ECLI:NL:RBNHO:2023:2645

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
6 januari 2023
Publicatiedatum
23 maart 2023
Zaaknummer
9925934
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wijziging van de splitsingsakte van een Vereniging van Eigenaren (VvE) in verband met het aantal stemmen en besluitvorming

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 6 januari 2023 uitspraak gedaan in een verzoekschriftprocedure betreffende de wijziging van de splitsingsakte van een Vereniging van Eigenaren (VvE). Verzoekers, [verzoeker sub 1] en [verzoeker sub 2], hebben een verzoek ingediend om de splitsingsakte te wijzigen, omdat deze niet correct het aantal stemmen dat elke eigenaar kan uitbrengen in de vergadering vastlegt. De akte vermeldde ten onrechte dat het maximum aantal stemmen twee bedraagt, terwijl dit drie zou moeten zijn, gezien het aantal appartementsrechten. De verzoekers stelden dat deze fout leidt tot problemen bij de besluitvorming binnen de VvE.

Tijdens de zitting op 11 november 2022 hebben de partijen hun standpunten toegelicht. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er inderdaad sprake is van een kennelijke misslag in de splitsingsakte. De rechter heeft het verzoek om de akte te wijzigen in die zin dat het aantal stemmen wordt aangepast van twee naar drie, toegewezen. Dit is van belang voor de rechtsgeldigheid van de besluiten die de VvE kan nemen.

Echter, het verzoek om de besluitvorming te wijzigen van 'middels algemene stemmen' naar 'met meerderheid van stemmen' is afgewezen. De kantonrechter oordeelde dat de verzoekers niet voldoende onderbouwd hadden waarom deze wijziging noodzakelijk was en dat de huidige regeling voldoet aan de wettelijke vereisten. De kosten van de wijziging komen niet voor rekening van de verweersters, en de verzoekers zijn veroordeeld tot betaling van de proceskosten. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad en het meer of anders verzochte is afgewezen.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./repnr.: 9925934 \ EJ VERZ 22-35
Uitspraakdatum: 6 januari 2023
Beschikking van de kantonrechter in de zaak van:

1.[verzoeker sub 1]2. [verzoeker sub 2]

beiden wonende te [woonplaats]
verzoekers
hierna te noemen: [verzoeker sub 1] c.s.
gemachtigde: mr. H.W.A. Huijzer
tegen

1.de VvE van het perceel [a-straat] [nummer 1] , [nummer 2] en [nummer 3]

gevestigd te [plaats]
verweerster sub 1
hierna te noemen: de VvE

2.[verweerster sub 2]

wonende te [plaats]
verweerster sub 2
hierna te noemen: [verweerster sub 2]
gemachtigde: mr. R.J. van de Leur

3.[verweerster sub 3]wonende te [plaats]verweerster sub 3hierna te noemen: [verweerster sub 3]

1.Het procesverloop

1.1.
[verzoeker sub 1] heeft een verzoekschrift ingediend, ter griffie ingekomen op 9 juni 2022. Zowel [verweerster sub 3] als [verweerster sub 2] heeft een verweerschrift ingediend.
1.2.
Op 11 november 2022 heeft een zitting plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. [verzoeker sub 1] c.s. en [verweerster sub 2] hebben gebruik gemaakt van pleitaantekeningen, die zijn overgelegd. Tijdens de zitting heeft [verzoeker sub 1] de kantonrechter verzocht om zijn echtgenote, [verzoeker sub 2] , als verzoekende partij toe te voegen. [verweerster sub 2] heeft aangegeven daar geen bezwaar tegen te hebben zodat de kantonrechter dat verzoek heeft gehonoreerd.

2.De feiten

2.1.
Bij notariële akte van 8 september 1980 (hierna: de akte van splitsing) is de bedrijfsruimte met twee bovenwoningen aan [a-straat] te [plaats] gesplitst in drie appartementsrechten. Tevens is bij de akte een vereniging van eigenaars opgericht (hierna: de VvE). De appartementsrechten zijn als volgt gesplitst:
- het appartementsrecht A1 omvattende de bedrijfsruimte [a-straat] [nummer 1] ;
- het appartementsrecht A2 omvattende de woning op de eerste en tweede verdieping [a-straat] [nummer 2] ;
- het appartementsrecht A3 omvattende de woning op de eerste en tweede verdieping [a-straat] [nummer 3] .
2.2.
[verzoeker sub 1] is sinds 2013 eigenaar van de bedrijfsruimte (A1), [verweerster sub 2] is sinds 2014 eigenaar van de woning op nummer [nummer 2] (A2) en [verweerster sub 3] is sinds 2005 eigenaar van de woning op nummer [nummer 3] (A3). De eigenaren van deze appartementsrechten zijn van rechtswege lid van de VvE.
2.3.
In de akte van splitsing is het modelreglement van de NKB van 1 maart 1973 van toepassing verklaard (hierna: het reglement). In de akte van splitsing staat het volgende:
(…) De comparant verklaarde dat voor de vereniging zullen gelden de statuten zoals opgenomen in het reglement, met dien verstande dat:(…)d. het maximum aantal stemmen in de vergadering twee bedraagt en iedere eigenaar het recht heeft tot het uitbrengen van een stem (artikel 33 lid 3).e. in een vergadering slechts besluiten kunnen worden genomen wanneer beide eigenaars aanwezig of vertegenwoordigd zijn en slechts met algemene stemmen (artikel 36 en andere).f. artikel 36 lid 2 van het reglement wordt vervangen door:“2. Bij staking van stemmen zal een derde op verzoek van de beide partijen bij wijze van bindend advies over het betreffende geschilpunt beslissen binnen een maand nadat dat verzoek hem heeft bereikt en na de beide eigenaars te hebben gehoord.Mochten de eigenaars niet in onderling overleg tot aanwijzing van die derde komen dan zal de heer Kantonrechter te Haarlem op verzoek van de meest gerede partij het geschil beslissen in hoogste ressort.” (…)
2.4.
In het reglement staat in artikel 36:
4. In een vergadering, waarin minder dan de helft van het in artikel 33 lid 3 bedoelde maximum aantal stemmen kan worden uitgebracht, kan geen geldig besluit worden genomen. In dat geval zal een nieuwe vergadering worden uitgeschreven, te houden niet vroeger dan twee en niet later dan zes weken na de eerste.In de oproeping tot deze vergadering zal mededeling worden gedaan, dat de komende vergadering een tweede vergadering is als bedoeld in dit artikel. In deze vergadering zal over de aanhangige onderwerpen een besluit kunnen worden genomen ongeacht het aantal stemmen, dat ter vergadering kan worden gebracht.
2.5.
Per brief d.d. 18 februari 2022 heeft [notaris] , aan [verweerster sub 3] het volgende geschreven:
(…)De heer mr. [naam] , advocaat van [advocatenkantoor] heeft ons benaderd om de akte van splitsing welke op 8 september 1980 is verleden voor notaris [x] , te rectificeren.
In de akte van splitsing is op bladzijde 3 namelijk gemeld dat het maximaal aantal stemmen in de vergaderingtweebedraagt.Dit is niet juist aangezien er drie appartementen zijn en derhalve het maximaal aantal stemmen tenminstedriehad moet bedragen.Deze rectificatie heeft dan ook consequenties met betrekking tot de wijze van besluitneming en een eventuele 2e oproeping voor het nemen van besluiten in de vergadering.
Naar aanleiding van dit verzoek, heb ik een akte van de rectificatie gemaakt, waarvan een concept naar alle eigenaren zal worden toegezonden alsmede een toelichting zoals in deze brief gemeld.
Bijgesloten treft u aan:- een concept van de akte van rectificatie;- een kopie van de akte van splitsing;- een volmacht tot rectificatie.(…).
2.6.
Eenzelfde brief met bijlagen is verzonden aan [verweerster sub 2] , waarbij de brief is geadresseerd aan het oude adres van [verweerster sub 2] . Op 11 maart 2022 heeft de notaris aan [verweerster sub 3] en [verweerster sub 2] (op haar oude adres) een herinnering gestuurd. Zowel [verweerster sub 3] als [verweerster sub 2] heeft de volmacht tot rectificatie niet teruggestuurd.

3.Het verzoek

3.1.
[verzoeker sub 1] c.s. verzoeken de kantonrechter om:
I. te bevelen dat de akte van splitsing wordt gewijzigd in die zin dat het bepaalde onder C komt te luiden als volgt:
De comparant verklaarde dat voor de vereniging zullen gelden de statuten zoals opgenomen in het reglement, met dien verstande dat:(…)d. het maximum aantal stemmen in de vergadering drie bedraagt en iedere eigenaar het recht heeft tot het uitbrengen van een stem (artikel 33 lid 3).e. in een vergadering slechts besluiten kunnen worden genomen wanneer alle eigenaars aanwezig of vertegenwoordigd zijn en met de meerderheid van stemmen (artikel 36 en andere).f. artikel 36 lid 2 van het reglement vervalt.Artikel 36 lid 4 komt thans te luiden:4. In een vergadering, waarin minder dan drie van het in artikel 33 lid 3 bedoelde maximum aantal stemmen is uitgebracht, kan geen geldig besluit worden genomen.In dat geval zal een nieuwe vergadering worden uitgeschreven, te houden niet vroeger dan twee en niet later dan zes weken na de eerste.In de oproeping tot deze vergadering zal mededeling worden gedaan, dat de komende vergadering een tweede vergadering is als bedoeld in dit artikel. In deze vergadering zal over de aanhangige onderwerpen een besluit kunnen worden genomen ongeacht het aantal stemmen, dat ter vergadering kan worden gebracht.
II. te bepalen dat iedere partij de eigen kosten draagt.
3.2.
[verzoeker sub 1] c.s. leggen aan het verzoek het volgende ten grondslag. De akte van splitsing voldoet niet aan artikel 5:112 lid 2 sub d BW zoals bedoeld in artikel 5:144 lid 1 sub a BW. De akte van splitsing bepaalt immers nu niet het (juiste) aantal stemmen dat ieder der appartementseigenaars in de vergadering kan uitbrengen (er staat twee stemmen terwijl er drie stemmen uitgebracht kunnen worden). Het onwenselijke gevolg daarvan is dat de VvE geen rechtsgeldige besluiten kan nemen. De verzochte wijziging is erop gericht om deze misslag te herstellen. De wijziging ziet, naast het wijzigen van het aantal uit te brengen stemmen, ook op een wijziging van de bepalingen die samenhangen met de totstandkoming van een besluit. Bij twee stemmen kunnen de stemmen staken en is een derde stem nodig om de doorslag te geven. Dat is bij drie stemmen niet meer nodig. Daarom verzoeken [verzoeker sub 1] c.s. de kantonrechter om artikel 36 lid 2 te laten vervallen en artikel 36 lid 4 hierop aan te passen.

4.Het verweer

4.1.
[verweerster sub 2] verzet zich tegen toewijzing van het verzoek en voert daartoe het volgende aan. Ten eerste is [verweerster sub 2] rauwelijks in deze verzoekschriftprocedure betrokken. [verzoeker sub 1] , zijn gemachtigde en de notaris hebben [verweerster sub 2] buitengerechtelijk niet op juiste wijze benaderd. De brief met het verzoek tot rectificatie is naar het oude adres van [verweerster sub 2] gestuurd en verder heeft [verzoeker sub 1] noch zijn gemachtigde contact opgenomen met [verweerster sub 2] , terwijl haar mobiele telefoonnummer en e-mailadres bekend zijn bij hen. Gelet daarop maakt [verweerster sub 2] in beginsel bezwaar tegen het gehele verzoek van [verzoeker sub 1] c.s.
Ten tweede betwist [verweerster sub 2] dat de VvE nu geen rechtsgeldige besluiten kan nemen. De akte van splitsing bevat een kennelijke misslag maar dit heeft sinds 8 september 1980 niet tot problemen geleid. Hoewel de wijziging niet noodzakelijk is, omdat alle eigenaren, waaronder rechtsvoorgangers en toekomstige eigenaren, kunnen en moeten begrijpen dat er drie stemgerechtigden zijn, verzet [verweerster sub 2] zich niet tegen het enkel wijzigen van ’twee stemmen’ naar ‘drie stemmen’ mits de notaris de kosten voor de wijziging zelf draagt en zowel de VvE als [verweerster sub 2] hier geen kosten voor hoeft te dragen.
4.2.
Tegen het verzoek om de besluitvorming te wijzigen van ‘middels algemene stemmen’ naar ‘meerderheid van stemmen’ maakt [verweerster sub 2] wel bezwaar. De grondslag voor deze wijziging is niet nader toegelicht of onderbouwd en het lijkt alsof [verzoeker sub 1] c.s. deze wijziging via deze verzoekschriftprocedure stilletjes erdoorheen willen drukken. In de splitsingsakte is nadrukkelijk bepaald en vastgesteld dat er slechts met algemene stemmen besluiten kunnen worden genomen bij aanwezigheid van alle eigenaars. Binnen een kleine VvE met maar drie stemgerechtigden is een unanieme besluitvorming te adviseren, gewenst en vanaf het moment van splitsing ook als zodanig vastgesteld. Gelet op de gang van zaken, meent [verweerster sub 2] dat er sprake is van misbruik van recht door [verzoeker sub 1] c.s. Immers, [verzoeker sub 1] c.s. gebruiken deze verzoekschriftprocedure niet voor het herstel van een verschrijving in een akte, maar om de besluitvorming binnen de VvE aan te passen. Tot slot verzoekt [verweerster sub 2] om [verzoeker sub 1] c.s. te veroordelen in de proceskosten vermeerderd met de wettelijke rente en de nakosten.
4.3.
[verweerster sub 3] heeft zich in een brief d.d. 23 augustus 2022 verzet tegen het eventueel op haar verhalen van kosten, nu zij onbedoeld betrokken is geraakt bij een burenruzie tussen [verweerster sub 2] en [verzoeker sub 1] c.s., aldus [verweerster sub 3] .

5.De beoordeling

5.1.
Het verzoek is gegrond op artikel 5:144 lid 1 sub a BW. Op grond van deze bepaling kan de kantonrechter op verzoek van een persoon wiens medewerking of toestemming tot de wijziging van de splitsingsakte is vereist, bevelen dat de splitsingsakte wordt gewijzigd wanneer de akte van splitsing niet voldoet aan de in de artikel 111 en 112 gestelde vereisten.
5.2.
In artikel 5:112 lid 2 BW staat onder meer het volgende:
De statuten van de vereniging van eigenaars moeten bevatten:(…)d. de wijze van bijeenroeping van de vergadering van eigenaars en de bepaling van het aantal stemmen dat ieder der appartementseigenaars in de vergadering kan uitbrengen.
5.3.
Het verzoek van [verzoeker sub 1] c.s. is tweeledig.
5.4.
In de eerste plaats hebben [verzoeker sub 1] c.s. de kantonrechter verzocht te bevelen dat de splitsingsakte wordt gewijzigd in die zin dat er in plaats van ‘
het maximum aantal stemmen in de vergadering twee bedraagt’komt te staan: ‘
het maximum aantal stemmen in de vergadering drie bedraagt’.Daarnaast staat onder d in de splitsingsakte onder C, ‘beide’ eigenaars. Dat zou volgens [verzoeker sub 1] c.s. moeten worden aangepast naar ‘alle’ eigenaars.
Omdat vast staat dat er sprake is van een kennelijke misslag in de splitsingsakte en [verweerster sub 2] heeft aangegeven zich op zichzelf niet te verzetten tegen de wijziging van ‘twee’ naar ‘drie’ stemmen, zal de kantonrechter dit deel van het verzoek toewijzen. Dit brengt een wijziging van zowel sub d als e van de splitsingsakte onder C met zich.
Gelet op het feit dat [verzoeker sub 1] c.s. en hun gemachtigde [verweerster sub 2] geen van de keren op het juiste adres hebben aangeschreven en deze kwestie niet in de VvE tot stemming is gebracht, terwijl die weg nog wel open stond, is de kantonrechter van oordeel dat [verweerster sub 2] , [verweerster sub 3] en de VvE niet de kosten dienen te dragen van de wijziging. Dit deel van het verzoek zal worden toegewezen zoals hierna bepaald.
5.5.
Het tweede deel van het verzoek van [verzoeker sub 1] c.s. ziet op het wijzigen van de besluitvorming van
‘middels algemene stemmen’naar
‘ met meerderheid van stemmen’. Daarnaast ziet het op de te volgen procedure bij het staken van de stemmen. De kantonrechter wijst dit deel van het verzoek van [verzoeker sub 1] c.s. af en overweegt daartoe als volgt.
5.6.
Ook dit deel van het verzoek lijkt gegrond op artikel 5:144 lid 1 sub a BW, maar [verweerster sub 2] heeft terecht aangevoerd dat [verzoeker sub 1] c.s. hebben nagelaten de grondslag van dit verzoek nader toe te lichten. [verzoeker sub 1] c.s. hebben nagelaten te stellen en te onderbouwen dat en waarom onderdeel e van de splitsingsakte, dat luidt: ‘
in een vergadering slechts besluiten kunnen worden genomen wanneer beide eigenaars aanwezig of vertegenwoordigd zijn en slechts met algemene stemmen (artikel 36 en andere)’en artikel 36 lid 4 niet voldoen aan de in artikel 5:111 en 5:112 BW gestelde eisen. In onderdeel e is immers de wijze van bijeenroeping van de vergadering van eigenaars en de bepaling van het aantal stemmen dat ieder der appartementseigenaars in de vergadering kan uitbrengen, genoemd.
De kantonrechter is van oordeel dat artikel 5:112 lid 2 sub d BW niet zover kan worden opgerekt dat ook het wijzigen van de wijze van besluitvorming onder dit artikel valt. Daarbij komt nog dat [verweerster sub 2] hiertegen bezwaar heeft gemaakt. Zij vreest, kort gezegd, buitenspel te worden gezet.
De stelling van [verzoeker sub 1] c.s. dat de wijziging van de wijze van besluitvorming direct volgt uit het wijzigen van het aantal stemmen in de akte van splitsing, volgt de kantonrechter niet. De stemprocedure zonder wijziging (bij algemene stemmen) verschilt wezenlijk van de procedure indien de wijziging doorgevoerd zou worden (bij meerderheid van stemmen). Dat geldt ook voor de verzochte wijziging ten aanzien van de te volgen procedure bij het staken van de stemmen.
Gelet hierop is de kantonrechter van oordeel dat de akte van splitsing op dit punt wel voldoet aan de in artikelen 5:111 en 5:112 BW gestelde vereisten zodat de feitelijke grondslag zoals geschetst door [verzoeker sub 1] c.s. het verzoek niet kan dragen.
5.7.
De conclusie is dat de kantonrechter het verzoek van [verzoeker sub 1] c.s. grotendeels zal afwijzen.
5.8.
Gelet op het hiervoor reeds overwogene komen de proceskosten voor rekening van [verzoeker sub 1] c.s. Daarbij worden [verzoeker sub 1] c.s. ook veroordeeld tot betaling van het nasalaris voor zover daadwerkelijk nakosten door [verweerster sub 2] worden gemaakt. De gevorderde rente over de proceskosten zal worden toegewezen vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van deze beschikking.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
beveelt dat de akte van splitsing wordt gewijzigd in die zin dat de akte van splitsing onder C sub d en e komt te luiden als volgt:
d. het maximum aantal stemmen in de vergadering drie bedraagt en iedere eigenaar het recht heeft tot het uitbrengen van een stem (artikel 33 lid 3).
e. in een vergadering slechts besluiten kunnen worden genomen wanneer alle eigenaars aanwezig of vertegenwoordigd zijn en slechts met algemene stemmen (artikel 36 en andere).;
6.2.
bepaalt dat de kosten voor de wijziging genoemd in 6.1 niet voor rekening van [verweerster sub 2] , [verweerster sub 3] of de VvE komen;
6.3.
veroordeelt [verzoeker sub 1] c.s. tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van [verweerster sub 3] tot en met vandaag vaststelt op nihil en aan de kant van [verweerster sub 2] tot en met vandaag vaststelt op € 498,00 aan salaris gemachtigde, vermeerderd met de wettelijke rente over de proceskosten vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van deze beschikking tot de dag van volledige betaling;
6.4.
veroordeelt [verzoeker sub 1] c.s. tot betaling van € 124,00 aan nasalaris, voor zover daadwerkelijk nakosten door [verweerster sub 2] worden gemaakt, vermeerderd met de wettelijke rente over de proceskosten vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling;
6.5.
verklaart de beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
6.6.
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. I. de Greef en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.