In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 14 februari 2025, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had beroep ingesteld omdat de Dienst Toeslagen niet tijdig had beslist op haar aanvraag van 30 oktober 2023 voor aanvullende compensatie voor werkelijke schade bij de Commissie Werkelijke Schade (CWS). De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden en dat er geen van beide partijen gebruik heeft gemaakt van het recht om gehoord te worden op een zitting. De rechtbank heeft het onderzoek gesloten en overwogen dat tegen het niet tijdig nemen van een besluit beroep kan worden ingesteld. De rechtbank heeft bepaald dat de Dienst Toeslagen alsnog binnen zes weken na verzending van de uitspraak een besluit moet nemen op de aanvraag van eiseres. Tevens is er een dwangsom van € 50,- per dag opgelegd voor elke dag dat de Dienst Toeslagen de termijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op vergoeding van de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 453,50, en het betaalde griffierecht van € 51,- moet ook worden vergoed. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.