Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
uitspraak van de meervoudige kamer van 16 oktober 2025 in de zaken tussen
[vergunninghouder], uit [plaats] , vergunninghouder.
Rechtbank Midden-Nederland
Op 16 oktober 2025 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaken met nummers 23/5224 en 23/5316. Deze uitspraak betreft een einduitspraak over de omgevingsvergunning voor het transformeren van een bestaand kantoorpand naar 12 appartementen en het bouwen van 12 nieuwe appartementen. De rechtbank heeft eerder op 18 juni 2025 een tussenuitspraak gedaan waarin werd geoordeeld dat het college van burgemeester en wethouders niet bevoegd was om af te wijken van de planregel over parkeren. Het college heeft in reactie op deze tussenuitspraak de grondslag van de afwijzing gewijzigd en opnieuw beslist op de bezwaren van de eisers. De rechtbank heeft vastgesteld dat het college het gebrek heeft hersteld door toepassing te geven aan de binnenplanse afwijkingsbevoegdheid. De rechtbank heeft het beroep van eiser 1 ongegrond verklaard, maar het college moet wel het griffierecht en proceskosten aan eiser 1 vergoeden. Het beroep van eisers 2 is verklaard als ontvankelijk maar ongegrond, terwijl het beroep van de overige eisers niet-ontvankelijk is verklaard. De rechtbank heeft de uitspraak openbaar uitgesproken en een afschrift verzonden aan de betrokken partijen.