Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 28 november 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan betrokkene. De sanctie was het gevolg van een gedraging waarbij betrokkene doorreed bij een driekleurig verkeerslicht dat op rood stond. Betrokkene was het niet eens met de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard. Namens betrokkene is beroep ingesteld bij de kantonrechter, die de zaak op zitting heeft behandeld. Tijdens de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen, evenals de gemachtigde van betrokkene.
De kantonrechter heeft overwogen dat de verbalisant geen inzicht heeft verschaft in de reden waarom de verkeerscontrole zo was ingericht dat staandehouding niet mogelijk was. Dit inzicht is echter vereist volgens een eerdere uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De kantonrechter concludeert dat de boete ten onrechte is opgelegd, omdat de vereisten voor staandehouding niet zijn nageleefd. Daarom heeft de kantonrechter het beroep gegrond verklaard en de beslissing van de officier van justitie en de beschikking waarbij de boete is opgelegd, vernietigd.
Daarnaast heeft de kantonrechter de officier van justitie veroordeeld tot het betalen van de proceskostenvergoeding aan de gemachtigde van betrokkene, vastgesteld op € 1.164,75. De uitspraak is openbaar gedaan door mr. M.M. Kruithof, kantonrechter, en de griffier. Tegen deze uitspraak kan binnen 6 weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 70,00 bedraagt.