AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Schorsing van een leerling wegens grensoverschrijdend gedrag en de rechtmatigheid daarvan
In deze uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland, gedateerd 19 juni 2025, wordt het beroep van eiseres, de moeder van een leerling, behandeld. Eiseres is in beroep gegaan tegen de schorsing van haar zoon door het bestuur van Stichting Dunamare Onderwijsgroep. De rechtbank oordeelt dat het bestuur de zoon in redelijkheid voor één dag heeft kunnen schorsen vanwege grensoverschrijdend gedrag op 20 juni 2024. Het bestuur heeft voldoende gemotiveerd dat de schorsing gerechtvaardigd was, hoewel het in het bestreden besluit niet voldoende heeft onderbouwd dat de zoon ook op andere momenten grensoverschrijdend gedrag vertoonde. Eiseres krijgt daarom gelijk in de vergoeding van griffiekosten, maar het beroep wordt ongegrond verklaard. De rechtbank concludeert dat de schorsing tijdens de verwijderingsprocedure ook rechtmatig was, gezien de handelingsverlegenheid van de school en de extra ondersteuningsbehoefte van de zoon. De rechtbank benadrukt dat de schorsing niet onevenredig was en dat het bestuur in redelijkheid heeft kunnen besluiten om de zoon te schorsen om de orde en veiligheid binnen de school te waarborgen. De uitspraak bevestigt de noodzaak van een goede leeromgeving voor alle leerlingen en de verantwoordelijkheid van het bestuur om deze te handhaven.
Voetnoten
1.De rechtbank verwijst ter ondersteuning van dit oordeel naar rechtsoverweging 5.3 van de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 1 maart 2022, ECLI:NL:RBDHA:2022:1671, bevestigd door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State bij uitspraak van 19 februari 2025, ECLI:NL:RVS:2025:658. 2.Artikel 8.14, eerste lid, van de Wvo 2020.
3.Artikel 8.15, eerste lid, van de Wvo 2020.
4.Artikel 8.15, derde lid, van de Wvo 2020 (ten tijde van de schorsingsbeslissingen; thans vierde lid).
5.Conform artikel 3, zesde lid, van het Protocol.
6.Artikel 2, eerste, tweede en vierde lid, en artikel 3, eerste lid, van het Protocol.
7.Artikel 2, vijfde lid, van het Protocol.
8.Op grond van artikel 6:22 van de Algemene wet bestuursrecht.
9.Dat wil zeggen dat hij op eigen verzoek of op last van de docent de les even mocht verlaten om zijn verhaal bij een schoolmedewerker te doen en tot rust te komen.
10.Conform artikel 4, zevende lid, van het Protocol.