Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Glazing Vision Europe B.V., gevestigd te Warder, gemeente Edam-Volendam
MHO Bouwonderneming B.V., gevestigd te Zwaagdijk-Oost, gemeente Medemblik
1.Het procesverloop
2.De feiten
1) Wat is de oorzaak van de schade aan het beloopbaar daklicht? De hoofdoorzaak is het niet verenigbaar zijn van materialen. Daarnaast zijn er ook sporen van schade zichtbaar welke veroorzaakt lijken te zijn door vocht. Dit vocht kan mogelijk naar binnendringen doordat de kit als afdichting tussen het glas en het profiel niet geheel sluitend is aangebracht (er zijn zogenaamde spiegels zichtbaar) en of doordat het glas wordt blootgesteld aan vocht door condensatie in de constructie zelf. Dit laatste achten wij minder aannemelijk. 2) Wat is de oorzaak van de condens aan de binnenzijde? Dit wordt veroorzaakt door een zogenaamde koudebrug. Veel van de toegepaste materialen zijn slechte isolatoren. (…) 3) Hoe kunnen de problemen worden opgelost? Het glas dient vervangen te worden. De detaillering kan dan gemakkelijk worden aangepast. 4) Hoe hoog zijn de mogelijke herstelkosten? De constructie dient te worden aangepast, dusdanig dat er zo min mogelijk koudebruggen overblijven en er dient nieuwe beglazing te worden geleverd. Waarschijnlijk zal er dan een heel nieuw daklicht moeten worden geleverd. De kosten voor herstel worden daarom ingeschat op een hoogte van de totale kosten van de eerste aanneemsom (voorbereiding + levering en plaatsing daklicht).
3.De vordering
4.Het verweer
5.De beoordeling
laat zien dat het L-profiel van het daklicht volledig wordt afgedekt met een isolerend materiaal; dit om een koudebrug te voorkomen. Een aangepast detail d.d. 10 oktober 2016 laat zien dat er afgeweken wordt van de detaillering. Volgens detail 402-ASS-008 dient het L-profiel te rusten op de rand van de muur terwijl in de praktijk tussen het L-profiel en de muur een open ruimte aanwezig is. Detail 402-ASS-004 laat zien dat het L-profiel aan de binnenzijde wordt afgedekt door isolerend materiaal terwijl dit in de praktijk niet het geval is. (…)
Required detail – Internal finishes supported on batons with an insulated gap to mask exposed wall mount detail. To be constructed (by others) after rooflight installation.” Deze bouwconstructie houdt in dat na plaatsing van het dakraam na-isolatie moet worden uitgevoerd door anderen dan GVE. De verantwoordelijkheid daarvoor lag bij eiser zelf. Eiser heeft nagelaten te na-isoleren en daarom is volgens gedaagden sprake van schuldeisersverzuim als bedoeld in artikel 6:58 BW.
To be constructed (by others) after rooflight installation.Eiser voert terecht aan dat deze tekst erop duidt dat die werkzaamheden ofwel door GVE ofwel door anderen moeten worden uitgevoerd, maar niet dat eiser deze werkzaamheden moet uitvoeren of dat door derden moet laten doen. Bovendien staat deze tekst alleen op een bouwtekening zonder expliciete verwijzing daarnaar op dat punt in de opdrachtbevestigingen van 2013 en 2015 zelf. Dat had wel voor de hand gelegen als gedaagden menen dat eiser na de plaatsing zelf nog werkzaamheden moest (laten) verrichten en dat ook onderdeel was van de overeenkomsten. Dat eiser zelf bouwkundig onderlegd zou zijn, wat daar verder ook van zij, maakt het voorgaande niet anders. Voor zover gedaagden nog stellen dat de heer J. [xxx] (directeur van GVE) en de heer [yyy] (directeur van MHO) bij de plaatsing van het dakraam in januari 2015 met eiser hebben besproken dat hijzelf de na-isolatie dient uit te voeren, wat daar verder ook van zij, leidt dat ook niet tot een ander oordeel. Dit gesprek vond dan immers plaats na het sluiten van de overeenkomsten en maakt daar dus geen onderdeel van uit. Gedaagden hebben overigens onvoldoende aangevoerd ter onderbouwing van de verantwoordelijkheid van eiser voor de na-isolatie, zodat de kantonrechter geen aanleiding ziet hen toe te laten tot verdere bewijslevering op dit punt.
Placing Compriband (foam tapes) around the Flushgaze rooflight externally will not affect the integrity of the glass.” Deze enkele verklaring dat het gebruikte compriband het glas niet aantast zonder enige onderbouwing van die stelling is echter onvoldoende voor twijfel aan de juistheid van de conclusie van KCG die is gebaseerd op uitvoerig onderzoek. Bovendien hebben gedaagden ook geen alternatieve oorzaak aangedragen voor het ontstaan van de koraalvormige schade. Hieruit volgt dat MHO bij de installatie van het daklicht ook tekort is geschoten door het gebruik van het compriband. MHO heeft deze tekortkoming niet hersteld na ingebrekestelling, zodat MHO ook in zoverre in verzuim is en daarmee aansprakelijk voor de als gevolg hiervan door eiser geleden schade.