2.7.Tussen partijen gelden de op 14 oktober 2005 opgemaakte huwelijkse voorwaarden. Voor zover relevant in onderhavige zaak wordt in de huwelijkse voorwaarden het navolgende bepaald:
Uitsluiting
Artikel 1
De echtgenoten sluiten elke gemeenschap van goederen uit.
Bewijsovereenkomsten
Artikel 2
1. De roerende zaken en rechten aan toonder die behoren tot het beroeps- of bedrijfsvermogen van een echtgenoot worden geacht eigendom te zijn van die echtgenoot, behoudens tegenbewijs.
2. Kleding en lijfsieraden worden tot op tegenbewijs geacht eigendom te zijn van de echtgenoot die deze goederen gebruikt of tot wiens gebruik zij bestemd zijn.
Geschil met betrekking tot goederen
Artikel 3
Tussen de echtgenoten kan een geschil bestaan met betrekking tot de vraag aan wie van hen roerende zaken of rechten aan toonder toebehoren, die niet onder de werking van een bewijsovereenkomst vallen. Indien geen van hen zijn rechten op die goederen kan bewijzen, worden deze geacht aan ieder van de echtgenoten voor de helft toe te behoren.
Vergoedingsrechten
Artikel 4
Een echtgenoot heeft een vergoedingsrecht jegens de andere echtgenoot, indien een bedrag of waarde ten behoeve van die andere echtgenoot aan zijn vermogen is onttrokken. De vergoeding is gelijk aan het bedrag of de waarde ten tijde van de onttrekking en is direct opeisbaar, tenzij de redelijkheid en billijkheid zich tegen die opeisbaarheid verzetten.
Kosten van de huishouding
Artikel 7
1. De kosten van de gemeenschappelijke huishouding worden door de echtgenoten gedragen naar evenredigheid van ieders inkomen. Zijn de inkomens onvoldoende, dan worden de kosten gedragen naar evenredigheid van ieders vermogen. Een en ander geldt niet voor zover bijzondere omstandigheden zich daartegen verzetten.
2. Onder de kosten van de huishouding zijn begrepen de kosten van verzorging en opvoeding van de tot het gezin behorende kinderen, de premies voor de gebruikelijk verzekeringen, de kosten van vakanties, de huurprijs van de echtelijke woning en rente van geldleningen die verband houden met de aanschaf van de echtelijke woning en de vakantiewoning.
3. Indien de echtgenoten in onderling overleg niet samenwonen, worden de gezamenlijke kosten van de afzonderlijke huishoudens, waaronder begrepen de kosten die verband houden met de huisvesting van de echtgenoten, gedragen op de wijze als in lid 1 is bepaald.
4. De echtgenoot die in een kalenderjaar meer heeft bijgedragen in de kosten van de huishouding dan hij op grond van het bepaalde in dit artikel zou moeten dragen, kan dit meerdere van de andere echtgenoot terugvorderen, mits hij die vordering instelt binnen een jaar na afloop van het desbetreffende kalenderjaar.
5. Indien de vordering overeenkomstig lid 4 is ingesteld, moet deze direct worden voldaan, tenzij de redelijkheid en billijkheid zich daartegen verzetten.
Verrekening van inkomsten
Artikel 9
1. De echtgenoten zijn verplicht om jaarlijks te verrekenen hetgeen van hun inkomen resteert, nadat daarop de bijdrage in de kosten van de huidhouding in mindering is gebracht. Bij deze verrekening komt ieder de helft van het gezamenlijk bespaarde bedrag toe.
(..)
Pensioen
Artikel 11
Bij echtscheiding en scheiding van tafel en bed worden de door de echtgenoten opgebouwde pensioenaanspraken verevend conform het bepaalde in de artikelen 2 en 3 van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding.
(..)
Verrekening bij het einde van het huwelijk en bij scheiding van tafel en bed.
Artikel 14
1. Bij ontbinding van het huwelijk door echtscheiding (..) wordt tussen de echtgenoten (..) afgerekend alsof de echtgenoten in algehele gemeenschap van goederen waren getrouwd.
2.Binnen acht maanden na de ontbinding van het huwelijk wordt het vermogen van ieder van de echtgenoten beschreven.
3. Onder het vermogen van een echtgenoot wordt verstaan het saldo van zijn bezittingen en schulden (..).
4. De beschrijving van de vermogens van de echtgenoten en de waardering van de daartoe behorende bezittingen en schulden geschiedt (..)ingeval van echtscheiding (..) op de datum waarop het daartoe strekkende verzoekschrift is ingediend (..).7. (..) Verrekening vindt voorts niet plaats:wanneer het vermogen van een echtgenoot zodanig negatief is dat meer dan de helft van hetgeen hij krachtens de verrekening zou ontvangen aan zijn schuldeisers ten goede zou komen.
8. In de verrekening worden niet betrokken:
a. de goederen die door de vrouw ten huwelijk zijn aangebracht, als blijkt uit na te melden staat;
b. de schulden van de man, zoals vermeld op na te melden staat;
c. de goederen die door de echtgenoten krachtens erfrecht of schenking zijn verkregen alsmede de op die verkrijgingen drukkende schulden en de wegens die verkrijgingen geheven belastingen, zoals successie-, schenkings- en overgangsrecht;
d.al hetgeen krachtens zaaksvervanging voor bovengenoemde goederen in de plaats is getreden.
Aanbreng
De rechten aan toonder en de roerende zaken die de echtgenoten ten huwelijk aanbrengen zijn vermeld op een door de verschenen personen en mij, notaris, ondertekende staat die aan deze akte zal worden gehecht.
(..)
Staat van aanbrengsten, behorende bij de akte van huwelijkse voorwaarden tussen de heer [naam verweerder] en mevrouw [naam verzoekster].
Door de heer [naam verweerder] wordt aangebracht:
-Studie schuld
-Studie schuld
Door mevrouw [naam verzoekster] wordt aangebracht:
-Antieke kast
-Piano
-Eikenhouten donkere eettafel
-Driezitsbank
-Chaise Longue
-Alle boekenrekken
-Servies Wedgwood
-Auto: [merknaam auto 2] (..)3. De beoordeling van het finaal verrekenbeding
Combinatie periodiek en finaal verrekenbeding + peildatum