In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 11 juli 2024 een beschikking gegeven inzake de instelling van bewind en mentorschap voor een betrokkene, die als gevolg van haar geestelijke of lichamelijke toestand niet in staat is haar vermogensrechtelijke belangen te behartigen. Het verzoek tot instelling van bewind en mentorschap is ingediend door Parnassia Noord Holland, die als verzoeker optreedt. De kantonrechter heeft kennisgenomen van het verzoekschrift, de bijlagen en de verklaringen van de betrokkenen. Tijdens de zitting op 20 juni 2024 is de betrokkene gehoord, waarbij zij haar voorkeur voor de benoeming van haar zoon en een vriendin als bewindvoerder en mentor heeft uitgesproken. Echter, de kantonrechter heeft geconstateerd dat er zwaarwegende redenen zijn om van deze wens af te wijken. De zoon van de betrokkene heeft geen bereidverklaring afgegeven en er is al tien jaar geen contact tussen hen. De vriendin, hoewel een belangrijke steun voor de betrokkene, heeft geen formele rol in de zorg en is door haar eigen ziekte niet altijd beschikbaar. De kantonrechter heeft daarom besloten om de bewindvoering en het mentorschap toe te wijzen aan Koning Bewindvoering en Budgetbeheer B.V., die de benodigde expertise en beschikbaarheid heeft om de belangen van de betrokkene adequaat te behartigen. De kantonrechter heeft tevens de jaarbeloning voor de bewindvoerder en mentor vastgesteld op € 1.117,00, exclusief btw. Deze beschikking is openbaar uitgesproken en er kan binnen drie maanden hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam.