Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
1.De procedure
- de producties 1 tot en met 9 van [eiser] ,
- de conclusie van antwoord,
- de mondelinge behandeling van 20 mei 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn
gemaakt,
- de pleitnota van [eiser] .
2.Waarover gaat dit kort geding?
- buiten het beoordelingskader is getreden, en/of
- is uitgegaan van feitelijke onjuistheden, en/of
- een onbegrijpelijke/onnavolgbare beslissing heeft genomen, en/of
- de selectiebeslissing niet goed heeft gemotiveerd.
3.De beoordeling
Belangstellenden zijn in de gelegenheid gesteld om vragen te stellen over de selectieprocedure. Daarvan is een Nota van Inlichtingen (hierna: NvI) opgemaakt. [3] Deze NvI maakt onderdeel uit van de stukken van de selectiefase.
Als daaraan niet wordt voldaan dan wordt de aanmelding aan de kant gelegd.
Wordt daaraan wel voldaan dan beoordeelt een beoordelingscommissie aan de hand van twee selectiecriteria of de aanmelder doorgaat naar de biedingsfase. Die selectiecriteria zijn:
- Ontwikkelvisie, en
- Ontwikkelteam.
[eiser] heeft verder geen argumenten aangevoerd waaruit zou kunnen volgen dat de aanbestedingsrechtelijke beginselen (analoog) op deze verkoopprocedure moeten worden toegepast. Er zijn bijvoorbeeld geen omstandigheden aangevoerd op grond waarvan [eiser] gerechtvaardigd erop mocht vertrouwen dat Gemeente Nieuwegein deze beginselen zou toepassen [7] . Integendeel, in 2.1. van de Aanmeldingsleidraad is uitdrukkelijk vermeld dat de Aw 2012 of het Aanbestedingsreglement voor Werken 2016 (ARW 2016) niet van toepassing zijn.
De algemene beginselen van behoorlijk bestuur die in dit geval een rol spelen zijn:
- het gelijkheidsbeginsel,
- het zorgvuldigheidsbeginsel,
- het vertrouwensbeginsel,
- het rechtszekerheidsbeginsel, en
- het motiveringsbeginsel.
- zich moet houden aan het vooraf door haar bekend gemaakte beoordelingskader,
- de in het kader van de beoordeling gegeven motivering niet mag baseren op feitelijke onjuistheden,
- de selectiebeslissing moet motiveren, waarbij de motivering van de selectiebeslissing dragend en duidelijk moet zijn.
voldoende” een “
ruim voldoende” had moeten worden gegeven. De rechter kan wat dit punt betreft alleen beoordelen of de door de beoordelingscommissie gegeven score begrijpelijk/navolgbaar is.
Motivering van de score
Bezwaren van [eiser]3.17. De bezwaren van [eiser] richten zich tegen het oordeel van de beoordelingscommissie over:
deze locatie”.
Uit de stukken van de selectiefase (pagina 7 van het Ontwikkelkader in relatie met de antwoorden op vraag 21 en 89 van de NvI ) volgt dat het realiseren van 17 betaalbare woningen van de maximaal 102 woningen een minimumvereiste/een ondergrens is. Daaruit volgt dat Gemeente Nieuwegein de wens had om zoveel mogelijk betaalbare woningen te realiseren in bouwblok [nummer 1] . [eiser] mocht er daarom op vertrouwen dat het aanbieden van meer betaalbare woningen tot een hogere score zou leiden. Het is om die reden evident onjuist, onnavolgbaar, en onbegrijpelijk dat de ambitie van [eiser] om minimaal 50% van de woningen in het betaalbare segment te realiseren in mindere mate aansluit op het
- het oordeel van de beoordelingscommissie onnavolgbaar is,
- het onbegrijpelijk is dat de meerwaarde van de KlimaatHub niet door de beoordelingscommissie is onderkend,
- het oordeel van de beoordelingscommissie gebrekkig is gemotiveerd.
[eiser] stelt zich dan nog op het standpunt dat niet van haar kon worden verlangd dat zij een meer gedetailleerdere uitwerking van haar voorstel voor een KlimaatHub zou hebben gegeven, omdat de visie op 2 A4 pagina’s moest worden weergegeven. Dit standpunt gaat al niet op omdat in de NvI is vermeld dat er 4 A4 pagina’s mochten worden gebruikt. Dat moet voldoende ruimte zijn voor het indienen van een onderbouwde visie.
- buiten het beoordelingskader is getreden, en/of
- de motivering van de beoordelingscommissie feitelijk onjuist en/of onnavolgbaar is.
De door de beoordelingscommissie gegeven motivering is ook niet feitelijk onjuist of onnavolgbaar. In de ontwikkelvisie van [eiser] is slechts 1 zin vermeld die verband houdt met de locatie (de plek) waarop de woningen gerealiseerd moeten worden. De rest van de tekst gaat in zijn algemeenheid in op welk gebouw er komt, en op de wijze van het bouwen van het gebouw. Dat zijn, zoals Gemeente Nieuwegein ook in haar brief van 9 april 2025 heeft geschreven, geen locatie gebonden gegevens. De beoordelingscommissie heeft daarom tot haar oordeel kunnen komen.
- buiten het beoordelingskader is getreden, en/of
- is uitgegaan van feitelijke onjuistheden, en/of
- een onbegrijpelijke/onnavolgbare beslissing heeft genomen, en/of
- de selectiebeslissing niet goed heeft gemotiveerd.
in 3.43. genoemde punten mee te wegen bij het geven van de score. Deze punten passen binnen het beoordelingskader zoals genoemd in 4.2.2. van de Aanmeldingsleidraad.
De beoordelingscommissie is ook niet, zoals [eiser] aanvoert, bij de beoordeling van de individuele kwaliteit van de ontwikkelaar buiten het beoordelingskader getreden, omdat er in het kader van die beoordeling de facto om meer dan één referentie wordt gevraagd.
- de continuïteit is gewaarborgd,
- er geen potentieel risico is als de ontwikkelaar en architect als één partij moeten worden aangemerkt, en dat
- de kwaliteit daadwerkelijk zou worden gerealiseerd.
Het is ook niet zo dat, zoals [eiser] aanvoert, ten onrechte is geoordeeld dat de ontwikkelaar en architect als één partij moeten worden aangemerkt. In de aanmelding van [eiser] staat de heer Robert Winkel (hierna: Winkel) vermeld zowel als architect als ontwikkelaar. Op grond daarvan heeft de beoordelingscommissie de ontwikkelaar en architect als “één partij” kunnen aanmerken. Dat er bij het architectenteam nog één andere persoon en bij het ontwikkelaarsteam nog drie andere personen staan genoemd, maakt dit niet anders, omdat dit niet afdoet aan het door de door de beoordelingscommissie geconstateerde potentiële risico.
- de volledigheid van het team
- individuele kwaliteit,
- kennis en ervaring van de individuele leden en het team als geheel,
- de mate waarin de aanmelder kan aantonen dat:
4.De beslissing
12 juni 2025.