ECLI:NL:RBNHO:2021:7027
Rechtbank Noord-Holland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van parkeergeld en bijkomende kosten na verlaten van parkeerterrein zonder betaling
In deze zaak heeft Parkeerbeheer IJmuiden een vordering ingesteld tegen [gedaagde] wegens het verlaten van een parkeerterrein zonder betaling. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [gedaagde] op 27 februari 2021 het parkeerterrein heeft verlaten zonder het verschuldigde parkeergeld van € 10,00 en een boete van € 300,00 te betalen. Na een aanmaning op 19 april 2021 heeft [gedaagde] pas op 31 mei 2021 het totaalbedrag van € 310,00 voldaan. De kantonrechter oordeelt dat [gedaagde] in verzuim is geraakt door de te late betaling, maar dat zij nog niet in verzuim was op het moment van de aanmaning. Hierdoor worden de gevorderde incassokosten afgewezen, maar moet [gedaagde] wel de kosten voor het opvragen van gegevens bij de RDW en de wettelijke rente voldoen. De proceskosten komen voor rekening van [gedaagde] omdat zij in verzuim was met betalen bij het uitbrengen van de dagvaarding. De kantonrechter heeft de vordering van Parkeerbeheer IJmuiden gedeeltelijk toegewezen en de overige vorderingen afgewezen.