In deze zaak hebben de passagiers, vertegenwoordigd door Yource B.V., een vordering ingesteld tegen Deutsche Lufthansa Aktiengesellschaft wegens compensatie na de annulering van hun vlucht van Amsterdam naar München op 22 december 2018. De passagiers claimen compensatie op basis van de Verordening (EG) nr. 261/2004, die hen recht geeft op compensatie bij annulering van een vlucht. De vervoerder heeft de annulering van de vlucht verdedigd door te stellen dat deze het gevolg was van buitengewone omstandigheden, namelijk slechte weersomstandigheden die leidden tot slotvertragingen en een verstoring van de dienstregeling. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de Nederlandse rechter bevoegd is en dat de annulering van de vlucht niet in geschil is. De rechter heeft vervolgens beoordeeld of de vervoerder voldoende heeft aangetoond dat de annulering het gevolg was van buitengewone omstandigheden. De kantonrechter concludeert dat de vervoerder voldoende bewijs heeft geleverd dat de annulering gerechtvaardigd was door de weersomstandigheden en dat het niet redelijk was om het vliegtuig en de bemanning langer vast te houden. De vordering van de passagiers wordt afgewezen, evenals hun verzoek om vergoeding van additionele kosten. De proceskosten worden toegewezen aan de vervoerder, aangezien de passagiers ongelijk hebben gekregen.