In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 5 februari 2021 een mondeling vonnis uitgesproken in een kort geding tussen [S] en de gemeente Den Helder. De zaak betreft de schorsing van de executieverkoop van een in beslag genomen kunstcollectie. De voorzieningenrechter had eerder op 7 januari 2021 al bepaald dat de executieverkoop tot en met 5 februari 2021 was geschorst, en [S] de gelegenheid kreeg om concrete aanbiedingen te doen voor de kunstwerken. Tijdens de zitting op 5 februari 2021 werd vastgesteld dat er tot op dat moment geen biedingen waren gedaan en dat er geen kunstwerken waren verkocht. [N] had op 3 februari 2021 BVA Auctions bezocht met een taxateur en een potentiële koper, maar had meer tijd nodig voor de inventarisatie van de kunstwerken.
De voorzieningenrechter heeft besloten om de executieverkoop opnieuw te schorsen, zodat [S] de gelegenheid krijgt om een inventarisatie te maken bij BVA. Dit moet binnen een periode van veertien dagen gebeuren, waarbij BVA maximaal 40 uur beschikbaar moet zijn voor assistentie. De voorzieningenrechter heeft ook bepaald dat BVA een redelijke vergoeding van € 500,- per medewerker per dag exclusief btw zal ontvangen voor deze assistentie. De gemeente had verzocht om de veiling op 15 maart 2021 te laten plaatsvinden, maar de voorzieningenrechter heeft dit verzoek afgewezen en de veiling niet eerder dan 2 maart 2021 toegestaan. Indien er geen bod wordt gedaan, zal de mondelinge behandeling op 2 maart 2021 worden hervat.
De voorzieningenrechter heeft alle overige beslissingen aangehouden en benadrukt dat de veiling niet op 1 maart 2021 online mag worden gepubliceerd. De zaak blijft dus in behandeling totdat er meer duidelijkheid is over de biedingen op de kunstcollectie.