ECLI:NL:RBNHO:2020:3819

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
20 mei 2020
Publicatiedatum
25 mei 2020
Zaaknummer
8202889 CV EXPL 19-18628
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Consumentenrechtelijke vordering tot betaling en ambtshalve toetsing van algemene voorwaarden in een overeenkomst tussen Tele2 Nederland B.V. en een consument

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 20 mei 2020 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen Tele2 Nederland B.V. en een gedaagde consument. Tele2 heeft de gedaagde gedagvaard op 12 november 2019, waarbij de gedaagde op 11 december 2019 de vordering mondeling heeft erkend. Tele2 vorderde betaling van € 740,59, vermeerderd met rente en kosten, op basis van een overeenkomst voor mobiel 4G-internet en bellen, inclusief de verstrekking van een iPhone 7. De rechtbank heeft vastgesteld dat de gedaagde tekort is geschoten in de nakoming van deze overeenkomst, en dat Tele2 heeft voldaan aan haar informatieverplichtingen.

De rechtbank heeft de vordering toegewezen, waarbij het bedrag van € 740,59 is toegewezen, inclusief de wettelijke rente vanaf de datum van dagvaarding. De rechtbank heeft ook de proceskosten aan de zijde van Tele2 toegewezen, die zijn vastgesteld op € 325,18. De kantonrechter heeft ambtshalve getoetst of er sprake was van onredelijk bezwarende bedingen in de algemene voorwaarden van Tele2, maar heeft geconcludeerd dat de bepalingen in overeenstemming zijn met de wet en niet als oneerlijk kunnen worden aangemerkt. De gedaagde is veroordeeld in de kosten van de procedure en de veroordelingen zijn uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 8202889 \ CV EXPL 19-18628
Uitspraakdatum: 20 mei 2020
Vonnis in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Tele2 Nederland B.V.
gevestigd te Amsterdam
eisende partij
hierna: Tele2
gemachtigde: LAVG B.V.
tegen
[gedaagde]
wonende te [woonplaats]
gedaagde partij
hierna: [gedaagde]
procederend in persoon

1.Het procesverloop

1.1.
Bij dagvaarding van 12 november 2019 heeft Tele2 [gedaagde] gedagvaard. Op 11 december 2019 heeft een zitting plaatsgevonden waar [gedaagde] de vordering mondeling heeft erkend. Vervolgens is de uitspraak van dit vonnis bepaald op heden.

2.Overwegingen

2.1.
Tele2 heeft bij dagvaarding gevorderd [gedaagde] te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 740,59 te vermeerderen met rente en kosten. Tele2 heeft aan haar vordering ten grondslag gelegd – verkort weergegeven – dat tussen [gedaagde] en Tele2 een overeenkomst tot stand is gekomen en dat [gedaagde] toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van deze overeenkomst.
2.2.
Nu de vordering door [gedaagde] is erkend, zal deze worden toegewezen, met inachtneming van het volgende.
De wettelijke informatieverplichting van artikel 6:230m en v BW
2.3.
Tele2 heeft bij dagvaarding gesteld dat [gedaagde] via haar webwinkel een overeenkomst ter zake mobiel 4G-internet en bellen heeft afgesloten voor de duur van 24 maanden en waarbij tevens een iPhone 7 Jet Black 32GB werd verstrekt. Daarnaast heeft Tele2 gesteld dat is voldaan aan de precontractuele en contractuele informatieverplichtingen. Hierbij heeft Tele2 verwezen naar een uitgebreide uiteenzetting, inclusief printscreens, van het bestelproces waarin wordt toegelicht welke informatie voor de consument inzichtelijk is geweest voor het sluiten van de overeenkomst. Tele2 heeft voorts een bevestiging met daarop de specificatie van de gekochte zaken, te weten een toestel en telefoonabonnement, en wat er in rekening is gebracht naar het e-mailadres van [gedaagde] gestuurd. Op grond van de overeenkomst is Tele2 verplicht de overeengekomen diensten te leveren en is [gedaagde] verplicht de overeengekomen prijs voor het abonnement ad € 15,00 per maand, de verbruikskosten, eventuele eenmalige kosten en een maandelijks bedrag voor het toestel ad € 22,00 te betalen, aldus Tele2. De overeenkomst alsmede de algemene voorwaarden zijn door Tele2 als producties overgelegd.
Telefoonabonnement met toestel – koop op afbetaling
2.4.
Vaststaat dat tussen [gedaagde] en Tele2 een overeenkomst is gesloten waarbij aan [gedaagde] een telefoontoestel is verstrekt. In de overeenkomst is een prijs van € 528,00 vermeld voor het toestel. Het bedrag zou door [gedaagde] worden afbetaald in 24 maandelijkse termijnen van elk € 22,00. Daar bovenop zou [gedaagde] € 15,00 per maand betalen aan abonnementskosten, de in rekening te brengen verbruikskosten en eventuele eenmalige kosten. Op basis van de door Tele2 verstrekte gegevens en op basis van de overgelegde facturen wordt de volgende berekening gemaakt.
Berekening toe te wijzen bedragen vóór beëindiging overeenkomst
2.5.
De facturen van 17 juli 2018 tot en met 15 januari 2019 bedragen samen (inclusief btw) € 700,59. Van dit bedrag ziet € 235,73 op verbruikskosten en € 90,00 inclusief btw op de in rekening gebrachte abonnementskosten. Dat brengt met zich dat van deze facturen een bedrag van € 325,73 zal worden toegewezen.
Berekening schadevergoeding op grond van algemene voorwaarden
2.6.
Tot slot dient de vordering tot voldoening van schadevergoeding, bestaande uit de resterende toesteltermijnen, beoordeeld te worden. Nu Tele2 met betrekking tot deze vordering een beroep doet op de algemene voorwaarden, waarin is bepaald dat zij bij de partiële ontbinding van de overeenkomst wegens wanbetaling aanspraak kan maken op de koopprijs voor het toestel over de resterende looptijd, dient de kantonrechter, nu [gedaagde] is aan te merken als consument, ingevolge rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie ambtshalve te toetsen of sprake is van onredelijk bezwarende bedingen in de algemene voorwaarden.
2.7.
In de Richtlijn 93/13/EEG van de Raad van 5 april 1993 betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten is in artikel 3 het navolgende bepaald:
“1. Een beding in een overeenkomst waarover niet afzonderlijk is onderhandeld, wordt als oneerlijk beschouwd indien het, in strijd met de goede trouw, het evenwicht tussen de uit de overeenkomst voortvloeiende rechten en verplichtingen van de partijen ten nadele van de consument aanzienlijk verstoort.
2. (…)
3. De bijlage bevat een indicatieve en niet uitputtende lijst van bedingen die als oneerlijk kunnen worden aangemerkt.”
2.8.
In de bijlage bij Richtlijn 93/13/EEG is onder e) opgenomen dat als oneerlijk in de zin van artikel 3 lid 3 van de Richtlijn kunnen worden aangemerkt, bedingen die tot doel of tot gevolg hebben
“de consument die zijn verbintenissen niet nakomt, een onevenredig hoge schadevergoeding op te leggen”.
2.9.
Tele2 heeft gesteld dat de factuur van 15 januari 2019 ter hoogte van € 396,55 ziet op het in rekening brengen van de nog openstaande koopprijs van het toestel. Overeenkomstig artikel 5.5.10 van de algemene voorwaarden is het openstaande bedrag in een keer opeisbaar wanneer een verschuldigde termijn minstens twee maanden onbetaald is gebleven. Vast staat dat [gedaagde] gedurende zes maanden zijn betalingsverplichting niet is nagekomen en dat de nog openstaande toesteltermijnen daarna in rekening zijn gebracht door Tele2. Naar het oordeel van de kantonrechter is de eerder genoemde bepaling van de algemene voorwaarden in lijn met artikel 7:77 lid 1, sub c, onder 1 BW, zodat geen sprake is van een oneerlijk beding.
2.10.
Op grond van artikel 6:277 lid 1 jo 6:96 lid BW kan Tele2 aanspraak maken op vergoeding van de schade. Daarbij heeft Tele2 gesteld dat zij na incasso-overdracht, doch voor verzending van de aanmaning conform de vereisten van artikel 6:96 lid 6 BW een bedrag van € 21,69 heeft gecrediteerd, zodat dit bedrag in mindering dient te worden gebracht op de resterende koopprijs. Derhalve staat nog € 374,86 open. Dit bedrag zal worden toegewezen.
2.11.
[gedaagde] zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van deze procedure.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling aan Tele2 van € 740,59, te vermeerderen met de wettelijke rente over een bedrag van € 700,59 vanaf 12 november 2019 tot aan de dag van de gehele betaling;
3.2.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van Tele2 tot en met vandaag vaststelt op:
€ 85,18 wegens dagvaardingskosten,
€ 120,00 wegens griffierecht en
€ 120,00 wegens salaris gemachtigde;
3.3.
verklaart de veroordeling(en) in dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
3.4.
wijst af hetgeen meer of anders is gevorderd.
Dit vonnis is gewezen door mr. I. de Greef en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter