ECLI:NL:RBNHO:2022:10152

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
16 november 2022
Publicatiedatum
15 november 2022
Zaaknummer
9870103
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

VvE zaak: vervangende machtiging voor aanpassing van commerciële ruimten in gebouw Noord te Haarlem

In deze zaak heeft Gingko Biloba B.V. een verzoek ingediend bij de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland om vervangende machtiging te verlenen voor vier aanpassingen aan de commerciële ruimten in gebouw Noord, gelegen aan [adres 5] te Haarlem. De VvE heeft eerder toestemming voor deze aanpassingen geweigerd, wat Gingko als onterecht beschouwt. De aanpassingen omvatten wijzigingen aan de gevel, het aanbrengen van signage, de plaatsing van een warmtepomp op het dak en de vergroting van de diameter van de mantelbuizen in de kelderwand. Gingko stelt dat de VvE zonder redelijke grond heeft geweigerd en dat de aanpassingen noodzakelijk zijn voor de exploitatie van de commerciële ruimten door McDonald's.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de VvE de toestemming voor de aanpassingen zonder redelijke grond heeft geweigerd. De rechter oordeelt dat Gingko voldoende informatie heeft verstrekt over de aanpassingen en dat de zorgen van de VvE voornamelijk voortkomen uit de komst van McDonald's, wat niet relevant is voor de besluitvorming over de aanpassingen. De kantonrechter verleent daarom de gevraagde vervangende machtiging voor de aanpassingen, met uitzondering van de signage aan de zuidzijde van het gebouw, die door Gingko is ingetrokken. De proceskosten worden toegewezen aan de VvE, die ongelijk heeft gekregen in deze procedure.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./repnr.: 9870103 \ EJ VERZ 22-24
Uitspraakdatum: 16 november 2022
Beschikking van de kantonrechter in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Gingko Biloba B.V.
gevestigd te Amsterdam
verzoekende partij
verder te noemen: Gingko
gemachtigden: mr. J.A. Huijgen en mr. M.M. Pielage
tegen
de vereniging van eigenaars
VvE [adres 1]
gevestigd te [plaats]
verwerende partij
verder te noemen: de VvE
gemachtigde: mr. A.J. van der Kolk

1.Het procesverloop

1.1.
Gingko heeft op 2 maart 2022 bij de rechtbank Amsterdam een verzoekschrift ingediend. De zaak is bij beschikking d.d. 3 mei 2022 doorverwezen voor verdere behandeling bij de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem. Zowel de VvE als mr. [betrokkene 1] (eigenaar van een van de appartementsrechten, hierna: [betrokkene 1] ) en mevrouw [betrokkene 2] en de heer [betrokkene 3] (eigenaar van een van de appartementsrechten) tezamen met hun dochter [betrokkene 4] (huurster van dat appartementsrecht) (hierna ook gezamenlijk te noemen: de familie [betrokkene 1] ) hebben een verweerschrift ingediend.
1.2.
Op 20 september 2022 heeft een zitting plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. Gingko, de VvE en de heer [betrokkene 1] hebben gebruik gemaakt van pleitaantekeningen, die zijn overgelegd. Voorafgaand aan de zitting heeft Gingko bij brief van 8 september 2022 nog stukken toegezonden.

2.De feiten

2.1.
Nabij de [adres 2] , [adres 3] en [adres 4] te [plaats] is een tweetal gebouwen gesitueerd. Beide gebouwen worden gezamenlijk [adres 5] genoemd en worden afzonderlijk aangeduid als gebouw Noord en gebouw Zuid.
2.2.
Bij akte van splitsing van 1 september 2017 zijn de gebouwen gesplitst in 217 appartementsrechten en is de VvE opgericht.
2.3.
Gebouw Noord bestaat uit 96 appartementen en twee commerciële ruimten op de begane grond (hierna: de commerciële ruimten) en gebouw Zuid bestaat uit 48 appartementen en een ondergrondse stallingsgarage.
2.4.
In de splitsingsakte staat onder meer:
Artikel 22 1. Iedere op-, aan-, onder- of bijbouw zonder voorafgaande toestemming van de vergadering is verboden. (…) 2. Het zichtbaar aanbrengen in of aan het gebouw van naamborden, reclameaanduidingen, uithangborden, zonweringen, windschermen, vlaggen, spandoeken, bloembakken, schijnwerpers, (schotel)antennes, antennes van zendamateurs, luchtbehandelings- en koelinstallaties en in het algemeen van uitstekende voorwerpen, alsmede het in het zicht hangen van wasgoed, mag slechts geschieden met toestemming van de vergadering of volgens regels te bepalen in het huishoudelijk reglement. (…) 3. De eigenaars en gebruikers mogen zonder toestemming van de vergadering geen veranderingen aanbrengen in de gemeenschappelijke gedeelten of aan de gemeenschappelijke zaken, ook als deze zich in privé gedeelten bevinden.
2.5.
De commerciële ruimten zijn twee separate appartementsrechten, elk voorzien van een eigen ingang en worden van elkaar gescheiden door een gemeenschappelijke hal. De beide ruimten hebben een eigen privé terras dat direct grenst aan de gemeenschappelijke binnentuin die zich tussen de twee gebouwen bevindt. Grenzend aan deze binnentuin bevinden zich nog een aantal andere terrassen.
2.6.
Op het dak van gebouw Noord bevindt zich een daktuin. In deze daktuin zijn vier installatiezones geplaatst die zijn bestemd voor gebruik ten behoeve van de (afvoeren) van de commerciële ruimten.
2.7.
[adres 5] is begin 2020 opgeleverd. Gingko is op 4 maart 2020 eigenaar geworden van de twee commerciële ruimten in gebouw Noord, die volgens de splitsingsakte gebruikt mogen worden voor horecadoeleinden. Gingko is een vastgoedvennootschap en maakt deel uit van een groter concern.
2.8.
Gingko heeft deze ruimten verhuurd aan McDonald’s Nederland B.V. (verder: McDonalds), die in de twee ruimten één restaurant wil beginnen. McDonalds wil in de ruimte met index 145 het restaurant vestigen en de ruimte met index 217 gebruiken als magazijn, koel- en vriescel en vuilruimte. Om die reden wil Gingko vier aanpassingen aan het gebouw aanbrengen.
2.9.
Op 24 augustus 2020 heeft McDonalds van de gemeente [plaats] een omgevingsvergunning gekregen voor het wijzigen van de gevels, het verbouwen van de begane grond en het plaatsen van handelsreclames van het gebouw. Verschillende belanghebbenden, waaronder de VvE en mevrouw [betrokkene 1] , hebben daartegen bezwaar gemaakt. Bij besluit van 28 december 2020 heeft de gemeente [plaats] de bezwaarschriften ongegrond verklaard. Onder meer de familie [betrokkene 1] heeft daartegen beroep ingesteld. Bij mondelinge uitspraak van 7 juni 2022 heeft de bestuursrechter van de rechtbank Noord-Holland (zaaknummers HAA 22/955 en HAA 22/956) de beroepen gegrond verklaard, de besluiten van 28 december 2020 vernietigd en het besluit van 24 augustus 2020 herroepen. De bestuursrechter heeft daarbij overwogen dat McDonalds niet kan worden aangemerkt als belanghebbende en dat zij ten onrechte is ontvangen in haar verzoek. Op 28 juli 2022 heeft McDonalds tegen die uitspraak hoger beroep ingesteld bij de Raad van State.
2.10.
De VvE-leden die zich zorgen maken over de komst van McDonalds hebben zich verenigd in de Commissie Plinten.
2.11.
Het bestuur van de VvE heeft op 16 september 2020 een uitgebreide vragenlijst van de leden over de komst en het gebruik van de commerciële ruimten door McDonalds aan Gingko gestuurd.
2.12.
Op 18 september 2020 heeft een overleg plaatsgevonden op het hoofdkantoor van McDonalds tussen de VvE, Gingko en McDonalds. McDonalds heeft toen een toelichting gegeven op de exploitatie van het McDonalds restaurant in relatie met de beoogde aanpassingen. Op dezelfde dag heeft Gingko aan het bestuur van de VvE in een memo met bijlagen een toelichting verstrekt over de noodzaak van de vier gevraagde aanpassingen.
2.13.
Op 28 september 2020 heeft een digitale algemene ledenvergadering van de VvE plaatsgevonden. De aanwezigheid van twee vertegenwoordigers/deskundigen van McDonalds werd niet toegestaan.
2.14.
Het onderstaande verzoek van Gingko om toestemming te verlenen het gebouw te wijzigen voor het gebruik door McDonalds is toen afgewezen:
A het aanbrengen van wijzigingen in de gevel van de commerciële ruimten;
B het aanbrengen van naamborden en een uithangbord aan de gevel;
C het plaatsen van een warmtepomp op het dak van gebouw Noord;
D het vergroten van de diameter van de mantelbuizen in de kelderwand ten behoeve van het verzwaren van de nutsvoorzieningen.
2.15.
Op 15 oktober 2020 heeft Gingko een verzoekschrift ingediend bij de kantonrechter van de rechtbank [plaats] . In het verzoekschrift vraagt Gingko vervangende machtiging van de kantonrechter als bedoeld in artikel 5:121 van het Burgerlijk Wetboek (BW) en om vernietiging van een besluit op grond van artikel 5:130 BW|.
2.16.
Op 7 december 2020 heeft een overleg plaatsgevonden tussen het bestuur van de VvE en Gingko en McDonalds.
2.17.
Op 11 december 2020 heeft het adviesbureau Peutz in opdracht van Gingko een rapport opgemaakt met betrekking tot de akoestische aspecten van de op het dak te plaatsen warmtepomp. Na geluidsmetingen is Peutz tot oordeel gekomen dat maatregelen noodzakelijk zijn om het geluidniveau zowel bij de gevel van de omliggende woningen alsmede op het dakterras te verlagen. In haar rapport heeft Peutz aangegeven dat een geluidsreductie wenselijk is en dat die kan worden bereikt door een akoestische omkasting te gebruiken voor de warmtepomp en door gebruik te maken van trillingdempers.
2.18.
De gemeente [plaats] heeft McDonalds op 16 december 2020 een exploitatievergunning verleend. Onder andere de VvE heeft daartegen bezwaar gemaakt. Er is nog niet beslist op de bezwaren.
2.19.
Op 12 januari 2021 heeft Peutz ter aanvulling op haar rapport in een notitie het volgende geschreven:
1 Inleiding
Op het dak van het pand aan de [adres 2] is een warmtepomp geprojecteerd ten
behoeve van de McDonald’s.
Deze warmtepomp is een geluidbron die een geluidbelasting veroorzaakt op de gevels van
de omliggende woningen alsmede ter plaatse van de daktuin.
Er gelden uitsluitend wettelijke eisen voor de maximale geluidbelasting op de gevels van
woningen. Om te voorkomen dat de warmtepomp op de daktuin tot geluidhinder leidt is
hiervoor tevens een grenswaarde voor het geluidniveau voorgesteld van maximaal 50 dB(A)
op 5 meter van het centrum van de warmtepomp. Dit is circa 8 dB lager dan het
omgevingsgeluid ter plaatse.
2 Beoordeling en maatregelen
Het is niet toegestaan de geplande warmtepomp ten behoeve van McDonald’s op het dak
van de [adres 2] op vol vermogen in bedrijf te stellen in verband met
bovengenoemde grenswaarden zonder aanvullende maatregelen.
Om aan de wettelijke grenswaarden voor het maximaal geluidniveau op de gevels van de
omliggende woningen te voldoen alsmede het geluidniveau ter plaatse van de daktuin te
beperken zijn aanvullende maatregelen voorgesteld in de vorm van een akoestische
omkasting om de warmtepomp.
Als doel is gesteld om met de maatregelen een geluidreductie van 17 tot 19 dB te realiseren.
Op 1 m van de warmtepomp is het geluid van de omgeving dan ongeveer gelijk aan het
geluid van de warmtepomp. Op 4 meter van de rand van de warmtepomp bedraagt de
bijdrage van het geluid van de warmtepomp circa 8 dB minder dan het omgevingsgeluid.
Het is de verwachting dat met bovengenoemde maatregelen de geluidniveaubijdrage door
de warmtepomp dusdanig is beperkt dat dit niet leidt tot een hinderlijke situatie.
2.20.
Op 21 januari 2021 heeft de advocaat van de VvE de eerder verstrekte lijst met 32 vragen opnieuw naar Gingko verstuurd. Bij e-mail van 27 januari 2021 heeft Gingko de antwoorden op deze vragen aan de advocaat van de VvE gestuurd.
2.21.
Op 4 februari 2021 heeft Commissie Plinten in een memo gereageerd op de door Gingko beantwoorde vragen.
2.22.
In opdracht van de VvE heeft adviesbureau Antea op 9 februari 2021 een rapport opgesteld in reactie op het rapport van Peutz waarin staat dat zij zich niet kan vinden in de interpretatie van de resultaten van de geluidberekeningen van Peutz en de in de rapportage van Peutz geadviseerde geluidmaatregelen. Antea adviseert onder meer een geluidniveau te hanteren met als ondergrens 30 dB(A).
2.23.
Peutz heeft op dit rapport gereageerd met een notitie d.d. 12 maart 2021 waarin zij – onder meer – schrijft: ‘
het hanteren van 50 dB(A) op korte afstand van de warmtepomp (5 m afstand uit het hart van de installatie) is, gezien de aard van de omgeving zodanig dat sprake is van een acceptabele situatie. De door Antea aangegeven grenswaarde van 30 dB(A) op nog kortere afstand is enerzijds niet realistisch en anderzijds niet haalbaar’.Op deze notitie van Peutz heeft Antea niet meer gereageerd.
2.24.
Op 28 april 2021 heeft de kantonrechter van de rechtbank [plaats] een beschikking gewezen (ECLI:NL:RBAMS:2021:2072) en daarin onder meer het volgende geoordeeld:
12. De kantonrechter is van oordeel dat alle verzoeken tot aanpassing door de VVE vergadering op redelijke gronden zijn weggestemd. Van Gingko had mogen worden verwacht dat haar voorstellen voldoende concreet waren toegelicht, zodanig ondersteund door de nodige schriftelijke (technische) informatie en uitgewerkt, dat de leden in redelijkheid zelfstandig een inschatting konden maken van de eventuele impact van de aanpassingen op het woon- en leefklimaat in [adres 5] . Daarbij weegt mee dat het bestuur Gingko vooraf heeft gewaarschuwd dat indiening van de verzoeken prematuur was, omdat voldoende toelichting ontbrak en de kans groot was dat de eigenaren geen toestemming zouden verlenen, en dat het bestuur een alternatief heeft geboden.Wat betreft de diverse verzoeken geldt dat de schriftelijke specificaties over de schuifdeuren en informatie over de locatie na verplaatsing pas na de vergadering, in het kader van de onderhavige rechtszaak, door Gingko zijn overgelegd. Dit geldt eveneens voor de informatie over de toe- en afvoerroosters in de gevel, de precieze plannen over de blindering van de ramen van de unit met index 217, de uithangborden aan de gevel, de mantelbuizen en de warmtepomp. Wat betreft de te plaatsen warmtepomp op het dakterras is in het bijzonder van belang dat de rapportage van de bureaus Peutz en Antea, die bij nadere akte door Gingko respectievelijk de VVE is overgelegd, onmisbaar is om de leden in staat te stellen tot een behoorlijke afweging te komen. (…) 13. De conclusie is dat de VVE in redelijkheid tot haar besluit heeft kunnen komen. Het besluit is dus niet vatbaar voor vernietiging. De verzochte vervangende toestemming zal niet worden verleend. (…)
2.25.
Gingko heeft op 27 mei 2021 bij het gerechtshof Amsterdam hoger beroep ingesteld tegen deze beschikking. De VvE en Commissie Plinten hebben op 15 september 2021 verweerschriften ingediend. De mondelinge behandeling in het hoger beroep was gepland op 3 november 2022.
2.26.
Op 2 juni 2021 is de heer R. [betrokkene 5] (hierna: [betrokkene 5] ), vertegenwoordiger van Gingko, samen met twee leden van het bestuur van de VvE bijeengekomen om te overleggen. Op 11 juni 2021 hebben Gingko en McDonalds per e-mail een presentatie gedeeld met de VvE waarin zij de plannen met betrekking tot de Commerciële Ruimten nogmaals uiteen hebben gezet. In deze presentatie staat onder meer het volgende:
Verzoek 1: Wijzigen gevel Toegangsdeur naar restaurant
• Om de in- en uitgaande gasten van McDonalds te faciliteren, een hygiënische, veilige en duurzame bedrijfsvoering te waarborgen en de toegang door gasten met een beperking mogelijk te maken dient de gevelindeling van de commerciële ruimten iets te worden aangepast.
• In het kader van esthetische afwegingen is gekozen voor een type vouwdeur bijpassend aan de huidige gevel, waardoor het gevelbeeld op hoofdlijnen ongewijzigd blijft.
• Hetzelfde geldt voor de roosters die worden aangebracht achter de bestaande gevelroosters in dezelfde kleur waardoor het gevelbeeld ongewijzigd blijft. Deze veroorzaken geen geluid- of geurhinder.
• De volledige tekeningen van de bestaande situatie en de nieuwe situatie en de technische specificaties van de schuifdeuren zijn opgenomen alsbijlagen 1 en 2;
(…)Verzoek 2: Signage
Signage
• McDonalds wil graag zoals iedere andere winkel/restaurant haar logo’s en uithangborden aanbrengen (zie onderstaande impressies voor locatie en uitstraling).
• De signage is afgestemd op de omgeving, het straatbeeld en het gebouw [adres 5] .
• Deze logos zijn in lijn met het beleid omtrent gevelreclame op de Zuidas en geven een zeer beperkt licht af.
• Tevens is door McDonald’s aansluiting gezocht bij de overige plinten in van de [adres 2] en uitingen op die gevels.
• De specificaties van de signage zijn opgenomen alsbijlage 3;
Verzoek 3: Warmtepomp
Warmtepomp
• In verband met de bedrijfsvoering en de verduurzamingsstrategie van McDonalds is het noodzakelijk om een warmtepomp te plaatsen op het dak van het gebouw. De warmtepomp verminderd het energie verbruik met
• In de splitsingsakte zijn op het dak zones aangeduid als installatiezone commercieel OG.
• McDonalds wil slechts één van deze vier beschikbare zones gebruiken voor het plaatsen van een warmtepomp (nl. de rood omcirkelde locatie op onderstaande tekening).
• De installatiezones zijn rondom de afvoerpijpen van de ventilatieschachten die allen direct uitkomen in de commerciële ruimten op de begane grond (zie zwarte ‘paddestoelen’ onderstaand).
• Het type warmtepomp is Samsung DVM-S AM260/ET (afmetingen: 0,76 x 1,29 x 1,79 m). Voor verdere technische specificaties van de warmtepomp wordt verwezen naarbijlage 4.
Warmtepomp
Ten aanzien van de zorgen van omwonenden m.b.t. de plaatsing van de warmtepomp om het dak het volgende:
Geluid
• Er geldt dat het langetermijn gemiddelde beoordelingsniveau ter plaatse van de gevel van een geluidgevoelige bestemming niet hoger mag zijn dan 50 dB(A) in de dag periode (07.00-19.00 uur), 45 dB(A) in de avondperiode (19.00-23.00 uur) en 40 dB(A) in de nachtperiode (23.00-07.00 uur).
• Voor de daktuin zijn geen grenswaarden geformuleerd, wel geldt dat de warmtepomp niet tot overlast mag leiden. Het omgevingsgeluid bedraagt ongeveer 58 dB(A). Wanneer de warmtepomp hier ruimschoots (circa 3 dB) onder blijft, dan zal redelijkerwijs de kast niet hoorbaar zijn.
• De hoogst berekende geluidbelasting van de warmtepomp is op de zijgevel van het gebouw aan de westzijde van de Gustav en zou zonder maatregelen 55 dB(A) bedragen. Dit zal gereduceerd moeten worden met 15 dB om te voldoen aan het Activiteitenbesluit. Op gebouw The George zou dit geluidsniveau (zonder maatregelen) maximaal 50 dB bedragen.• Echter in verband met akoestisch comfort op de daktuin is een reductie van tenminste 17 dB wenselijk.
• Deze reductie van 17 dB wordt gerealiseerd door een akoestisch omkasting van een specialistische akoestische bedrijf, (bijv. Acoustair, Alara-Lukagro, Merford, Kellner of vergelijkbaar).
• De voorgestelde maatregelen zullen ertoe leiden dat het te verwachten geluidniveau geen hinder zal veroorzaken voor de ondergelegen woningen en de omgeving op het dakterras.
Trillingsgeluid overdracht
• Er zal een bodemplaat worden toegepast en de kast zal los van de dakvloer (op trillingdempers) worden opgesteld waardoor er geen problemen te
verwachten zijn qua geluid naar de onderliggende woningen.
Er zullen trillingdempers onder de omkasting geplaatst worden, waarbij het totale gewicht van warmtepomp + omkasting wordt afgesteund op de trillingdempers. (…)
Verzoek 4: Elektra
Elektra
• Ten behoeve van de aanpassing van de stroomvoorziening zal de bestaande mantelbuis vervangen moeten worden door een mantelbuis met een 3,5 cm grotere diameter tot 11 cm. Dit is conform opgave van Liander(bijlage 6).
• De mantelbuizen komen het gebouw binnen via de kelderwand en lopen direct door naar de commerciële ruimten op de begane grond.
• De aanpassing van de mantelbuis van 7,5 cm naar 11 cm zal op geen enkele wijze de uitstraling, constructie of kwaliteit van het gebouw beïnvloeden en zal de gebruikers van de algemene ruimten waar het traject door loopt niet hinderen. (…)
Als bijlagen zijn bijgevoegd:
- tekeningen gevelindeling bestaand en na wijziging;- technische specificatie schuifdeuren;- technische specificaties signage elementen;- technische specificatie Warmtepomp;- adviesrapporten Peutz inzake het geluidsniveau warmtepomp op het dak;- technische eisen opstellingsruimte Liander t.b.v. elektravoorzieningen
2.27.
Per e-mail d.d. 21 juni 2021 heeft de Commissie Plinten aangegeven dat zij meent dat Gingko en McDonalds haar vragen onvoldoende hebben beantwoord.
2.28.
Per e-mail d.d. 7 juli 2021 heeft Gingko de VvE een eerste conceptversie gestuurd van de antwoorden op de 37 nog openstaande vragen van de Commissie Plinten. Op 13 juli 2021 heeft overleg plaatsgevonden tussen Gingko, vertegenwoordigd door [betrokkene 5] , een deel van het bestuur van de VvE en een deel van de Commissie Plinten. Tijdens dit overleg werd afgesproken dat de Commissie Plinten haar nog bestaande vragen aan Gingko zou sturen. Op 26 juli en 27 augustus 2021 heeft Gingko daarover een herinnering gestuurd naar de VvE en de Commissie Plinten.
2.29.
Op 3 september 2021 heeft de Commissie Plinten aan Gingko een notitie gestuurd met daarin de resterende vragen, een verslag van de bespreking van 12 juli 2021, een handreiking ten behoeve van de beantwoording van de resterende vragen door leden van de Commissie Plinten, een brief van de Commissie Plinten aan Gingko van 5 november 2020, tekeningen van het dak van gebouw Noord en het memo van 5 februari 2021.
2.30.
Op 28 september 2021 en 8 november 2021 heeft [betrokkene 5] hier namens Gingko per e-mail op gereageerd en de vragen beantwoord, waarna de Commissie Plinten per e-mail d.d. 9 november 2021 heeft gereageerd met de mededeling dat Gingko haar vrees voor overlast onvoldoende had weggenomen. Per e-mail d.d. 19 november 2021 heeft [betrokkene 5] namens Gingko gereageerd op de door de Commissie Plinten opgeworpen punten.
2.31.
Gingko heeft per e-mail d.d. 12 november 2021 aan de VvE kenbaar gemaakt de vier toestemmingsverzoeken opnieuw te willen indienen voor de algemene ledenvergadering van 8 december 2021 en daarbij de op 11 juni 2021 gedeelde presentatie met bijlagen, de concept antwoorden op de vragen van 7 juli 2021 en de antwoorden van 8 november 2021 in te willen brengen.
2.32.
Per e-mail van 21 november 2021 heeft Gingko aan het bestuur van de VvE gevraagd of McDonalds zou kunnen aansluiten bij de algemene ledenvergadering d.d. 8 december 2021. Per e-mail van 7 december 2021 heeft het bestuur van de VvE dit verzoek afgewezen.
2.33.
Op 6 december 2021 zijn de stukken van Gingko beschikbaar gesteld via het eigenaarsportaal van de VvE. Daarbij is in eerste instantie niet de presentatie van Gingko van 11 juni 2021 maar haar memo van 18 september 2020 opgenomen door de VvE-beheerder en vervolgens is de juiste presentatie met bijlagen alsnog op 7 of 8 december 2021 beschikbaar gesteld.
2.34.
Op 8 december 2021 heeft een nieuwe (digitale) algemene ledenvergadering van de VvE plaatsgevonden. Tijdens de vergadering hebben [betrokkene 5] en de heer [betrokkene 6] (hierna: [betrokkene 6] ) namens Gingko de vier toestemmingsverzoeken nader toegelicht waarbij zij de reeds toegestuurde presentatie hebben gebruikt.
2.35.
De vier toestemmingsverzoeken zijn niet aangenomen. Daarbij waren de stemverhoudingen als volgt: gevel: 34,1% voor en 65,9% tegen; signage: 31,8% voor en 68,2% tegen; warmtepomp: 24,0% voor en 76,0% tegen; mantelbuis: 36,0% voor en 64,0% tegen.

3.Het verzoek

3.1.
Gingko verzoekt de kantonrechter vervangende machtiging te verlenen als bedoeld in artikel 5:121 lid 1 BW voor:
I. besluitvoorstel 1: wijziging van de gevel van de Commerciële ruimten;
II. besluitvoorstel 2: aanbrengen van signage;
III. besluitvoorstel 3: plaatsing van de warmtepomp op het dak van gebouw Noord;
IV. besluitvoorstel 4: vergroting van de diameter van de mantelbuizen in de kelderwand ten behoeve van de verzwaring van de nutsvoorzieningen;
met veroordeling van de VvE in de proceskosten.
3.2.
Gingko legt aan het verzoek - samengevat - het volgende ten grondslag. De vier toestemmingsverzoeken zijn zonder redelijke grond geweigerd door de VvE. Gingko heeft de VvE inmiddels van meer dan voldoende concrete informatie voorzien waaruit kan worden gedestilleerd dat de geringe aanpassingen geen afbreuk doen aan het leef- en verblijfsklimaat in [adres 5] , zowel in de gemeenschappelijke ruimten, de commerciële ruimten, de woningen als de daktuin. De ingrepen zijn noodzakelijk om de normale exploitatie van de commerciële ruimten door McDonalds mogelijk te maken en zullen niet leiden tot hinder, overlast of andere problematiek.
De weigering van de VvE lijkt te zijn ingegeven door motieven van verzet tegen de komst van een McDonalds-restaurant en ongegronde en irreële vrees voor hinder, overlast en dergelijke. Omdat de commerciële ruimten nu al twee jaar leeg staan, wordt Gingko zonder redelijke grond ernstig in haar belangen als eigenaar, verhuurder en lid van de VvE geschaad. Wat Gingko ook doet, de VvE (en dan voornamelijk de Commissie Plinten) bestempelt de informatievoorziening door Ginkgo en McDonalds als onvoldoende. De VvE maakt gelet hierop met haar categorische weigeringen oneigenlijk gebruik van de toestemmingsbevoegdheid.

4.Het verweer

4.1.
Zowel de VvE als [betrokkene 1] en de familie [betrokkene 1] verzetten zich tegen toewijzing van het verzoek. De kantonrechter zal hun standpunten beknopt weergeven. Alle drie voeren zij in de eerste plaats aan dat sprake is van misbruik van recht. De hoger beroepsprocedure tegen de beschikking van 28 april 2021 van de kantonrechter te Amsterdam loopt nog en het starten van een tweede paralelle procedure over dezelfde geschilpunten terwijl de zaak nog in hoger beroep loopt, leidt tot misbruik van procesrecht. De VvE en de familie [betrokkene 1] verzoeken daarom in de eerste plaats om Gingko niet-ontvankelijk te verklaren in haar verzoek danwel de zaak aan te houden tot in hoger beroep is beslist. [betrokkene 1] meent dat het misbruik van procesrecht moet leiden tot afwijzing van het verzoek.
4.2.
[betrokkene 1] en de familie [betrokkene 1] betogen in de tweede plaats dat het verzoek moet worden afgewezen omdat Gingko daar geen belang bij heeft. Zij wijzen er daarbij op dat er nog geen onherroepelijke vergunningen zijn verleend voor het gebruik van de commerciële ruimten. Subsidiair voeren zij beiden aan dat sprake is van strijd met artikel 21 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv).
4.3.
Inhoudelijk voeren zowel de VvE als [betrokkene 1] en de familie [betrokkene 1] aan dat de VvE op redelijke gronden haar goedkeuring heeft onthouden aan de vier toestemmingsverzoeken. De verstrekte informatie is nog steeds onvoldoende, onvolledig, niet verifieerbaar, onvoldoende concreet en/of tegenstrijdig en niet alle relevante vragen zijn beantwoord. De VvE, [betrokkene 1] en [betrokkene 1] hebben dit verweer gemotiveerd toegespitst op de vier toestemmingsverzoeken. Zij menen dat onder meer concrete vragen over onder andere logistieke zaken, openingstijden van de McDonalds en de locatie van de warmtepomp onbeantwoord zijn gebleven.

5.De beoordeling

5.1.
Bij besluit van 8 december 2021 heeft de VvE de door Gingko verzochte toestemming voor het doen van aanpassingen aan de gemeenschappelijke delen van gebouw Noord van [adres 5] (opnieuw) geweigerd. Die toestemming is op grond van artikel 22 lid 2 en 3 van de splitsingsakte vereist. Gingko verzoekt de kantonrechter om een vervangende machtiging te verlenen voor het doen van de aanpassingen.
Misbruik van recht
5.2.
De VvE, [betrokkene 1] en de familie [betrokkene 1] hebben in de eerste plaats aangevoerd dat sprake is van misbruik van recht, omdat Gingko deze procedure is gestart terwijl in hoger beroep nog een zaak loopt die gaat over dezelfde geschilpunten als in deze zaak. Gingko heeft dat gemotiveerd betwist.
5.3.
De kantonrechter is van oordeel dat geen sprake is van misbruik van (proces)recht en overweegt daartoe als volgt. Er kan sprake zijn van misbruik van procesrecht als het instellen van een vordering of verzoek, gelet op de evidente ongegrondheid ervan, in verband met de betrokken belangen van de wederpartij achterwege had behoren te blijven. Daarvan kan pas sprake zijn als de eiser of verzoeker zijn vordering of verzoek baseert op feiten en omstandigheden waarvan hij de onjuistheid kende dan wel behoorde te kennen of op stellingen waarvan hij op voorhand moest begrijpen dat deze geen kans van slagen hadden (Hoge Raad 29 juni 2007, ECLI:NL:HR:2007:BA3516). Gesteld noch gebleken is dat dat hier het geval is. Ook is geen sprake van misbruik van recht omdat Gingko de afwijzing op haar tweede verzoeken voorlegt aan de kantonrechter terwijl het gerechtshof Amsterdam zich nog buigt over de eerste gelijkluidende verzoeken. Hoewel zowel deze procedure als de procedure bij het gerechtshof Amsterdam inhoudelijk zien op dezelfde toestemmingsverzoeken (wijziging van de gevel, aanbrengen van signage, plaatsing van de warmtepomp en aanpassing van de mantelbuizen) is sprake van twee afzonderlijke besluiten. Zo heeft Gingko terecht aangevoerd dat de twee procedures verschillen met betrekking tot het moment van besluitvorming en de informatie waarover de VvE beschikte ten tijde van haar besluitvorming en de achtergrond van de besluitvorming. In de aanloop naar de besluitvorming hebben zich in de periode tussen de twee vergaderingen (tussen 28 september 2020 en 8 december 2021) immers diverse ontwikkelingen tussen partijen voorgedaan in die zin dat er meerdere overleggen tussen de VvE en Gingko en Mcdonalds hebben plaatsgevonden, Gingko vragen van de VvE heeft beantwoord, geluidsnormonderzoeken zijn uitgevoerd en Gingko en McDonalds meerdere keren de toestemmingsverzoeken hebben toegelicht. De kantonrechter toetst in deze zaak dan ook een ander besluit, genomen in een andere situatie dan in de zaak die nu in hoger beroep dient. De kantonrechter ziet daarom geen grond voor het oordeel dat sprake is van misbruik van recht en gaat verder voorbij aan de betogen die daarop zien.
5.4.
Anders dan de VvE en de familie [betrokkene 1] wensen, zal de kantonrechter de verdere behandeling ook niet aanhouden tot er uitspraak is gedaan in het hoger beroep. Ook in zoverre geldt immers dat het besluit dat in deze procedure voorligt, een ander besluit is dan het besluit dat onderwerp is van het hoger beroep. De uitkomst van deze procedure is in die zin niet afhankelijk van de uitspraak in het hoger beroep.
Bestuursrechtelijke procedures
5.5.
De kantonrechter verwerpt het verweer van [betrokkene 1] en de familie [betrokkene 1] dat het verzoek moet worden afgewezen wegens gebrek aan belang omdat onherroepelijke vergunningen ontbreken. Gingko voert terecht aan dat sprake is van twee verschillende trajecten: enerzijds het onderhavige civielrechtelijke en anderzijds het bestuursrechtelijke, en dat zij in beide trajecten belang heeft bij een beslissing omdat zij beiden nodig heeft om de door haar beoogde werkzaamheden te kunnen uitvoeren.
Artikel 21 Rv
5.6.
[betrokkene 1] en de familie [betrokkene 1] betogen nog dat sprake is van strijd met artikel 21 Rv omdat i) Gingko vragen weigert te beantwoorden onder verwijzing naar een akkoordverklaring van het bestuur van de VvE terwijl het bestuur dergelijke verzoeken niet kan goedkeuren, ii) Gingko de VvE mentaal en financieel uitput door alles aan te grijpen om een gerechtelijke procedure te starten, iii) Gingko de ALV en de Commissie Plinten afschildert als querulant en onredelijk, terwijl in het kader van de waarheidsvinding alleen wordt getracht om de verwachte effecten van het gebruik en de mate van overlast in kaart te brengen en iv) Gingko weigert informatie te verstrekken over de verhouding met McDonalds, de huurovereenkomst en enige machtiging van McDonalds.
5.7.
Dit betoog wordt niet gevolgd. Artikel 21 Rv verplicht partijen de voor de beslissing van belang zijnde feiten volledig en naar waarheid aan te voeren. Als deze verplichting niet wordt nageleefd kan de rechter daaruit de gevolgtrekking maken die zij geraden acht. De door [betrokkene 1] en de familie [betrokkene 1] aangedragen gronden zoals in r.o. 5.6. weergegeven onder i) tot en met iii) zijn allemaal inhoudelijke bezwaren tegen de toewijzing van het onderhavige verzoek en geen feiten die Gingko in deze procedure niet volledig of niet naar waarheid zou hebben aangevoerd. Voor wat betreft de grond onder iv), daargelaten of het verwijt feitelijk klopt, hebben [betrokkene 1] en de familie [betrokkene 1] nagelaten te onderbouwen dat en waarom deze informatie relevant is voor de beoordeling van dit verzoek. Er is daarom geen sprake van strijd met artikel 21 Rv.
Verzoeken vervangende machtiging
5.8.
Ten aanzien van het verzoek om een vervangende machtiging te verlenen voor de vier aanpassingen aan het gebouw van [adres 5] op grond van artikel 5:121 lid 1 BW ligt de vraag voor of de VvE de door Gingko gevraagde toestemming voor de aanpassingen zonder redelijke grond heeft geweigerd. De kantonrechter is van oordeel dat daarvan sprake is en zal daarom de gevraagde vervangende machtiging voor de aanpassingen verlenen. Zij overweegt daartoe als volgt.
5.9.
De kantonrechter stelt voorop dat artikel 5:121 BW te beschouwen is als een bijzondere uitwerking van het beginsel dat de verhouding tussen mede-eigenaars wordt beheerst door de redelijkheid en billijkheid. De weigering van de VvE moet dan ook worden getoetst aan de redelijkheid en billijkheid. Een dergelijke toetsing vindt plaats aan de hand van alle omstandigheden van het geval en is dus geen marginale toetsing (vgl. de conclusie van de A-G bij Hoge Raad 30 oktober 1998 (ECLI:NL:HR:1998:ZC2759).
5.10.
Vast staat dat het gebruik van de commerciële ruimten voor horeca past in de bestemming van de commerciële ruimten krachtens de splitsingsakte en dat dit ook is toegestaan in het bestemmingsplan. Ook staat vast dat de door Gingko gewenste aanpassingen noodzakelijk zijn om exploitatie van de commerciële ruimten door McDonalds mogelijk te maken. Toestemmingsverzoek I ziet op aanpassingen in de gevel in die zin dat een toegangsdeur wordt vervangen door een schuifdeur, ventilatieroosters worden toegevoegd achter reeds bestaande gevelroosters en enkele ramen worden beplakt met folie. Toestemmingsverzoek II betreft het aanbrengen van signage aan de gevel in de vorm van een naambord en uithangbord van McDonalds aan de Noord- en Zuidgevel. Toestemmingsverzoek III betreft het installeren van een warmtepomp in een van de vier installatiezones op de daktuin en toestemmingsverzoek IV betreft het vergroten van twee mantelbuizen in de kelder van het gebouw van de huidige doorsnee van 75 mm tot een doorsnee van 110 mm.
5.11.
Zoals ook de kantonrechter van de rechtbank Amsterdam heeft overwogen (r.o. 2.24) mocht bij het doen van een verzoek om toestemming voor deze aanpassingen van Gingko worden verwacht dat haar voorstellen voldoende concreet waren toegelicht, zodanig ondersteund door de nodige schriftelijke (technische) informatie en uitgewerkt, dat de leden van de VvE in redelijkheid zelfstandig een inschatting konden maken van de eventuele impact van de aanpassingen op het woon- en leefklimaat in het gebouw.
5.12.
Na de vergadering van 28 september 2020 waarin de toestemming voor de vier aanpassingen aan het gebouw de eerste keer zijn geweigerd, zijn er diverse ontwikkelingen geweest. Er is meermaals overleg geweest tussen het bestuur van de VvE en Gingko en McDonalds, te weten op 7 december 2020, 2 juni 2021 en 13 juli 2021 (respectievelijk r.o 2.16, 2.26 en 2.28). Na het overleg op 2 juni 2021 hebben Gingko en McDonalds voornoemde presentatie gedeeld waarin per toestemmingsverzoek informatie is gegeven (r.o 2.26). Ook is de VvE ruimschoots in de gelegenheid gesteld vragen te stellen aan Gingko en McDonalds. Zo heeft de VvE op 21 januari 2021 opnieuw de vragenlijst d.d. 16 september 2020 met 32 vragen (voornamelijk aan McDonalds) aan Gingko gestuurd. Deze vragen zijn door McDonalds beantwoord en door Gingko aan de gemachtigde van de VvE gestuurd op 27 januari 2021 waarbij Gingko ook een specificatie van de schuifdeuren heeft meegezonden en heeft aangeboden om eventuele vragen die nog mochten leven te beantwoorden (r.o. 2.20). Op 4 februari 2021 heeft de Commissie Plinten hierop gereageerd in voornoemd memo (r.o 2.21) en daarin geconcludeerd dat een deel van de vragen onbeantwoord is gebleven. Zij heeft per antwoord aangegeven of de vraag voldoende is beantwoord of niet. Bij veel van de antwoorden van McDonalds heeft de Commissie Plinten geschreven dat meer informatie nodig is of dat afspraken gemaakt en vastgelegd moeten worden. Daarnaast heeft Gingko op 7 juli 2021 de (concept) antwoorden op nog eens 37 vragen van de VvE aan Commissie Plinten verstrekt (r.o. 2.28). Hierna heeft op 13 juli 2021 een overleg plaatsgevonden tussen Gingko, de VvE en een deel van de Commissie Plinten waarbij de Commissie Plinten nogmaals haar (nu nog) openstaande vragen zou doorsturen. Gingko heeft de Commissie Plinten tweemaal een herinnering gestuurd om de vragen door te sturen. Als reactie heeft de Commissie Plinten op 3 september 2021 onder meer nadere vragen gestuurd aan Gingko. Ook deze vragen heeft Gingko beantwoord, met name in de brief van 8 november 2021. In reactie daarop heeft de Commissie Plinten op 9 november 2021 opnieuw een aantal vragen opgeworpen die in haar optiek nog niet (voldoende) beantwoord zijn. Per e-mail van 19 november 2021 heeft Gingko die vragen beantwoord (r.o. 2.30). Nadien heeft de Commissie Plinten geen vragen meer aan Gingko voorgelegd.
5.13.
De kantonrechter merkt op dat veel van de vragen van de VvE en de Commissie Plinten geen betrekking hebben op de gevraagde aanpassingen maar zien op de exploitatie van de ruimten door McDonalds. Zoals vragen over de aard van het kleine karretje (opbouw, vaste/losse delen, type wielen) en de precieze afmetingen waarmee McDonalds voorraad zal vervoeren van de ene commerciële ruimte naar de andere, de openingstijden van McDonalds, het gebruik van de deuren en/of fietsenstalling door medewerkers van Mcdonalds en de vuilnisopslag. Hoewel de kantonrechter begrijpt dat dit informatie is die de VvE graag wil ontvangen, is deze informatie niet relevant voor het wel of niet verlenen van toestemming voor de vier aanpassingen. Deze informatie ziet immers op de (gevolgen van de) daadwerkelijke exploitatie door McDonalds in de twee commerciële ruimten en niet specifiek op de aanpassingen aan het gebouw.
5.14.
Naast het feit dat Gingko steeds de opgeworpen vragen van de VvE en de Commissie Plinten heeft beantwoord, is van belang dat de VvE leden voor de vergadering van 8 december 2021 kennis hebben kunnen (en moeten) nemen van de schriftelijke specificaties over de schuifdeuren, de informatie over de toe- en afvoerroosters in de gevel, de precieze plannen over het blinderen van een deel van de ramen, de signage, de mantelbuizen en de warmtepomp. Deze informatie heeft Gingko aan de VvE verstrekt op 27 januari 2021 (specificatie schuifdeuren) en op 11 juni 2021 in de presentatie van Gingko en McDonalds waarin alle vier de verzoeken nogmaals zijn toegelicht. Bij de presentatie zijn de aanpassingen omschreven, zijn foto’s en plaatjes bijgevoegd en de tekeningen en technische specificaties van de aanpassingen als bijlage bijgevoegd. Ook is het rapport van Peutz (r.o 2.17) verstrekt met daarin de conclusies van haar uitgebreide onderzoek naar de geluidsnormen en naar de te nemen maatregelen om overlast te voorkomen. Peutz heeft daarna nog extra informatie gegeven in haar notitie d.d. 12 januari 2021 over de warmtepomp en de metingen (r.o. 2.19). Antea heeft kritisch gereageerd op dit rapport (r.o. 2.22) en Peutz heeft deze kritiek weersproken in haar nadere memo d.d. 12 maart 2021 (r.o. 2.23). Antea heeft daar niet meer op gereageerd. Vast staat dat deze stukken voorafgaand aan de vergadering op 8 december 2021 beschikbaar waren voor de VvE-leden.
5.15.
Voor wat betreft de gang van zaken tijdens de algemene ledenvergadering op 8 december 2021 acht de kantonrechter het volgende van belang. Gingko heeft op 21 november 2021 aan het bestuur van de VvE gevraagd of McDonalds mocht aansluiten bij de algemene ledenvergadering om vragen te kunnen beantwoorden. De VvE heeft dit geweigerd terwijl juist McDonalds nog eventuele vragen kon beantwoorden en eventuele zorgen mogelijk kon wegnemen. Tijdens de vergadering hebben de heren [betrokkene 5] en [betrokkene 6] namens Gingko de vier verzoeken toegelicht door middel van een verkorte presentatie (van de presentatie van 11 juni 2021). Ter zitting heeft [betrokkene 6] verklaard dat hij aan het einde van de presentatie heeft gevraagd of er nog vragen waren en dat geen van de VvE leden vragen had. De VvE en de familie [betrokkene 1] hebben dat ter zitting niet betwist.
5.16.
Zoals is weergegeven in r.o. 5.11 lag het op de weg van Gingko om haar voorstellen voldoende concreet en schriftelijk onderbouwd toe te lichten om de leden van VvE in de gelegenheid te stellen een inschatting te maken van de invloed van de aanpassingen op hun woon- en leefklimaat. Uit hetgeen in r.o. 5.12 tot en met 5.15 is weergegeven volgt dat Gingko aan die verplichting heeft voldaan. Ten aanzien van de toestemmingsverzoeken II (aanbrengen van de signage) en IV (vergroting van de diameter van de mantelbuizen in de kelderwand) is daarbij van belang dat de VvE in de andere procedure bij de kantonrechter heeft laten weten dat zij daar geen bezwaren tegen had en dat in deze procedure zowel de VvE als [betrokkene 1] ter zitting hebben aangegeven dat deze aanpassingen aan het gebouw van geringe betekenis zijn. Dat sprake is van een redelijke grond voor weigering van die aanpassingen valt dan ook moeilijk in te zien. Verder acht de kantonrechter de aanpassingen I (wijziging van de gevel) en III (plaatsing van de warmtepomp op het dak) hoewel omvangrijker en daarmee van een iets andere orde, niet zodanig dat valt te verwachten dat het woon- en leefklimaat in het gebouw voor de leden van de VvE daardoor ingrijpend wordt aangetast. Daarbij weegt mee dat Gingko alle technische specificaties heeft overgelegd, heeft toegezegd ten aanzien van de roosters en de aan- en afzuiging de wet- en regelgeving te zullen respecteren en heeft toegezegd dat zij de warmtepomp zal laten aanleggen conform de aanbevelingen van Peutz.
5.17.
Als reden om de gevraagde toestemming te weigeren, hebben de VvE, [betrokkene 1] en de familie [betrokkene 1] kort gezegd aangevoerd dat de verstrekte informatie nog steeds onvoldoende, onvolledig, niet verifieerbaar, onvoldoende concreet en/of tegenstrijdig is en dat niet alle relevante vragen zijn beantwoord. Zij hebben echter nagelaten te stellen en onderbouwen welke vragen zij ten tijde van de vergadering op 8 december 2021 nog hadden die volgens hen door Gingko op dat moment niet beantwoord zijn, dan wel welke andere informatie op dat moment niet voorhanden was terwijl die wel noodzakelijk was voor een gedegen besluitvorming. Uit de agenda voor de vergadering en de notulen maakt de kantonrechter op dat de Commissie Plinten ten behoeve van de vergadering een advies heeft ingediend maar dat is niet overgelegd in deze procedure, zodat niet bekend is welk advies de Commissie Plinten aan de leden van de VvE heeft gegeven en ook niet of daar vragen in stonden voor Gingko. Uit de notulen van de vergadering blijkt wel dat [betrokkene 1] daar namens de Commissie Plinten heeft aangegeven dat, ondanks informatie verzoeken van Commissie Plinten, nog steeds geen concreet antwoord is gegeven door Gingko dan wel McDonalds, maar welke vragen dat betreffen staat niet in de notulen. Verder geldt dat met name [betrokkene 1] en de familie [betrokkene 1] in hun verweerschriften ten aanzien van elk van de vier gewenste aanpassingen uitvoerig hebben opgesomd welke informatie volgens hen ontbreekt of onjuist is, maar zij hebben onvoldoende concreet gesteld en onderbouwd dat deze vragen ook leefden ten tijde van de vergadering. Het standpunt van de VvE, [betrokkene 1] en de familie [betrokkene 1] dat toestemming is geweigerd omdat er, kort gezegd, onvolledige en onjuiste informatie is verstrekt, valt bovendien niet te rijmen met het feit dat tijdens de vergadering door Gingko is geïnformeerd of er nog vragen waren en dat toen niet het geval bleek te zijn. Als de VvE op dat moment vond dat er informatie ontbrak om te kunnen instemmen, dan had zij ook kunnen besluiten om de stemming over de verzoeken uit te stellen om Gingko in de gelegenheid te stellen nadere vragen te beantwoorden.
5.18.
Bovendien is het de vraag of het verstrekken van meer informatie of het beantwoorden van meer vragen zou leiden tot andere besluitvorming. De bezwaren van de VvE, [betrokkene 1] en de familie [betrokkene 1] lijken vooral ingegeven door zorgen over de komst van een vestiging van McDonalds in het gebouw. Zo heeft de familie [betrokkene 1] in haar verweerschrift opgenomen dat de eigenaars er bij aankoop van de appartementen weliswaar van op de hoogte waren dat de vestiging van horeca in de commerciële ruimten mogelijk was, maar dat de vestiging van reguliere horeca zoals een bourgondisch restaurant wezenlijk anders is dan de vestiging van een fastfoodrestaurant. Daarnaast blijkt uit de notulen dat [betrokkene 1] namens de Commissie Plinten op de vergadering ook haar zorgen heeft geuit over de gevolgen van de intrede van McDonalds, zoals geuren, bezorgers die af en aan rijden en afval. Zorgen over de vestiging van McDonalds als fastfoodrestaurant an sich met de daaraan volgens de VvE, de Commissie Plinten en familie [betrokkene 1] verbonden overlast, vormen echter geen onderdeel van de besluitvorming over de door Gingko verzochte aanpassingen en mogen op zichzelf geen (zwaarwegende) reden zijn om deze te weigeren. Gingko heeft in dat verband terecht aangevoerd dat de eigenaren van de woonappartementen in een gebouw met zowel een woon- als een bedrijfsfunctie het functioneren van het bedrijf in de bedrijfsruimte niet mogen blokkeren.
5.19.
Gelet op al hetgeen hierboven is overwogen is de kantonrechter van oordeel dat de VvE de toestemming voor de vier verzoeken zonder redelijke grond heeft geweigerd.
De kantonrechter zal het verzoek van Ginko daarom toewijzen en de gevraagde machtiging voor de aanpassingen verlenen. Daarbij is van belang dat Gingko ter zitting heeft aangegeven dat zij het verzoek ten aanzien van de signage bestaande uit de letter M aan de zuidzijde van het gebouw intrekt. Dat onderdeel zal daarom niet worden toegewezen.
5.20.
De overige aangevoerde verweren behoeven geen bespreking omdat zij niet tot een ander oordeel leiden.
5.21.
De proceskosten komen voor rekening van de VvE, omdat zij ongelijk krijgt. [betrokkene 1] en de familie [betrokkene 1] zijn weliswaar belanghebbenden maar geen officiële partij in deze zaak en worden daarom niet veroordeeld in de proceskosten.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
verleent een vervangende machtiging ex artikel 5:121 BW voor het uitvoeren van de werkzaamheden voor:
- besluitvoorstel 1: wijziging van de gevel van de Commerciële ruimten;
- besluitvoorstel 2: aanbrengen van signage aan de Noordzijde van het gebouw;
- besluitvoorstel 3: plaatsing van de warmtepomp op het dak van gebouw Noord;
- besluitvoorstel 4: vergroting van de diameter van de mantelbuizen in de kelderwand ten behoeve van de verzwaring van de nutsvoorziening;
6.2.
veroordeelt de VvE tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van Gingko tot en met vandaag vaststelt op:
griffierecht € 128,00
salaris gemachtigde € 498,00 ;
6.3.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. M.M. Kruithof en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.