ECLI:NL:RBNHO:2021:9202
Rechtbank Noord-Holland
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoeken om voorlopige voorzieningen en niet-ontvankelijk verklaring beroep inzake omgevingsvergunning voor windturbines
Op 6 oktober 2021 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een zaak waarin eisers, bestaande uit twee natuurlijke personen en twee B.V.'s, verzoeken om voorlopige voorzieningen hebben ingediend tegen de bouw van windturbines nabij hun percelen. De eisers hebben beroep ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op hun handhavingsverzoeken en het niet tijdig publiceren van een omgevingsvergunning. De rechtbank heeft de verzoeken om voorlopige voorzieningen afgewezen en het beroep in de zaak HAA 21/4144 niet-ontvankelijk verklaard. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen omgevingsvergunning was verleend voor de bouw van windturbine NB02, maar dat verweerder niet handhavend optrad omdat er inmiddels een aanvraag voor een omgevingsvergunning was ingediend. Dit leidde tot de conclusie dat er zicht was op legalisatie van de situatie. De voorzieningenrechter heeft ook overwogen dat de verzoeken om stillegging van de windturbines niet konden worden toegewezen, omdat er geen zwaarwegende of spoedeisende belangen waren die dat rechtvaardigden. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn gewezen op de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan.