In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland, is eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. drs. S. Bharatsingh, in beroep gegaan tegen informatiebeschikkingen die door de inspecteur van de Belastingdienst zijn genomen. De informatiebeschikkingen zijn gericht op het verkrijgen van gegevens die relevant zijn voor de vaststelling van aanslagen inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor de belastingjaren 2008 en 2009. De rechtbank heeft vastgesteld dat de inspecteur op basis van artikel 47, eerste lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) gerechtigd is om van eiseres de gevraagde gegevens te eisen, aangezien deze van belang kunnen zijn voor de belastingheffing.
De rechtbank heeft in haar beoordeling geconcludeerd dat de informatiebeschikkingen terecht zijn genomen. Eiseres heeft geen melding gemaakt van buitenlandse bankrekeningen in haar aangiftes voor de jaren 2008 en 2009, ondanks dat er aanwijzingen zijn dat zij rekeninghoudster was bij Van Lanschot Bankiers (Luxembourg) SA. De rechtbank heeft de ontkenning van eiseres niet geloofwaardig geacht en benadrukt dat de gevraagde gegevens van belang zijn voor de vaststelling van de aanslagen. De rechtbank heeft eiseres in de gelegenheid gesteld om alsnog aan de verplichtingen uit de informatiebeschikkingen te voldoen.
De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer en is openbaar uitgesproken op 1 september 2014. De rechtbank heeft geen proceskostenveroordeling uitgesproken en heeft partijen geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof te Amsterdam.