Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
NS Reizigers B.V.
1.De verdere procedure
2.De verdere beoordeling
(voorbeeld
)bestelbevestiging voorzien van een toelichting overgelegd.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 23 november 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen NS Reizigers B.V. en een gedaagde partij die niet is verschenen. De eisende partij, NS Reizigers B.V., heeft een vordering ingesteld met betrekking tot een abonnementsovereenkomst. De kantonrechter heeft in een tussenvonnis van 31 augustus 2022 de eisende partij de gelegenheid gegeven om haar vordering nader toe te lichten, wat heeft geleid tot een akte op 28 september 2022.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de abonnementsovereenkomst tot stand komt na een succesvolle iDealbetaling en niet enkel door het aanklikken van een bestelknop. Dit voldoet aan de vereisten van artikel 6:230v lid 3 BW. Echter, de kantonrechter oordeelt dat de eisende partij niet heeft voldaan aan de (pre)contractuele informatieplichten zoals vastgelegd in artikel 6:230m lid 1 onder h BW. De eisende partij heeft onvoldoende aangetoond dat de gedaagde partij voorafgaand aan de overeenkomst is gewezen op het herroepingsrecht.
De kantonrechter legt sancties op voor de schending van het herroepingsrecht, waarbij de herroepingstermijn wordt verlengd tot het moment waarop alle ontbrekende gegevens zijn verstrekt, met een maximum van twaalf maanden. De overeenkomst wordt gedeeltelijk vernietigd, en er wordt een bedrag van € 79,50 aan abonnementsgelden toegewezen. Daarnaast wordt een bedrag van € 54,87 aan reiskosten toegewezen, wat leidt tot een totale toewijsbare hoofdsom van € 134,37. De kantonrechter wijst ook buitengerechtelijke kosten toe en veroordeelt de gedaagde partij tot betaling van de proceskosten. De uitspraak is gedaan door mr. I. de Greef en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.