ECLI:NL:RBNHO:2022:9257
Rechtbank Noord-Holland
- Verstek
- Rechtspraak.nl
Verstekvonnis in een civiele procedure over restantvordering na eerdere toewijzing
In deze bodemzaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland, heeft de eisende partij, de besloten vennootschap Lingehoeve Diergeneeskunde B.V., de gedaagde partij gedagvaard. De gedaagde partij is niet verschenen, waardoor verstek is verleend. De eisende partij heeft gevorderd dat de gedaagde partij wordt veroordeeld tot betaling van € 160,93, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 23 augustus 2022 tot aan de dag van algehele voldoening, alsook tot betaling van de proceskosten.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat in een eerdere procedure, met vonnis van 8 september 2021, reeds is geoordeeld dat aan de (pre)contractuele informatieplichten is voldaan en dat de vordering van de eisende partij toewijsbaar was. De eisende partij had destijds haar vordering beperkt tot € 500,00, en vordert nu het restant van haar vordering. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de huidige vordering niet onrechtmatig of ongegrond is en heeft deze toegewezen.
De gedaagde partij is in het ongelijk gesteld en is veroordeeld in de proceskosten, die zijn vastgesteld op een totaalbedrag van € 272,22, bestaande uit dagvaardingskosten, griffierecht en salaris van de gemachtigde. De kantonrechter heeft de veroordeling uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders gevorderde afgewezen. Dit vonnis is uitgesproken door mr. I. de Greef op 19 oktober 2022 in aanwezigheid van de griffier.