In deze zaak, die voor de Rechtbank Noord-Nederland is behandeld, gaat het om de aansprakelijkheid van bewindvoerders in het kader van de Wettelijke Schuldsaneringsregeling Natuurlijke Personen (WSNP). De eisers, bestaande uit een vennootschap onder firma en een besloten vennootschap, hebben Bureau Benedictus B.V. en haar bewindvoerders aangeklaagd wegens vermeende onrechtmatige handelingen. De eisers stellen dat de bewindvoerders, [gedaagde 2] en [gedaagde 3], niet adequaat hebben ingegrepen in de schuldsaneringsprocedure van een derde, [de zakenpartner], die zich schuldig zou hebben gemaakt aan Paulianeus handelen door activa aan de boedel te onttrekken. De rechtbank heeft vastgesteld dat de bewindvoerders niet onrechtmatig hebben gehandeld, omdat er geen concrete feiten zijn die wijzen op een schending van hun zorgplicht. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat de eisers onvoldoende bewijs hebben geleverd voor hun claims van schade door het niet gunnen van een bedrijfspand aan hen. De rechtbank heeft de vorderingen van de eisers afgewezen en hen veroordeeld in de proceskosten. Dit vonnis benadrukt de verantwoordelijkheden en de vrijheid van bewindvoerders binnen de WSNP, evenals de noodzaak voor eisers om hun claims adequaat te onderbouwen.