Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[eiser1],
[eiser2],
Dinant Vochtbestrijding,
Rechtbank Noord-Holland
In deze civiele procedure, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland, hebben eisers [eiser1] c.s. een verzoek ingediend tot verbetering van een eerder vonnis dat op 26 april 2023 was gewezen. Dit verzoek was gericht op het corrigeren van een kennelijke fout in de beslissing omtrent de proceskosten. De rechtbank ontving op 11 mei 2023 een brief van de eisers waarin zij om deze verbetering vroegen. Op 12 mei 2023 heeft de advocaat van de gedaagde, mr. S. Fentsahm, aan de rechtbank laten weten geen bezwaar te hebben tegen het verzoek tot verbetering.
De rechtbank heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat er inderdaad sprake was van een kennelijke fout in het eerdere vonnis. De fout betrof het bedrag dat vermeld stond in de beslissing over de proceskosten. De rechtbank heeft besloten het verzoek tot verbetering toe te wijzen. In de beslissing is het bedrag van de proceskosten aangepast van € 2,446.74 naar € 2,700.74, met de toevoeging van wettelijke rente vanaf veertien dagen na de datum van het vonnis tot aan de dag van algehele betaling.
De rechtbank heeft verder bepaald dat deze verbetering op de minuut van het eerdere vonnis moet worden vermeld, met de datum van 17 mei 2023. Ook is gelast dat partijen, voor zover zij dit nog niet hebben gedaan, de ontvangen grosse of het afschrift van het eerdere vonnis aan de griffie van de rechtbank moeten retourneren. Dit herstelvonnis is uitgesproken door mr. J.J. Dijk op 17 mei 2023.