ECLI:NL:RBNNE:2015:3950
Rechtbank Noord-Nederland
- Rekestprocedure
- B.R. Tromp
- J.H.W.R. Orriëns-Schipper
- A. Veenstra
- Rechtspraak.nl
Toepassing van artikel 21 Fw op bankspaarrekeningen in het kader van schuldsanering
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 16 juni 2015 uitspraak gedaan in een rekestprocedure met zaaknummer C/18/155755/HA RK 15-136. De appellant, vertegenwoordigd door advocaat mr. A.H.J. Damminga, had beroep ingesteld tegen een beslissing van de rechter-commissaris die toestemming had gegeven voor de afkoop van bankspaarrekeningen in het kader van een schuldsanering. De rechtbank heeft vastgesteld dat de bewindvoerder appellant niet tijdig op de hoogte had gesteld van de beslissing van de rechter-commissaris, waardoor het beroep tijdig was ingesteld. De rechtbank heeft vervolgens beoordeeld of de rechter-commissaris de beslissing terecht had genomen.
De rechtbank oordeelde dat de bankspaarrekeningen onder de bescherming van artikel 21, onderdeel 7 van de Faillissementswet vallen, wat betekent dat deze buiten de boedel blijven. De rechtbank benadrukte dat in dit artikel niet de eis van 'onredelijke benadeling' wordt gesteld, zoals dat wel het geval is bij levensverzekeringen. De rechtbank concludeerde dat de bewindvoerder onjuiste en onvolledige informatie had verstrekt aan de rechter-commissaris, wat leidde tot een onterechte toestemming voor de afkoop. De rechtbank vernietigde de beslissing van de rechter-commissaris en wees het verzoek van de bewindvoerder af.