Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[gedaagde 2],
De rechtbank oordeelt dat de verwijten aan het adres van [gedaagde 2] niet leiden tot aansprakelijkheid van de gerechtsdeurwaarder op grond van onrechtmatige daad. Bovendien kan het gerechtsdeurwaarderskantoor niet aansprakelijk worden gehouden voor ambtshandelingen van de gerechtsdeurwaarder.
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
I. voor recht verklaart dat het gerechtsdeurwaarderskantoor en/of [gedaagde 2] onrechtmatig hebben gehandeld jegens F&M door namens de gemeente de executie van de roerende zaken van [xxx] aan te zeggen;
II. voor recht verklaart dat het gerechtsdeurwaarderskantoor en/of [gedaagde 2] onrechtmatig hebben gehandeld jegens F&M door de in beslag genomen roerende zaken van [xxx] van Imming naar BVA over te (laten) brengen;
III. voor recht verklaart dat het gerechtsdeurwaarderskantoor en/of [gedaagde 2] onrechtmatig hebben gehandeld jegens F&M door te stellen dat het handhaven van het beslag door F&M misbruik van recht zou opleveren, althans dat haar geen beroep op het feit dat zij de oudste executoriaal beslaglegger is toekomt, omdat het doel van het beslag enkel zou zijn het voorkomen dan wel vertragen van de executie;
V. voor recht verklaart dat het gerechtsdeurwaarderskantoor en/of [gedaagde 2] aansprakelijk zijn voor de door F&M geleden en nog te lijden schade als gevolg van het onrechtmatig handelen van het gerechtsdeurwaarderskantoor en/of [gedaagde 2] ;
De schade bestaat voornamelijk uit extra advocaatkosten die F&M moest maken in diverse procedures, die niet nodig waren geweest als [gedaagde 2] zijn ‘huiswerk’ had gedaan. Vooralsnog is deze schade berekend op een bedrag van € 123.061,34. Daarnaast heeft F&M nader te inventariseren reputatieschade en immateriële schade geleden. De totale schade kan nog niet worden begroot. F&M vordert daarom een voorschot op de schadevergoeding.
Het verweer laat zich als volgt samenvatten.
4.De beoordeling
Dit betoog faalt. Daarvoor is het volgende redengevend.
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat F&M onvoldoende feiten en omstandigheden heeft gesteld die maken dat [gedaagde 2] , gegeven de omstandigheden, niet de zorgvuldigheid in acht heeft genomen die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot mag worden verwacht in de uitoefening van het ambt van gerechtsdeurwaarder.
2.228,00(2,0 punten × tarief € 1.114,00)