In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Noord-Holland op 6 september 2023, hebben de eiseressen, ENERGY INVESTMENT COMPANY E.I.C. B.V., UCCELLI HOLDING B.V. en GREAT HORIZON B.V., een voorlopige voorziening gevorderd op basis van artikel 223 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) tegen de gedaagden REFLEXY NEDERLAND B.V. en SPECTRUM ENERGY HOLDING B.V. De eiseressen vorderden nakoming van een licentieovereenkomst en betaling van boetes in het kader van een aandeelhoudersovereenkomst, terwijl de gedaagden een voorlopige voorziening vroegen voor de duur van het geding.
De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat de eiseressen onvoldoende spoedeisend belang hebben aangetoond voor de gevorderde voorlopige voorziening. De rechtbank oordeelde dat er geen sprake was van een situatie waarin de eiseressen niet konden wachten op de uitkomst van de hoofdzaak, aangezien het conflict al langere tijd speelde en de gedaagden betwistten dat er overeenstemming was bereikt over de werkzaamheden aan Project 2. De rechtbank concludeerde dat de vordering tot voorlopige voorziening niet kon worden toegewezen, omdat de omstandigheden die een toewijzing rechtvaardigen niet aanwezig waren.
Als gevolg hiervan heeft de rechtbank de vordering van de gedaagden afgewezen en hen veroordeeld in de proceskosten van het incident. De kosten zijn vastgesteld op € 508,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen met wettelijke rente. De zaak zal op 18 oktober 2023 weer op de rol komen voor conclusie van antwoord in reconventie, waarbij verdere beslissingen zijn aangehouden.