Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Procedure
2.De zaak in het kort
3.Feiten
The mission of IATA is to represent, lead and serve the airline industry.
4.De vorderingen
in de hoofdzaak
connectivity.Daarnaast betoogt ACNL dat de impact van de Policy Rule op de slotallocatie zeer gering is. De Policy Rule is namelijk uitsluitend van toepassing op de verdeling van slots uit de zogenaamde slotpool, die bestaat uit 463 slots voor Schiphol, 65 slots voor Eindhoven en 0 slots voor Rotterdam-The Hague. Daarbij komt dat de zich voegende partijen hoe dan ook geen aanspraak kunnen maken op deze slots, zodat voor hen niet van belang is of bij de verdeling van de slots uit de slotpool de Policy Rule wordt toegepast.
5.De beoordeling
in de incidenten
flight planning(waarvoor voor ieder slot een corresponderend slot op een buitenlandse luchthaven nodig is).
best practices- die in casu moeten worden gezien als uitgangspunten die de beleidsvrijheid van ACNL inperken - die mede door IATA zijn opgesteld. IATA heeft voorts voldoende concreet en onweersproken toegelicht dat zij als zelfstandige instantie een eigen rol heeft bij het bevorderen van efficiënte luchtvaart, dat zij al tientallen jaren werkt aan regelgeving om de slotallocatie wereldwijd uniform te reguleren, dat zij initiateven onderneemt om ervoor te zorgen dat die regels correct worden toegepast en dat zij ook feitelijk uitvoering geeft aan die initiatieven. Zij heeft er daarom een ook in rechte te respecteren belang bij dat onjuiste toepassing van die regels (en een daardoor veroorzaakt ‘domino-effect’) wordt voorkomen.
materieeleenzelfde resultaat worden bewerkstelligd als wordt beoogd in dit kort geding. Met de vorderingen in dit kort geding wordt beoogd om - voorafgaand aan de verdeling van alle slots aan de luchtvaartmaatschappijen op 4 november 2021 - te voorkomen dat de schaarse slots worden verdeeld op basis van de Policy Rule. Als partijen echter de exceptieve toetsing in de bestuursrechtelijke procedures tegen de individuele slotallocatiebesluiten moeten afwachten, zou daardoor de situatie ontstaan dat de Policy Rule pas kan worden getoetst nádat de verdeling en toewijzing van de slots feitelijk al heeft plaats gevonden. Dat dergelijke toetsing achteraf grote nadelige gevolgen heeft voor de operatie van de luchtvaartmaatschappijen, zelfs indien de bestuursrechter de slotallocatiebesluiten bij wege van voorlopige voorziening zou schorsen, is reeds uiteengezet in 5.3 van dit vonnis. Een voorlopige voorziening van de bestuursrechter die ertoe strekt dat de op dat moment reeds toegekende slots op een andere wijze worden verdeeld onder de luchtvaartmaatschappijen (het ongedaan maken van de verdeling van de slots op grond van de Policy Rule), is niet goed denkbaar.
best practicesen dat beperking van die vrijheid, en dus het sturen op bestemmingen, slechts is toegestaan in de uitzonderingsgevallen waarin door de regelgeving (uitdrukkelijk) is voorzien.
connectivity) en passen binnen het toepasselijke recht. De voorzieningenrechter overweegt hierover als volgt.
connectivity, om te bepalen aan welke van de concurrerende aanvragen een slot moet worden toegewezen.
connectivity, terwijl de andere factoren uit artikel 8.4.1 WASG niet worden meegewogen. Mede gelet op de door IATA gegeven toelichting, die door ACNL niet is weersproken, acht de voorzieningenrechter het aannemelijk dat (als gevolg van de schaarste van slots op de onderhavige luchthavens) aan een aanvraag voor een bestemming die niet op de bestemmingenlijsten voorkomt met toepassing van de Policy Rule in de praktijk nooit een slot zal worden toegewezen. In de Policy Rule worden weliswaar enkele andere factoren uit artikel 8.4.1 WASG genoemd (
effective period of operation, environment), maar feitelijk wordt aan de beoordeling daarvan nooit toegekomen vanwege de schaarste van de slots. Een viertal van de daarin genoemde factoren wordt in de Policy Rule zelfs categorisch van de hand gewezen (
operational factors, time spent on waitlist, type of consumer service and market, competition).
connectivity, ingevuld met de bestemmingenlijsten, de enige factor is op basis waarvan tot allocatie van de slots in de slotpool wordt besloten. Al aangenomen dat de Slotverordening voor het hanteren van een bestemmingscriterium op zichzelf al enige ruimte zou bieden, overschrijdt ACNL daarmee naar het oordeel van de voorzieningenrechter de beleidsmatige kaders waaraan zij op grond van artikel 8 lid 5 Slotverordening is gebonden.
connectivityfeitelijk als enige factor wordt gebruikt voor de slotallocatie uit de slotpool (en daarmee onrechtmatig wordt gestuurd op bestemming), maar dat zij bovendien stellen dat ACNL de factor
connectivityonjuist uitlegt en toepast. De uitwerking van de factor
connectivitydie ACNL in de Policy Rule heeft gegeven, waarbij uitsluitend wordt gekeken naar de belangen van de luchthavens, staat op gespannen voet met artikel 8.4.1 WASG. In dit artikel wordt immers een verband gelegd met de behoeften van passagiers en vervoerders, niet met de behoeften van luchthavens. Ter illustratie hebben de zich voegende partijen er op gewezen, dat het in het belang van de passagiers is dat er méér vluchten worden uitgevoerd naar toeristische bestemmingen, zoals de Canarische eilanden. Dergelijke bestemmingen komen niet of nauwelijks voor op de door Schiphol Group aangeleverde bestemmingenlijsten. Dit illustreert dat over de vraag hoe de factor
connectivitymoet worden ingevuld discussie mogelijk is (en bestaat). Door desondanks te werken met bestemmingenlijsten die zijn samengesteld en aangeleverd door de luchthavens laat ACNL de belangen van de luchthavens prevaleren, zonder dat daarvoor een grondslag is te vinden in de WASG of de Slotverordening, hetgeen naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter niet past bij de onafhankelijke rol die ACNL behoort te vervullen.
type of consumer service and market, connectivityen
competitionzoals vermeld in artikel 8.4.1 onder d, e en f WASG. De voorzieningenrechter overweegt hierover dat uit voornoemde bepaling ook volgt dat deze informatie op transparante wijze moet worden toegepast bij de slotallocatie. Dit betekent dat in de onderhavige situatie, mede gelet op het stevige verzet van de luchtvaartmaatschappijen, minst genomen is vereist dat inzicht wordt gegeven in de wijze waarop de bestemmingenlijsten tot stand zijn gekomen. Weliswaar is bij de bestemmingenlijsten een toelichting opgenomen, maar daaruit blijkt niet dat de behoeften van passagiers en vervoerders bij de keuze van de op die lijst voorkomende bestemmingen zijn meegewogen, laat staan of zij voorop zijn gesteld, zoals artikel 8.4.1 WASG voorschrijft. Integendeel, de op de bestemmingenlijsten gegeven toelichting wekt de indruk dat uitsluitend is gekeken naar het belang van de luchthavens. De voorzieningenrechter acht het dan ook niet verwonderlijk dat IATA en de zich voegende partijen vraagtekens hebben geplaatst bij de mate waarin de totstandbrenging van dit beleid in onafhankelijkheid heeft plaatsgevonden.
1.524,00(tarief complex kort geding)
1.524,00
1.524,00
1.524,00