevolgen van het bestreden besluit in stand gelaten, wat betekent dat Meten=Weten inhoudelijk geen gelijk kreeg.
De rechtbank heeft het college veroordeeld in de proceskosten van Meten=Weten en bepaald dat het college het door Meten=Weten betaalde griffierecht vergoedt. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 14 april 2025.