ECLI:NL:RBNHO:2023:1035

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
6 januari 2023
Publicatiedatum
9 februari 2023
Zaaknummer
22/2982
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van het beroep tegen de ongeldigverklaring van een rijbewijs wegens drugsmisbruik

In deze uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Haarlem, wordt het beroep van eiser tegen de ongeldigverklaring van zijn rijbewijs beoordeeld. Eiser, vertegenwoordigd door mr. J. Ruijs, heeft zijn rijbewijs ongeldig verklaard gekregen door de Algemeen Directeur van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (verweerder), vertegenwoordigd door drs. I. Metaal. De ongeldigverklaring is gebaseerd op een psychiatrisch rapport dat drugsmisbruik vaststelt, na een aanhouding op 16 januari 2021 waarbij eiser positief testte op cannabis. De rechtbank heeft op 6 januari 2023 uitspraak gedaan na een mondelinge behandeling van de zaak.

De rechtbank oordeelt dat de ongeldigverklaring van het rijbewijs terecht is, omdat eiser niet kan aantonen dat hij na de aanhouding is gestopt met het gebruik van drugs. De psychiater concludeert dat de hoogte van het THC-gehalte in het bloed van eiser niet overeenkomt met uitsluitend medicinaal gebruik. Eiser heeft ook cocaïne in zijn bloed gehad en heeft verklaard vaker te rijden na cannabisgebruik. De rechtbank stelt vast dat de wet geen ruimte biedt voor een belangenafweging en dat eiser gedurende een jaar geen drugs mag gebruiken om in aanmerking te komen voor een herkeuring van zijn rijbewijs.

De rechtbank wijst het beroep van eiser ongegrond en bevestigt de ongeldigverklaring van het rijbewijs. Eiser krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten. De rechtbank adviseert eiser om zich goed voor te bereiden op een eventuele herkeuring na de recidiefvrije periode van een jaar, en om informatie in te winnen over de effecten van medicinale cannabis op zijn rijgeschiktheid. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn gewezen op de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Zittingsplaats Haarlem
Bestuursrecht
zaaknummer: HAA 22/2982
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 6 januari 2023 in de zaak tussen

[eiser] , uit [woonplaats] , eiser

(gemachtigde: mr. J. Ruijs),
en
de Algemeen Directeur van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen,verweerder
(gemachtigde: drs. I. Metaal).

Zitting

De rechtbank heeft het beroep van eiser op 6 januari 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: eiser en de gemachtigde van verweerder.
Na afloop van de behandeling van de zaak ter zitting heeft de rechtbank onmiddellijk ter zitting uitspraak gedaan. De motivering van die uitspraak vermeldt de rechtbank hierna onder de beslissing.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.

Inleiding

1.1
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser tegen het besluit van verweerder waarmee zijn rijbewijs ongeldig is verklaard vanaf 29 maart 2022.
1.2
Verweerder heeft het primaire besluit genomen op 22 maart 2022. Met het bestreden besluit van 4 mei 2022 op het bezwaar van eiser is verweerder bij dat besluit gebleven.
1.3
Verweerder heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.

Beoordeling door de rechtbank

2.1
Eiser is op 16 januari 2021 als bestuurder van een auto door de politie aangehouden. Met een speekseltest testte eiser positief voor cannabis. Uit het bloedonderzoek bleek dat bij eiser 6,4 microgram THC per liter bloed aanwezig was.
2.2
Verweerder heeft het rijbewijs ongeldig verklaard omdat eiser wegens misbruik van drugs ongeschikt is om één of meer categorieën motorrijtuigen te besturen. Aan dit besluit heeft verweerder een onderzoeksrapport van keurend psychiater [naam] van 11 september 2021 ten grondslag gelegd, waarin de psychiatrische diagnose drugsmisbruik is gesteld. Het is volgens de psychiater niet aannemelijk dat eiser na de aanhouding is gestopt met het gebruiken van drugs. Gelet op het dwingendrechtelijke wettelijk kader bestaat geen ruimte voor een belangenafweging. Eiser dient gedurende een periode van een jaar geen drugs te gebruiken, dit wordt de recidiefvrije periode genoemd, en kan daarna een herkeuring aanvragen om in aanmerking te komen voor een nieuw rijbewijs.
3. Eiser kan zich niet vinden in het bestreden besluit en voert aan dat het medisch onderzoek onzorgvuldig tot stand is gekomen en tegenstrijdigheden bevat. Uit het verslag van bevindingen blijkt niet duidelijk hoe het onderzoek is uitgevoerd en welke informatie daarbij is betrokken. Eiser heeft een recept voor medicinale cannabis vanwege lichamelijke klachten. Eiser was zich er niet van bewust dat hij na gebruik daarvan niet mag autorijden. Hij heeft zijn auto nodig voor zijn werk en dochters.
4. Drugsmisbruik is één van de redenen om een rijbewijs ongeldig te verklaren. Voor de beoordeling of sprake is van drugsmisbruik is een specialistisch rapport nodig. Verweerder heeft de ongeldigverklaring van het rijbewijs gebaseerd op het onderzoeksrapport van de keurend psychiater.
5.1
Het is vaste rechtspraak dat verweerder mag afgaan op het psychiatrisch rapport dat aan hem is uitgebracht, als dit rapport op zorgvuldige wijze tot stand is gekomen, de redenering daarin begrijpelijk is en de getrokken conclusies daarop aansluiten.
5.2
In dit geval ziet de rechtbank geen reden om te oordelen dat het psychiatrisch onderzoek onzorgvuldig is geweest of dat het rapport niet goed is onderbouwd. De psychiater baseert zijn diagnose onder meer op de volgende punten. De hoogte van het THC-gehalte in het bloed van eiser bij zijn aanhouding komt niet overeen met uitsluitend medicinaal gebruik. Ook de door eiser opgebouwde tolerantie wijst op meer dan alleen medicinaal gebruik. Eiser heeft verder bij de psychiater verklaard dat hij vaker rijdt nadat hij cannabis heeft gebruikt. En uit het bij het onderzoek horende urinecontrole bleek dat eiser kort voor het onderzoek behalve THC ook cocaïne in zijn bloed had. De psychiatrische diagnose drugsmisbruik is hiermee deugdelijk onderbouwd. Verweerder kon bij deze diagnose niet anders dan besluiten het rijbewijs ongeldig te verklaren. Dat staat in artikel 134, tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994. De wet geeft verweerder geen ruimte om persoonlijke belangen van eiser mee te laten wegen.
5.3
Dat eiser zich, zoals hij zegt, van kwaad bewust is, alleen medicinaal cannabis gebruikt en al 20 jaar rijdt, maakt dit niet anders. Ook wanneer bij eiser uitsluitend van medicinaal gebruik sprake zou zijn, betekent dit niet dat eiser zonder meer altijd geschikt is om te rijden. Afhankelijk van de dosering of het moment van gebruik kan de rijgeschiktheid zodanig worden beïnvloed dat eiser niet mag auto rijden.
6. Het beroep is ongegrond. Dat betekent dat eiser geen gelijk krijgt en de ongeldigverklaring van zijn rijbewijs in stand blijft. Eiser krijgt daarom het griffierecht niet terug. Hij krijgt ook geen vergoeding van zijn proceskosten.
7. Zoals ter zitting besproken kan eiser een herkeuring aanvragen na de recidiefvrije periode van 1 jaar. Eiser heeft aangegeven dat het voor hem niet duidelijk is welke gevolgen zijn medicinale cannabisgebruik heeft voor die herkeuring en het autorijden. Eiser wil meer informatie over het moment van gebruik en de maximale hoeveelheid die is toegestaan alvorens hij gaat rijden. De rechtbank heeft aan eiser meegegeven dat het de slagingskans van een herkeuring vergroot als hij goed voor ogen heeft hoe hij zijn cannabisgebruik zo vorm geeft dat hij daarbij veilig auto kan rijden. De rechtbank heeft eiser aangeraden uit te zoeken welke dosering medicinale en/of andere cannabis daarbij past. De rechtbank heeft eiser in dit verband de suggestie gedaan om voordat hij een herkeuring gaat aanvragen zijn huisarts te vragen om de voorgeschreven dosering van de medicinale cannabis duidelijk op papier te zetten. Verder kan eiser informatie inwinnen over de (snelheid van) afbraak van de gebruikte cannabis in zijn lichaam in zijn (gebruiks)situatie. Dat zou eiser kunnen doen bij de huisarts of een andere deskundige instantie, bijvoorbeeld Jellinek. Misschien heeft het CBR hierover ook informatie. Eiser kan zich op deze manier mogelijk beter voorbereiden op de herkeuring en bij de psychiater nieuwe informatie inbrengen. Op verzoek van eiser heeft de rechtbank het voorgaande, dat strikt genomen geen onderdeel is van de uitspraak, in dit proces-verbaal opgenomen.
Partijen zijn gewezen op de mogelijkheid om tegen de mondelinge uitspraak in hoger beroep te gaan op de hieronder omschreven wijze.
Deze uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 6 januari 2023 door mr. E. Jochem, rechter, in aanwezigheid van mr. L.E. Hesselink, griffier.
griffier
rechter
Een afschrift van dit proces-verbaal is verzonden aan partijen op:

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop dit proces-verbaal is verzonden. Kan de indiener de behandeling van het hoger beroep niet afwachten, omdat de zaak spoed heeft, dan kan de indiener de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State vragen om een voorlopige voorziening (een tijdelijke maatregel) te treffen.