In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 31 januari 2014 uitspraak gedaan in een kort geding tussen [eiseres], de moeder van Marianne Vaatstra, en [gedaagde], een particulier die zonder toestemming uit haar dagboek citeerde en dit publiceerde op zijn website. [Eiseres] vorderde onder andere de teruggave van haar dagboek, een verbod op verdere publicatie en een schadevergoeding. De rechtbank oordeelde dat [eiseres] voldoende spoedeisend belang had bij haar vorderingen, gezien de inbreuk op haar auteursrechten en de schending van haar persoonlijke levenssfeer. De voorzieningenrechter verleende verstek tegen [gedaagde], die niet verschenen was, en wees de vorderingen van [eiseres] toe, met uitzondering van de vordering tot schadevergoeding. De rechtbank legde [gedaagde] verschillende verplichtingen op, waaronder het verwijderen van de publicaties en het teruggeven van het dagboek. Tevens werd hij veroordeeld in de proceskosten, die op € 6.375,80 werden begroot. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad en [gedaagde] kan een dwangsom opgelegd krijgen voor elke dag dat hij niet aan de veroordelingen voldoet.