In deze zaak heeft de verzoeker, een dakloze, bijstand aangevraagd op basis van de Participatiewet. De gemeente Haarlem heeft hem bijstand verleend onder de voorwaarde dat hij zich inschrijft op het adres waar hij het meest verblijft. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de gemeente onvoldoende heeft aangetoond dat de verzoeker daadwerkelijk op een specifiek adres zijn hoofdverblijf heeft. De verzoeker heeft verklaard geen vaste woon- of verblijfplaats te hebben en verblijft op verschillende adressen, waaronder dat van zijn ex-vriendin en bij kennissen. De voorzieningenrechter heeft de besluiten van de gemeente geschorst en bepaald dat de verzoeker recht heeft op voorschotten van 90% van de bijstandsnorm. Tevens is de gemeente veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de verzoeker, vastgesteld op € 980,-. De uitspraak is openbaar gedaan op 28 september 2015.