Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[voornaam] [gedaagde 4],
1.De procedure
- de dagvaarding,
- de conclusie van antwoord van Sita,
- de conclusie van antwoord van de stichting c.s.,
- de conclusie van repliek,
- de conclusie van dupliek van Sita,
- de conclusie van dupliek van de stichting c.s.
2.De feiten
Betaling van de Koopprijs zal plaatsvinden op de volgende wijze:
Een bedrag groot € 500.000,-, ten behoeve van MLS (“Bedrag 1”), in escrow, op de derdenrekening van notariskantoor Dijkstra Jansen Bergman Notarissen te Stadskanaal, te verrichten op rekeningnummer (…) en;
een bedrag groot € 400,000,-- rechtstreeks aan de Rabobank (“Bedrag 2”), zijnde het schuldbedrag van MLS aan de Rabobank. Zulks te verrichten op rekeningnummer (…) t.n.v. Rabobank Stad en Midden Groningen met als kenmerk MLS.
Een bedrag groot € 600.000,- op rekening van de [stichting] (“Bedrag 3”), te verrichten op rekeningnummer (…).
3.6 Bedrag 1 in escrow bij de notaris valt vrij 3 maanden na Overdrachtsdatum, tenzij sprake is van verrekeningen op grond van artikel 6.2, door SITA schriftelijk te melden aan de notaris, naar aanleiding waarvan de notaris deze opgaven verrekend met het eventueel uit te betalen bedrag.
Indien naar het oordeel van SITA blijkt van een afwijking tussen de overhandigde informatie en de informatie verkregen op de ondertekeningsdatum en/of Overdrachtsdatum, zal SITA zulks omgaand schriftelijk aan MLS mededelen. (…) SITA zal in dat geval gerechtigd zijn om het vastgestelde nadelige verschil te verrekenen met het Bedrag 1 (…).’
Zo als het nu lijkt komen wij nogal wat te kort om iedereen netjes te betalen’.
Op grond van door mij ingesteld onderzoek meen ik dat wijlen de heer [naam] en zijn vennootschappen - en overigens ook nog derden - aansprakelijk gehouden kunnen worden op grond van pauliana en/of onrechtmatig handelen. (…) De Stichting, de [maatschap] , en uzelf zal ik over deze kwestie nog separaat aanschrijven. Het komt mij voor dat u zich misschien dient te beraden op uw positie als raadsman van de erven. In ieder geval beschouw ik het handelen ter zake van alle betrokkenen als paulianeus en/of onrechtmatig.'
3.Het geschil
4.De beoordeling
voor zover nodig opnieuw' – vernietigd. Ter beoordeling staat of de vernietiging rechtsgeldig is. Voordat de rechtbank aan deze vraag toekomt, zal zij eerst op een aantal formele verweren ingaan.
de wederpartij(hier dus de stichting) de rechtshandeling al dan niet verplicht heeft verricht, maar of er voor
de failliet(zijnde de schuldenaar ex art. 42 Fw) een verplichting bestond om de rechtshandeling te verrichten. Van een onverplichte rechtshandeling is sprake indien deze wordt verricht zonder dat daartoe een op wet of overeenkomst berustende verplichting bestaat (HR 8 januari 1937, NJ 1937/431; HR 10 december 1976, NJ 1977/617). Omdat MLS zich er in de activaovereenkomst toe had verbonden om het bedrag van € 600.000,00 bij de stichting in beheer te geven, bestond er voor MLS wel degelijk een op overeenkomst berustende verplichting.
van de failliet. Wanneer sprake is van een rechtshandeling, is te lezen in artikel 3:33 BW: 'Een rechtshandeling vereist een op een rechtsgevolg gerichte wil die zich door een verklaring heeft geopenbaard.' De betalingen die de stichting heeft verricht zijn in opdracht van en namens MLS gedaan als gevolg waarvan MLS werd bevrijd van haar verplichtingen jegens haar schuldeisers. De betalingen zijn dus rechtshandelingen van MLS die zijn gericht jegens haar schuldeisers. De curator had in verband met vernietiging van de betalingen dus niet bij de stichting, maar bij haar schuldeisers moeten zijn. Als de stellingen van de curator zo moeten worden begrepen dat de opdracht van MLS aan de stichting om de betalingen uit te voeren paulianeus is, dan faalt dit betoog, omdat de curator niet, althans onvoldoende heeft gesteld dat het geven van deze opdrachten
voor MLS(de schuldenaar in de zin van art. 42 Fw) onverplicht was. De stichting c.s. heeft gesteld en door de curator is onvoldoende gemotiveerd betwist dat de schuldeisers ten behoeve van wie MLS de betalingsopdrachten heeft gegeven allen opeisbare vorderingen hadden, zodat MLS verplicht was deze vorderingen, al dan niet met tussenkomst van de stichting, te voldoen. De betalingen zijn evenmin aantastbaar op grond van artikel 47 Fw, nu de daarvoor geldende voorwaarden gesteld noch gebleken zijn. De vordering van de curator tot afgifte van een verklaring voor recht dat de betalingen zijn vernietigd moet daarom worden afgewezen.
De gelden die niet zijn bestemd voor de advocaat maar voor zijn cliënt of enige andere derde, voorzover deze gelden niet kunnen worden aangemerkt als verschotten of griffierechten.'
De stichting waarvan het doel blijkens de doelomschrijving uitsluitend is het tijdelijk beheer van derdengelden ten behoeve van de rechthebbende of degene die zal blijken de rechthebbende te zijn en waarvan de statuten gelijkluidend zijn aan de als bijlage A aan deze verordening gehechte Model statuten stichting derdengelden en met welke stichting ten behoeve van de advocaat een overeenkomst is gesloten die onverkort de bepalingen bevat van de als bijlage B aan deze verordening gehechte Modelovereenkomst kantoor-stichting derdengelden.'
prestaties waartoe zij verplicht,strijdig zijn met de goede zeden of de openbare orde (zie bijvoorbeeld Asser/Hartkamp & Sieburgh 6-III* 2014/333). De prestatie waartoe de gestelde beheersovereenkomst strekt, namelijk het tijdelijk beheren op een derdenrekening van derdengelden ten behoeve van rechthebbenden, is maatschappelijk juist zeer wenselijk, omdat het publiek erop moet kunnen vertrouwen dat het geld terecht komt bij de rechthebbenden en transacties ordelijk kunnen verlopen (vgl. HR 3 februari 1984, NJ 1984/752). Daarom zijn advocaten op grond van de Boekhoudverordening
verplichtom een Stichting Derdengelden ter beschikking te hebben (zie bijv. Hof Amsterdam 22 januari 2013, ECLI:NL:GHAMS:2013:BZ0340). Met de betalingen is het vertrouwen in de stichting van het publiek of van de bij de activatransactie betrokkenen, anders dan de curator stelt, niet geschonden. Immers, zoals hierboven al uiteengezet heeft de stichting betaald aan de rechthebbenden en zijn door het niet verstrekken van de verificatoire bescheiden niet de rechten van de boedel of van anderen geschaad. Feiten die het oordeel kunnen dragen dat het beheren van het bedrag van € 600.000,00 door de stichting om de activatransactie mogelijk te maken (waarmee verband houdt het oplossen van problemen die de aanleiding vormden voor de activatransactie en het bieden van zekerheid aan de koper dat, indien nodig, de kosten voor noodzakelijke sanering van het bedrijfsterrein voldaan worden) en/of de betalingen in strijd zijn met de goede zeden of de openbare orde, zijn door de curator niet gesteld.
904,00(2,0 punten × tarief € 452,00)
904,00(2,0 punten × tarief € 452,00)