Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De zaak in het kort
2.De procedure
- de dagvaarding van 16 december 2022 met de producties 1 tot en met 26 van de zijde van Arcadis,
- de conclusie van antwoord tevens eis in reconventie met de producties 1 tot en met 22 van de zijde van Bodemzorg,
- de akte eiswijziging en overlegging productie 23 van de zijde van Bodemzorg,
- de akte overlegging producties met de producties 27 tot en met 32 van de zijde van Arcadis,
- de akte overlegging productie 33 van de zijde van Arcadis,
- de akte overlegging productie 24 van de zijde van Bodemzorg,
- de mondelinge behandeling van 19 januari 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt,
- de spreekaantekeningen van Arcadis,
- de spreekaantekeningen van Bodemzorg.
- 2.2. Na uitroeping van de zaak op 19 januari 2023 zijn verschenen:
- namens Arcadis: [A.] (bedrijfsjurist), [B.] (projectmanager) en [C.] (voormalig projectdirecteur, thans adviseur), bijgestaan door mr. drs. Minderhoud-Verkaik voornoemd,
- namens Bodemzorg: [D.] (senior projectleider), [E.] (senior bedrijfsjurist), [F.] (senior bedrijfsjurist omgevingsrecht) en [G.] (hoofd Bodemzorg), bijgestaan door mr. Boersen voornoemd.
3.De feiten
een aanpak die vergelijkbaar is met sanering C1.
binnen 2 weken na de eindmelding grondsanering […] ter goedkeuring een meetplan voor het grondwater” bij de omgevingsdienst indient.
(“Grondwatermonitoring raakvlak freatisch en diep grondwater”) van dit monitoringsplan is – onder meer – opgenomen:
4.4. Het geschil in conventie
5.Het geschil in reconventie
de brongebieden op de Locatie te saneren conform de normen, voorwaarden en overige instructies en omschrijvingen in het Aangepaste Deelsaneringsplan en de voorwaarden en voorschriften in de Ontwerpbeschikking.” Een onderdeel daarvan is dat Arcadis gedurende 10 jaren een nazorgmaatregel uitvoert in de vorm van monitoring van de verontreiniging in het grondwater. Dit is waar het (door Arcadis bestreden) bezwaarschrift op is gericht: Bodemzorg wil bewerkstelligen dat Arcadis een nazorgplan indient dat in overeenstemming is met de wijze van monitoring zoals is weergegeven in het aangepaste deelsaneringsplan. Daarmee kan namelijk de hypothese van Arcadis – dat ondanks de hoge concentraties achtergebleven verontreiniging, er geen nalevering naar het diepe grondwater zal plaatsvinden – worden geverifieerd. Als op basis van deze nazorgmaatregel blijkt dat er wel nalevering plaatsvindt, dan zullen mogelijk nadere maatregelen moeten worden genomen om verdere verspreiding van de verontreiniging te voorkomen, al dan niet op last van het bevoegd gezag.
6.De beoordeling in conventie
in de toekomst nieuwe bezwaren in te dienen of procedures op te straten of zich op enige wijze te verzetten tegen het aangepaste deelsaneringsplan, de ontwerpbeschikking en/of de definitieve beschikking” veel te ruim en te vaag is.
“de deelsanering van het perceel deugdelijk, volledig en tijdig zal plaatsvinden conform het nu voorliggende deelsaneringsplan en de ontwerpbeschikking. Het schikkingsbedrag is immers gebaseerd op de aanname dat tenminste deze sanering zal plaatsvinden. In zoverre behoudt Bodemzorg zich dus alle rechten voor.”
steeds in de huidige vorm”. Arcadis heeft tijdens de comparitie desgevraagd opgemerkt dat met de geciteerde bewoordingen is beoogd tot uitdrukking te brengen dat de onthouding mede ziet op deze documenten met een eventueel gewijzigde inhoud op de momenten waarop het daartegen gerichte verzet plaatsvindt. De voorzieningenrechter acht deze stelling op zichzelf onaannemelijk omdat het de rechtszekerheid die de VSO beoogt te bieden ernstig ondermijnt. Bovendien biedt de aan het sluiten van de VSO voorafgaande correspondentie tussen partijen ook geen aanknopingspunten voor het oordeel dat Bodemzorg die bewoordingen in die zin heeft opgevat of had moeten opvatten.
“steeds in de huidige vorm”erop heeft mogen vertrouwen dat Arcadis de monitoring overeenkomstig de haar toen voor ogen staande aanpak ter goedkeuring aan het bevoegd gezag zou voorleggen en, indien goedgekeurd, dienovereenkomstig zou uitvoeren.
1.016,00
7.De beoordeling in reconventie
verweer Arcadis
brongebieden op de Locatie te saneren” conform de normen, voorwaarden etc. van het aangepaste deelsaneringsplan en de ontwerpbeschikking en Arcadis en Delfri garanderen dat “
deze sanering uiterlijk op 1 juli 2022” deugdelijk en volledig zal zijn afgerond. Deze verplichting uit artikel 3 VSO omvat echter niet het monitoren en indienen van een monitoringsplan, want dat vindt pas plaats na afronding en eindmelding van de grondsanering aan het bevoegd gezag. Dat het monitoringsplan pas na eindmelding van de grondsanering moet worden ingediend, blijkt ook uit de tekst van de definitieve beschikking van 21 december 2021 (zie 3.26 en 3.33). Arcadis heeft op 15 februari 2022 de eindmelding van de grondsanering gedaan door middel van het indienen van haar evaluatieverslag. De omgevingsdienst heeft vastgesteld dat de deelsanering is uitgevoerd volgens de daarvoor geldende eisen en heeft de eindmelding van Arcadis goedgekeurd. In de beslissing op bezwaar van 4 maart 2022 heeft het bevoegd gezag ook bevestigd dat Arcadis de sanering heeft uitgevoerd in overeenstemming met het aangepaste deelsaneringsplan en de daarvoor geldende regelgeving (zie 3.43). Volgens Arcadis staat met het voorgaande vast dat het indienen van het monitoringsplan en het monitoren pas na afloop van de uitgevoerde sanering plaatsvindt en daarom – logischerwijs – niet onder de verplichting uit artikel 3 van de VSO om “
brongebieden op de Locatie te saneren” en “
deze sanering uiterlijk op 1 juli 2022” af te ronden. Dat ligt volgens Arcadis ook voor de hand omdat zich tijdens de sanering omstandigheden kunnen voordoen die er mogelijk toe kunnen leiden dat de monitoring aangepast moet worden. Volgens Arcadis volgt hieruit dat van een tekortkoming in de nakoming van artikel 3 van de VSO geen sprake is, waardoor door Bodemzorg ook geen nakoming gevorderd kan worden dan wel door de voorzieningenrechter een ordemaatregel opgelegd kan worden.
dat alle onderdelen van deze sanering uiterlijk op 1 juli 2022 deugdelijk en volledig zullen zijn afgerond”) van oordeel dat dit artikel slechts ziet op de sanering in eigenlijke zin. Die opvatting sluit aan
- bij het hoofddoel van de vaststellingsovereenkomst (instemming met aanpassing van de saneringsaanpak op het punt van de omgang met de aangetroffen verontreiniging tegen afkoop van het daardoor voor Bodemzorg toegenomen naleveringsrisico),
- bij het gegeven dat de overeenkomst is gesloten op een moment waarop een deelsaneringsplan voorlag met een monitoringsaanpak die zich zou uitstrekken over een periode van 10 jaar, en
- bij de aard van de activiteit monitoring en bij de omstandigheid dat die onder goedkeuring en toezicht van het bevoegd gezag plaatsvindt.
508,00(factor 0,5 × tarief € 1.016,00)