In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 21 maart 2025, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had beroep ingesteld omdat de Dienst Toeslagen niet tijdig had beslist op haar bezwaar van 27 juni 2024 tegen de definitieve beschikking compensatie kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden. Eiseres had verweerder in gebreke gesteld op 9 december 2024, en het beroep is ingediend op 8 februari 2025, meer dan twee weken na deze ingebrekestelling. De rechtbank heeft bepaald dat verweerder alsnog een besluit moet nemen, met een uiterlijke datum van 27 november 2025. Tevens is er een dwangsom van € 50,- per dag opgelegd voor elke dag dat deze termijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op een vergoeding van de proceskosten, die is vastgesteld op € 453,50, en het betaalde griffierecht van € 53,- moet door verweerder worden vergoed. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.