In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 25 juni 2025, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen de definitieve beschikking van de Dienst Toeslagen inzake compensatie voor kinderopvangtoeslag, maar de Dienst had niet tijdig beslist op dit bezwaar. Eiseres had op 16 februari 2024 bezwaar gemaakt, maar de beslistermijn was overschreden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de Dienst Toeslagen in gebreke was gesteld op 28 februari 2025, en dat eiseres pas op 1 mei 2025 beroep heeft ingesteld. De rechtbank heeft bepaald dat de Dienst alsnog binnen twee weken na de uitspraak een besluit moet nemen. Tevens is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de Dienst de termijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op vergoeding van de proceskosten en het griffierecht, dat door de Dienst moet worden betaald. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun mogelijkheden om in verzet te gaan tegen deze uitspraak.