Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
2.De verdere beoordeling
‘Alle kosten, zowel in als buiten rechte die voor de verhuurder uit niet-nakoming door de huurder voortvloeien komen voor rekening van de huurder, (…).’
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland op 3 september 2025, is de eisende partij, Gemeente Hoorn, betrokken bij een civiele procedure tegen een gedaagde partij die niet is verschenen. De kantonrechter heeft in een tussenvonnis van 11 juni 2025 de eisende partij de gelegenheid gegeven om zich uit te laten over de wijze waarop de overeenkomst tot stand is gekomen en hoe zij heeft voldaan aan de precontractuele informatieplichten. De eisende partij heeft een akte ingediend, maar de kantonrechter heeft geconstateerd dat de onderbouwing van de informatieplichten onvoldoende is. De kantonrechter heeft ambtshalve de informatieplichten getoetst en vastgesteld dat de eisende partij, door de gedaagde partij elke pagina van de overeenkomst te laten paraferen, in wezen aan deze plichten heeft voldaan.
Daarnaast heeft de kantonrechter de bedingen in de overeenkomst beoordeeld op oneerlijkheid. Het rentebeding van 1,5% per maand is vermoedelijk oneerlijk, terwijl het prijswijzigingsbeding niet als oneerlijk is beoordeeld. De kantonrechter heeft ook de incassokostenbedingen in de overeenkomst onderzocht en geconcludeerd dat deze vermoedelijk oneerlijk zijn, omdat ze in strijd zijn met de wettelijke bepalingen en geen maximum aan de kosten stellen. De eisende partij is in de gelegenheid gesteld om de akte met de eiswijziging alsnog aan de gedaagde partij te betekenen en zich uit te laten over de oneerlijkheid van de bedingen. De zaak is aangehouden voor verdere behandeling op 1 oktober 2025.