In deze zaak heeft eiser beroep ingesteld tegen de Dienst Toeslagen, omdat deze niet tijdig heeft beslist op zijn bezwaren tegen de definitieve beschikkingen met betrekking tot de compensatie kinderopvangtoeslag en tegemoetkoming opzet/grove schuld. Eiser had op 28 juni 2023 bezwaren ingediend, maar de Dienst Toeslagen heeft pas op 29 januari 2025 een verweerschrift ingediend. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden en dat eiser terecht beroep heeft ingesteld. De rechtbank heeft bepaald dat de Dienst Toeslagen alsnog binnen twee weken na de uitspraak een besluit moet nemen. In deze zaak is ook een dwangsom van € 50,- per dag opgelegd voor elke dag dat de Dienst Toeslagen de termijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Eiser heeft recht op een vergoeding van de proceskosten, die door de Dienst Toeslagen moet worden betaald, en het betaalde griffierecht moet ook worden vergoed. De uitspraak is gedaan op 17 maart 2025 en is openbaar uitgesproken.