ECLI:NL:RBNHO:2013:BZ0437
Rechtbank Noord-Holland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van een verzoek tot conservatoir beslag wegens onvoldoende informatie in het beslagrekest
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 4 februari 2013 uitspraak gedaan in een verzoek tot het leggen van conservatoir beslag. Verzoekster, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. [A], had verzocht om verlof om beslag te leggen op een onroerende zaak die toebehoorde aan de gerekwestreerde. Dit verzoek was gebaseerd op een lopende procedure tussen verzoekster en gerekwestreerde, waarin verzoekster een bedrag van € 47.356,55 in reconventie vorderde en haar schade begrootte op € 75.000,--.
De voorzieningenrechter oordeelde dat verzoekster niet voldeed aan de vereisten zoals gesteld in de Beslagsyllabus. Volgens artikel 21 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering zijn partijen verplicht om alle relevante feiten volledig en naar waarheid aan te voeren. Verzoekster had in haar beslagrekest niet alle lopende, doorlopen of beëindigde procedures vermeld die relevant waren voor de beoordeling van de zaak. Bovendien ontbrak een voldoende feitelijke omschrijving van de vordering en de grondslag daarvan, evenals de verweren van de gerekwestreerde.
Ondanks dat verzoekster de gelegenheid kreeg om haar verzoek aan te passen en aanvullende stukken te overleggen, voldeed zij niet aan de eisen die in de Beslagsyllabus waren gesteld. De voorzieningenrechter concludeerde dat het verzoek tot beslaglegging niet voldoende onderbouwd was en dat de informatie die was verstrekt, misleidend was. Hierdoor werd het verzoek afgewezen. De beschikking werd openbaar uitgesproken door mr. E. Jochem.