Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam] , eiser,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Noord-Nederland
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 7 december 2018 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de bewaring van een Syrische vreemdeling. Eiser, geboren op een onbekende datum en met een V-nummer, was op 22 november 2018 aangehouden voor strafbare feiten en vervolgens in vreemdelingenbewaring gesteld. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid had de maatregel van bewaring opgelegd op grond van artikel 59, tweede lid, van de Vreemdelingenwet 2000, omdat de noodzakelijke documenten voor zijn terugkeer naar Spanje, een laissez passer, voorhanden waren.
Eiser heeft tegen deze maatregel beroep ingesteld en verzocht om schadevergoeding. Tijdens de zitting op 4 december 2018 heeft eiser, bijgestaan door zijn gemachtigde, zijn standpunt toegelicht. Eiser betoogde dat de maatregel onrechtmatig was, omdat er geen verstoring van de openbare orde zou zijn en hij niet op de hoogte was gesteld van een terugkeerbesluit. Eiser had zich gemeld bij de Dienst Terugkeer en Vertrek met de intentie om naar Spanje te gaan en had een oom in Nederland die bereid was hem op te nemen.
De rechtbank overwoog dat de staatssecretaris terecht had gesteld dat de maatregel van bewaring was opgelegd in het belang van de openbare orde, gezien de noodzakelijke documenten voor de terugkeer van eiser. De rechtbank oordeelde dat de maatregel niet onrechtmatig was, omdat eiser eerder een negatief besluit op zijn asielaanvraag had ontvangen en niet naar Spanje was vertrokken. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om schadevergoeding af. Tevens werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.