ECLI:NL:RBNHO:2023:7167

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
24 juli 2023
Publicatiedatum
25 juli 2023
Zaaknummer
HAA 21_1959
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om proceskostenveroordeling in bestuursrechtelijke zaak tussen Vereniging Leefmilieu en Gedeputeerde Staten van Noord-Holland

Op 24 juli 2023 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in de zaak tussen Vereniging Leefmilieu en Gedeputeerde Staten van Noord-Holland. De rechtbank beoordeelt het verzoek van Vereniging Leefmilieu om veroordeling van de verweerder in de proceskosten. Dit verzoek volgde op de intrekking van het beroep tegen een besluit van de verweerder van 16 maart 2021, dat was vervangen door een herziene beslissing op bezwaar op 2 mei 2023. De rechtbank heeft de verweerder in de gelegenheid gesteld te reageren op het verzoek om proceskostenveroordeling. De verweerder heeft aangegeven dat met de herziene beslissing op bezwaar niet tegemoetgekomen is aan het beroep van Vereniging Leefmilieu.

De rechtbank heeft zonder zitting uitspraak gedaan op het verzoek om proceskostenveroordeling. De rechtbank wijst het verzoek af, omdat de verweerder niet geheel of gedeeltelijk aan de indiener van het beroepschrift is tegemoetgekomen. De rechtbank legt uit dat als een beroep wordt ingetrokken omdat het bestuursorgaan aan de indiener is tegemoetgekomen, de bestuursrechter op verzoek van de indiener het bestuursorgaan kan veroordelen in de proceskosten. In dit geval heeft de rechtbank vastgesteld dat de afwijzing van het handhavingsverzoek door de verweerder met een gewijzigde motivering in stand is gebleven, en dat er geen sprake is van een overtreding van de Wet natuurbescherming door de derde partij, Bio-Energie Andijk B.V.

De rechtbank concludeert dat het verzoek om proceskostenveroordeling kennelijk ongegrond is en wijst dit af. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Zittingsplaats Haarlem
Bestuursrecht
zaaknummer: HAA 21/1959

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 24 juli 2023 in de zaak tussen

Vereniging Leefmilieu, uit Nijmegen, verzoekster

(gemachtigde: mr. D. Delibes),
en

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, verweerder

(gemachtigde: mr. S.J. van Winzum).
Als derde-partij neemt aan de zaak deel: de besloten vennootschap
Bio-Energie Andijk B.V. uit Andijk (BEA).

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het verzoek van Vereniging Leefmilieu om een veroordeling van verweerder in de proceskosten. Vereniging Leefmilieu heeft dit verzoek gedaan bij de intrekking van haar beroep tegen het besluit van verweerder van 16 maart 2021. Zij heeft het beroep ingetrokken nadat verweerder bij besluit van 2 mei 2023 het besluit van 16 maart 2021 heeft vervangen.
2. De rechtbank heeft verweerder in de gelegenheid gesteld te reageren op het verzoek om veroordeling in de proceskosten. Verweerder heeft de rechtbank meegedeeld dat met de herziene beslissing op bezwaar niet geheel of gedeeltelijk aan Vereniging Leefmilieu is tegemoetgekomen.
3. De rechtbank doet zonder zitting uitspraak op het verzoek om proceskostenveroordeling. [1]

Beoordeling door de rechtbank

4. De rechtbank wijst het verzoek om proceskostenveroordeling af. Zij legt hierna uit hoe zij tot dit oordeel komt.
Wanneer wordt een bestuursorgaan in de proceskosten veroordeeld?
5. Als een beroep wordt ingetrokken omdat het bestuursorgaan geheel of gedeeltelijk aan de indiener van het beroepschrift is tegemoetgekomen, kan de bestuursrechter op verzoek van de indiener dat bestuursorgaan bij afzonderlijke uitspraak veroordelen in de proceskosten. [2]
Is verweerder aan Vereniging Leefmilieu tegemoetgekomen?
6. De rechtbank moet dus beoordelen of verweerder geheel of gedeeltelijk aan Vereniging Leefmilieu is tegemoetgekomen.
7.1
Vereniging Leefmilieu heeft verweerder gevraagd om handhavend op te treden tegen BEA wegens overtreding van de Wet natuurbescherming (Wnb). Verweerder heeft dit verzoek bij besluit van 14 september 2020, in bezwaar gehandhaafd bij besluit van 16 maart 2021, afgewezen. Volgens verweerder is weliswaar sprake van een overtreding van de Wnb omdat BEA activiteiten ontplooit waarvoor een Wnb-vergunning nodig is waarover zij niet beschikt, handhavend optreden is in het geval van BEA evenwel om meerdere redenen onevenredig zodat daarvan wordt afgezien.
7.2
Bij de herziene beslissing op bezwaar van 2 mei 2023 heeft verweerder zich, onder verwijzing naar de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 5 april 2023 [3] , nader op het standpunt gesteld dat bij de rekenafstand van 25 kilometer die uit deze uitspraak volgt, er vanuit BEA geen depositie is van stikstof op Natura 2000-gebieden. Omdat onder die omstandigheden geen vergunningplicht geldt, is van een overtreding van de Wnb door BEA geen sprake. Verweerder laat daarom de afwijzing van het handhavingsverzoek met een gewijzigde motivering in stand.
7.3
Nu het handhavingsverzoek van Vereniging Leefmilieu bij de herziene beslissing op bezwaar afgewezen blijft, is verweerder met dat besluit niet alsnog tegemoetgekomen aan het beroep van Vereniging Leefmilieu. De rechtbank wijst het verzoek om proceskostenveroordeling daarom als kennelijk ongegrond af.

Beslissing

De rechtbank wijst het verzoek om vergoeding van de proceskosten af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. E. Jochem, rechter, in aanwezigheid van
mr.P.C. van der Vlugt, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op
24 juli 2023.
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Informatie over verzet

Als partijen het niet eens zijn met deze uitspraak, kunnen zij een verzetschrift sturen naar de rechtbank waarin zij uitleggen waarom zij het niet eens zijn met deze uitspraak. Het verzetschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Als partijen graag een zitting willen om het verzetschrift toe te lichten, moeten zij dit in het verzetschrift vermelden.

Voetnoten

1.Met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, in samenhang met artikel 8:75a, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
2.Dit volgt uit artikel 8:75a van de Awb en is nader uitgewerkt in het Besluit proceskosten bestuursrecht (Bpb).