In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 12 februari 2025, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had beroep ingesteld omdat de Dienst Toeslagen niet tijdig had beslist op haar aanvraag van 16 maart 2023 voor aanvullende compensatie voor werkelijke schade. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden, aangezien de Dienst Toeslagen in gebreke was gesteld op 1 augustus 2024 en eiseres pas op 16 september 2024 beroep heeft ingesteld. De rechtbank heeft bepaald dat de Dienst Toeslagen alsnog een besluit moet nemen binnen zes weken na verzending van de uitspraak. Tevens is er een dwangsom van € 50,- per dag opgelegd voor elke dag dat de Dienst Toeslagen de termijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op een vergoeding van de proceskosten, die door de Dienst Toeslagen moet worden betaald, en het betaalde griffierecht van € 51,- moet ook worden vergoed. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om in beroep te gaan bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.