ECLI:NL:RBNHO:2019:6765
Rechtbank Noord-Holland
- Tussenuitspraak
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak over omgevingsvergunning voor toeristische verhuur in Landsmeer
In deze tussenuitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland, gedateerd 19 april 2019, wordt het beroep van verzoekster tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Landsmeer behandeld. Verzoekster had een omgevingsvergunning aangevraagd voor het veranderen van de bestemming van een perceel van 'Wonen-3' naar 'Verblijfsaccommodatie' voor toeristische verhuur. Het college had op 23 augustus 2018 de vergunning verleend, maar na bezwaren van derde-partijen werd deze op 10 december 2018 herroepen. Op 29 januari 2019 weigerde het college de aanvraag opnieuw, wat leidde tot het beroep van verzoekster.
De voorzieningenrechter oordeelt dat het bestreden besluit niet op een deugdelijke motivering berust. De voorzieningenrechter stelt vast dat de motivering van het college onvoldoende is om de weigering van de omgevingsvergunning te rechtvaardigen. Er is geen duidelijke onderbouwing gegeven voor de stelling dat het gebruik van het pand voor toeristische verhuur planologisch niet aanvaardbaar is. De voorzieningenrechter wijst erop dat de belangen van verzoekster niet voldoende zijn afgewogen tegen de bezwaren van derde-partijen.
De voorzieningenrechter geeft het college de gelegenheid om de gebreken in het besluit te herstellen en stelt een termijn van zes weken in om dit te doen. Tot die tijd wordt het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige motivering bij besluiten die invloed hebben op de belangen van betrokken partijen.