ECLI:NL:RBNHO:2024:7157

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
14 februari 2024
Publicatiedatum
16 juli 2024
Zaaknummer
10537655
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van wettelijke rente en acceptatie van facturen in het kader van reversed billing tussen arbeidsbemiddelaar en opdrachtgever

In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland, heeft de kantonrechter op 14 februari 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen ESP Consultancy B.V. en Oyster Coast B.V. De eisende partij, ESP, vorderde betaling van wettelijke rente over facturen die te laat waren goedgekeurd door de gedaagde partij, Source. De procedure begon met een dagvaarding op 26 mei 2023, gevolgd door verschillende conclusies van antwoord, repliek en dupliek. De kern van het geschil draaide om de vraag of Source, als arbeidsbemiddelaar, verplicht was om de wettelijke rente te betalen over de facturen van ESP, die betrekking hadden op de gewerkte uren van een ingehuurde projectmanager.

De kantonrechter oordeelde dat Source geen wettelijke handelsrente verschuldigd was over de facturen, omdat de betalingstermijn pas begon te lopen na ontvangst van de correcte facturen. ESP had niet aangetoond dat de facturen tijdig waren ontvangen en dat de betalingstermijn was overschreden. Bovendien werd vastgesteld dat de reversed billing systematiek, waarbij Source de goedgekeurde uren factureert en zelf betaalt, door beide partijen was overeengekomen. De kantonrechter concludeerde dat ESP niet had voldaan aan haar stelplicht en dat de vorderingen van ESP daarom werden afgewezen. De proceskosten werden aan ESP opgelegd, aangezien zij als in het ongelijk gestelde partij werd beschouwd.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Haarlem
Zaaknummer: 10537655 \ CV EXPL 23-3486
Vonnis van 14 februari 2024
in de zaak van
ESP CONSULTANCY B.V.,
te Hank, gemeente Altena,
eisende partij,
hierna te noemen: ESP,
gemachtigde: H.W. ter Braack,
tegen
OYSTER COAST B.V., tevens handelend onder de naam
Source MSP,
te Hoofddorp, gemeente Haarlemmermeer,
gedaagde partij,
hierna te noemen: Source,
procederend in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 26 mei 2023 met bijlagen 1 tot en met 17 van ESP;
- de conclusie van antwoord met bijlagen I tot en met VII van Source
- de conclusie van repliek met bijlagen 18 tot en met 25 van ESP;
- de conclusie van dupliek met bijlagen I en II van Source.
1.2.
Ten slotte is een datum voor vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Source is arbeidsbemiddelaar in de IT-branche.
2.2.
Op 17 februari 2022 heeft Source de heer [betrokkene] (hierna: [betrokkene]) ingehuurd van ESP, als projectmanager voor Atos Nederland B.V. (hierna: Atos), een opdrachtgever van Source. In de overeenkomst tussen ESP en Source is vermeld: “
Betalingstermijn: 65 dagen”.
2.3.
De gewerkte uren worden door [betrokkene] wekelijks vastgelegd. De uren moeten worden goedgekeurd door Atos.
2.4.
Tot december 2022 stuurde ESP maandelijks facturen aan Source voor de goedgekeurde uren van [betrokkene], op basis van een door Source opgesteld factuurvoorstel.
2.5.
Op 7 oktober 2022 heeft ESP een factuur gestuurd voor de uren van [betrokkene] in september 2022. Het gaat om een factuur van 158 uur (ter hoogte van € 24.853,40) met factuur nummer 622110020.
2.6.
ESP heeft daarnaast verschillende facturen gestuurd voor werkzaamheden van [betrokkene] in september en oktober 2022. Op de facturen is steeds de datum 2 november 2022 vermeld. Het gaat om de volgende facturen van ESP:
 Factuur 62211009 (hierna: factuur 009). Deze factuur van ESP is gebaseerd op het factuurvoorstel van Source voor 168 uur met als omschrijving “2022-10”. Van factuur 009 van ESP bestaan twee varianten:
1. een factuur voor 18 uur (ter hoogte van € 2.831,40) voor de periode oktober 2022, met een betalingstermijn van 60 dagen;
2. een factuur van 168 uur (ter hoogte van € 26.426,40) voor de periode oktober 2022, met een betalingstermijn van 30 dagen;
 Factuur 62211010 (hierna: factuur 010). Deze factuur van ESP is gebaseerd op het factuurvoorstel van Source voor 18 uur, met als omschrijving “2022-10”. Van factuur 010 van ESP bestaan ook twee varianten
1. een factuur voor 18 uur (ter hoogte van € 2.831,40) voor de periode oktober 2022, met een betalingstermijn van 60 dagen (in de factuur is kennelijk per abuis factuurnummer 62211009 vermeld);
2. een factuur voor 18 uur (ter hoogte van € 2.831,40) voor de periode september 2022, met een betalingstermijn van 60 dagen;
2.7.
In een e-mail van 4 november 2022 heeft Source gevraagd om aanpassing van één van de facturen.
2.8.
Per e-mail van 25 november 2022 heeft Source aangekondigd dat vanaf 1 december 2022 de facturatieprocedure gewijzigd zou worden en dat vanaf dat moment een “
reversed billing” systeem zal gelden. Dat houdt in dat Source aan ESP een factuur stuurt voor de goedgekeurde uren van [betrokkene] en dat Source die factuur vervolgens zelf betaalt aan ESP.
2.9.
Op 28 december 2022 is een nieuwe opdrachtovereenkomst gesloten, waarbij ESP [betrokkene] wederom heeft uitgeleend aan Source, als Program Director bij Atos van 1 januari 2023 tot en met 30 juni 2023. In de overeenkomst is vermeld: “
betalingstermijn: 30 dagen”.
2.10.
ESP heeft op 3 en 11 januari 2023 gevraagd om betaling van factuur 009 van € 26.426,40 en factuur 010 van € 2.831,40. Op 27 januari 2023 heeft Source gevraagd de facturen nogmaals toe te zenden, omdat de factuurnummers niet terug te vinden waren in haar e-mailbox. Op 29 januari 2023 heeft ESP facturen 009 en 010 (nogmaals) gestuurd aan Source. Facturen 009 en 010 zijn op 9 februari 2023 door Source betaald.
2.11.
Op 25 februari 2023 heeft ESP een factuur aan Source gestuurd met factuurnummer 62302036 (hierna: rentefactuur 036) voor de wettelijke rente van € 529,05, berekend over de facturen 009 en 010 over de periode van 2 december 2022 tot 9 februari 2023. Source heeft rentefactuur 036 niet voldaan.
2.12.
Voor de maand januari 2023 heeft [betrokkene] 176 uren geregistreerd. Source heeft op 1 februari 2023 een reversed bill gestuurd voor 54 uren. ESP heeft daartegen op 7 februari 2023 bezwaar gemaakt en zelf een factuur gestuurd voor 176 uur. Op 1 maart 2023 heeft Source een reversed bill gestuurd voor 122 uren in januari 2023. Deze reversed bill is op 31 maart 2023 door Source betaald.
2.13.
Op 5 mei 2023 heeft ESP een factuur gestuurd aan Source met nummer 62305033 (hierna: rentefactuur 033) voor de wettelijke rente van € 187,70, berekend over 122 uren (voor januari 2023), over de periode van 1 maart 2023 tot 31 maart 2023. Deze rentefactuur heeft Source niet voldaan.
2.14.
In een e-mail van 8 mei 2023 heeft ESP heeft bezwaar gemaakt tegen de met self billing gefactureerde uren van [betrokkene] over april 2023 en aangevoerd dat in die maand 144 uren zijn gewerkt door [betrokkene]. Source heeft daarop in een e-mail van 9 mei 2023 gemeld dat voor de maand april 2023 14 goedgekeurde uren zijn geregistreerd van [betrokkene]..

3.Het geschil

3.1.
ESP vordert, samengevat, dat de kantonrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
Source veroordeelt tot betaling aan ESP van € 716,15, te vermeerderen met de wettelijke rente over de te late betaling van de factuur van april 2023, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van dagvaarding tot de dag der algehele voldoening;
Source veroordeelt tot het accepteren van de facturen van ESP indien door Source niet de juiste gewerkte uren maandelijks worden gefactureerd en bij te late betaling de wettelijke rente dient te worden betaald, op straffe van verbeurte van een dwangsom;
een en ander met veroordeling van Source in de kosten van de procedure, te vermeerderen met de nakosten en de wettelijke rente.
3.2.
Aan haar vorderingen legt ESP ten grondslag dat Source op grond van de Wet op de betalingstermijnen (van kracht per 1 juli 2022) verplicht is voor de prestaties te betalen binnen dertig dagen nadat facturen zijn ontvangen, althans de prestaties zijn verricht. De facturen van 2 november 2022 had Source dus uiterlijk 2 december 2023 moeten betalen en daarna is zij de wettelijke rente verschuldigd, aldus ESP. Omdat Source eenzijdig heeft besloten over te gaan op reversed billing systematiek, rust op Source bovendien een zorgplicht en mag van haar worden verwacht dat zij de juistheid van de gewerkte uren controleert. Ook over de te laat betaalde uren voor de maanden januari, maart en april 2023 moet Source daarom de wettelijke rente betalen, aldus ESP.
3.3.
Source betwist de vorderingen van ESP. Source voert aan dat ESP fouten heeft gemaakt in de facturen 009 en 010 en dat Source pas op 29 januari 2023 de correcte facturen 009 en 010 heeft ontvangen. Verder voert Source aan dat zij in de reversed bill alleen de door Atos goedgekeurde uren vermeldt. Uren die niet op tijd zijn goedgekeurd, worden meegenomen in de reversed bill van de volgende maand. ESP heeft met deze systematiek ingestemd en bovendien wijkt dit niet af van de oude factureringsmethode, aldus Source.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

4.De beoordeling

Rentefactuur 036 (facturen 009 en 010)
4.1.
De kantonrechter moet de vraag beantwoorden of Source de wettelijke (handels)rente moet betalen over de facturen 009 en 010 vanaf 2 december 2022 tot 9 februari 2023. De kantonrechter beantwoordt die vraag ontkennend en licht dit hieronder toe.
4.2.
Hoewel ESP in de dagvaarding steeds spreekt over de wettelijke rente, gaat de kantonrechter er van uit dat de wettelijke handelsrente (van artikel 6:119a BW) is bedoeld, gelet op de hoogte van de gevorderde bedragen.
4.3.
De wettelijke handelsrente is verschuldigd na het einde van de (afgesproken of wettelijke) betalingstermijn. Vooropgesteld hierbij wordt dat facturen 009 en 010 (kennelijk) zijn gebaseerd op de overeenkomst van 8 februari 2022, waarin een betalingstermijn van 65 dagen is vermeld. In de factuur 009 is een betalingstermijn vermeld van 30 of 60 dagen en in factuur 010 van 60 dagen.
4.4.
ESP stelt dat de betalingstermijn 30 dagen bedraagt en een langere betalingstermijn nietig is, op grond van de “Wet op de betalingstermijnen”. Kennelijk wordt gedoeld op het per 1 juli 2022 gewijzigde artikel 6:119a lid 6 BW. Dit artikellid is echter alleen van toepassing als Source (de schuldenaar) kan worden aangemerkt als grote onderneming, waarvan alleen sprake is als zij voldoet aan ten minste twee van de volgende criteria: een balanstotaal van meer dan € 20 miljoen, een netto-omzet van meer dan € 40 miljoen en een gemiddeld aantal werknemers van 250 of meer. ESP heeft daarover niets gesteld.
4.5.
Aan de verdere beoordeling hiervan wordt echter niet toegekomen. De kantonrechter zal namelijk hieronder toelichten dat Source binnen 30 dagen heeft betaald.
4.6.
ESP stelt dat de betalingstermijn is gaan lopen op 2 november 2022, omdat facturen 009 en 010 toen zijn verstuurd aan Source. Hierin krijgt ESP geen gelijk. Source heeft toegelicht dat er fouten zaten in de facturen 009 en 010 die op 2 november 2022 zijn verstuurd door ESP. Kennelijk is van de in 2.6 genoemde facturen steeds de eerste variant de foutieve factuur en de tweede variant de correcte factuur.
4.7.
ESP voert aan dat de fout in de factuur 009 te wijten was aan het onduidelijke factuurvoorstel van Source. Overwogen wordt dat dit (mogelijk) het geval was ten aanzien van de vraag op welke periode factuur 009 betrekking had (oktober 2022 of september 2022). Maar die onduidelijkheid in het factuurvoorstel van Source verklaart niet waarom er blijkbaar ook een factuur 009 ter hoogte van 18 uur is verstuurd (terwijl blijkbaar factuur 009 168 uur bedraagt, wat grote gevolgen heeft voor de hoogte van de factuur). Kennelijk heeft ESP aanvankelijk factuurnummers of factuurinhoud verwisseld (en in factuurnummer 010 aanvankelijk een verkeerd factuurnummer vermeld). ESP heeft niet toegelicht dat Source hiervan een verwijt kan worden gemaakt.
4.8.
Zo lang de onjuistheden in de facturen 009 en 010 van ESP niet waren gecorrigeerd, kon niet van Source gevergd worden dat zij die onjuiste facturen zou betalen en is de betalingstermijn dus niet gaan lopen. De omstandigheid dat de prestaties al geleverd waren in september/oktober 2022, doet daaraan niet af.
4.9.
ESP erkent dat factuur 009 op verzoek van Source is aangepast. ESP stelt dat zij op 2 november 2022 de op verzoek van Source aangepaste factuur heeft verstuurd (nummer 6 conclusie van repliek). Dit standpunt van ESP volgt de kantonrechter echter niet. Uit de overgelegde e-mail van Source blijkt dat zij op 4 november 2022 om aanpassing van de factuur heeft gevraagd. Daarom is het onmogelijk dat de op verzoek van Source aangepaste factuur al op 2 november 2022 aan Source is gestuurd.
4.10.
Wel staat vast dat ESP op 3 en 11 januari 2023 aanmaningen heeft gestuurd voor facturen 009 en 010, maar bij die e-mails waren geen facturen gevoegd. Onduidelijk is dus of deze aanmaningen waren gebaseerd op de foutieve of correcte facturen 009 en 010. ESP heeft dat onvoldoende concreet toegelicht, terwijl dat wel op haar weg had gelegen, gelet op het feit dat er kennelijk verschillende varianten van facturen 009 en 010 in omloop zijn.
4.11.
Omdat ESP op dit punt niet aan haar stelplicht heeft voldaan, gaat de kantonrechter er vanuit dat de correcte facturen 009 en 010 pas op 29 januari 2023 zijn ontvangen door Source, zoals Source aanvoert. Pas toen is de betalingstermijn dus gaan lopen.
4.12.
Source heeft de facturen op 9 februari 2023 betaald (11 dagen later). Dat betekent dat Source op tijd heeft betaald en dat aan de beoordeling van de vraag of de betalingstermijn van 65, althans 60 dagen geldig was, dan wel een betalingstermijn gold van 30 dagen, niet wordt toegekomen.
4.13.
De conclusie is dus dat Source geen wettelijke handelsrente verschuldigd is over de facturen 009 en 010 en dus dat zij rentefactuur 036 niet hoeft te betalen.
Rentefactuur 033 (te laat betaalde uren januari 2023), rente april 2023 en vordering onder 2
4.14.
ESP vordert de wettelijke handelsrente over de 122 uur van [betrokkene] in januari 2023, die ten onrechte niet zijn opgenomen in de reversed bill van 1 februari 2023 en pas op 31 maart 2023 zijn betaald door Source. De kantonrechter zal ook deze vordering afwijzen en licht hieronder toe waarom.
4.15.
Source heeft voldoende toegelicht dat de 122 uur ten tijde van de reversed bill van 1 februari 2023 nog niet door Atos goedgekeurd waren. ESP heeft dat niet weersproken. Ook staat voldoende vast dat Source pas verplicht is voor de uren van [betrokkene] te betalen (en dus daarvoor een reversed bill te sturen), nadat die uren zijn goedgekeurd door Atos. ESP kan zich er daarom niet met succes op beroepen dat Source verplicht is te betalen binnen 30 dagen na het verrichten van de prestatie.
4.16.
ESP voert daartegen aan dat zij niet heeft ingestemd met de reversed billing systematiek. Overwogen wordt echter dat Source voldoende concreet heeft toegelicht, en ESP niet heeft weersproken, dat het uitgangspunt dat alleen de uren die op tijd zijn goedgekeurd door Atos worden gefactureerd, ook al gold vóórdat de reversed billing systematiek werd ingevoerd. Dat blijkt naar het oordeel van de kantonrechter ook uit de door ESP zelf overgelegde (en door Source opgestelde) factuurvoorstellen, waarin alleen de door Atos goedgekeurde uren zijn vermeld en die altijd door ESP werden gevolgd.
4.17.
Aan de (eigen) factuur van ESP van 7 februari 2023 kent de kantonrechter (voor wat betreft de betalingstermijn) geen doorslaggevende betekenis toe, omdat de kantonrechter van oordeel is dat ESP heeft ingestemd met de reversed billing systematiek (inhoudende dat ESP zelf geen facturen meer stuurt). Source heeft de reversed billing systematiek namelijk op 22 november 2022 aangekondigd. ESP heeft daartegen op dat moment niet geprotesteerd. Ook toen partijen daarná – op 28 december 2022 – een nieuwe opdrachtovereenkomst zijn aangegaan, heeft ESP geen bezwaar gemaakt tegen de reversed billing systematiek. Daaruit leidt de kantonrechter af dat partijen de reversed billing systematiek zijn overeengekomen. Dat betekent ook dat de vordering onder 2, wat daar verder ook van zij, niet toewijsbaar is.
4.18.
Vast staat dat de uren uit januari 2023 die niet waren meegenomen in de reversed bill van 1 februari 2023, wel zijn meegenomen in de daarop volgende reversed bill van 1 maart 2023 en 30 dagen later zijn betaald door Source. De kantonrechter komt daarom tot het oordeel dat Source de betalingstermijn niet heeft overschreden. Zij is daarom geen wettelijke handelsrente verschuldigd en hoeft rentefactuur 005 van ESP niet te betalen.
4.19.
Het voorgaande geldt ook voor de uren in april 2023. ESP heeft niet weersproken dat de niet-gefactureerde uren van april 2023 te laat zijn goedgekeurd door Atos en om die reden pas de volgende maand worden gefactureerd.
Slotsom en de proceskosten
4.20.
De vorderingen van ESP zullen worden afgewezen. Zij wordt als de in het ongelijk gesteld partij veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van Source worden begroot op nihil.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
wijst de vorderingen af;
5.2.
veroordeelt ESP in de proceskosten, die aan de zijde van ESP tot op heden worden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.M. Kruithof en in het openbaar uitgesproken op14 februari 2024.
1538