Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
- het vorderingsformulier (formulier A), ingekomen ter griffie op 11 oktober 2019;
- het antwoordformulier (formulier C), ingekomen ter griffie op 14 november 2019;
- een conclusie van repliek, ingekomen ter griffie op 27 januari 2020;
- een conclusie van dupliek, ingekomen ter griffie op 2 maart 2020.
2.De feiten
3.Het verzoek en het verweer
- primair € 90,75 subsidiair € 72,60 aan buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 29 augustus 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
- de proceskosten, nakosten daaronder begrepen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 29 augustus 2018 tot aan de dag der algehele voldoening.
4.De beoordeling
Omdat het subsidiair verzochte bedrag niet hoger is dan het volgens het Besluit berekende tarief, zullen subsidiair de verzochte buitengerechtelijke incassokosten worden toegewezen.