Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer 28 december 2020 in de zaak tussen
de Vereniging Samenwerkingsverband Passend Onderwijs PO 2203, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Volgens eiseres heeft verweerder niet aan de procedurele en inhoudelijke eisen voor afgifte van een TLV voldaan. Zo is haar een instantie ontnomen, nu verweerder niet alle op de zaak betrekking hebbende stukken aan de LBT heeft toegezonden. Van een volwaardige bezwaarschriftprocedure met wettelijk voorgeschreven advisering is geen sprake geweest, nu een groot deel van de bezwaargronden daardoor niet bij de LBT aan de orde is gekomen. Daar komt bij dat aan de nieuwe TLV in het bestreden besluit exacte dezelfde formele en materiële gebreken kleven als die de LBT heeft geconstateerd ten aanzien van het primaire besluit. Zo dienen aan een TLV ten minste twee zelfstandige deskundigenadviezen ten grondslag te liggen. Nu Nordkamp [naam zoon eiseres] niet heeft gezien, is evident dat van een op eigen deskundigheid gebaseerd advies geen sprake is. Het advies behelst niet veel meer dan een verslag gebaseerd op dossierinformatie. Ook is het een collectief advies voortkomend uit een overleg van de CA, waardoor niet kan worden vastgesteld hoe het zelfstandige advies van Nordkamp luidt. Het tweede advies is niet onafhankelijk tot stand gekomen, nu dat afkomstig is van de voorzitter en een lid van de CT. Onduidelijk is welke verklaringen van welke professionals in dat advies worden bedoeld. Met die adviezen acht eiseres niet onderbouwd waarom [naam zoon eiseres] zou zijn aangewezen op speciaal onderwijs. Verweerder heeft niet duidelijk gemaakt waarom [naam zoon eiseres] , met inachtneming van het schoolondersteunings-
Uit de Memorie van Toelichting van de wet tot wijziging van de WPO (Kamerstukken Tweede Kamer, 2011-2012, 33106, nr. 3) volgt dat het samenwerkingsverband over eventuele toelaatbaarheid advies aan deskundigen (in commissieverband of anderszins) vraagt.
) lid is van de CT doet niets af aan hun deskundigheid en onafhankelijkheid, nu de WPO ruimte laat voor deskundigenadvisering in commissieverband. Voorts is niet gebleken dat beide adviezen onjuistheden bevatten. Dat de adviezen niet zijn gebaseerd op eigen waarnemingen door de deskundigen van [naam zoon eiseres] leidt niet tot een ander oordeel, nu uit de adviezen volgt dat die zijn gebaseerd op het uitgebreide leerlingendossier van [naam zoon eiseres] . Op basis van dat dossier heeft Nordkamp geconcludeerd dat binnen het regulier basisonderwijs onvoldoende tegemoet kan worden gekomen aan de onderwijsbehoeften van [naam zoon eiseres] . Gezien het gegeven dat de sociaal-emotionele problematiek van [naam zoon eiseres] en zijn gedragsproblematiek op de voorgrond staan, acht Nordkamp het speciaal onderwijs de meest passende onderwijssetting voor [naam zoon eiseres] . Op basis van het leerlingendossier hebben [naam directeur] en Visser geconcludeerd dat de school op dit moment geen passende ondersteuning voor [naam zoon eiseres] kan bieden; alle interventies zijn onvoldoende gebleken. Gezien de intensiteit van begeleiding die nodig is voor de sociaal en emotionele sturing van [naam zoon eiseres] en tevens ter voorkoming van nieuwe, deels fysieke incidenten in het belang van [naam zoon eiseres] en zijn omgeving achten [naam directeur] en Visser de nabije ondersteuning die geboden kan worden vanuit het speciaal onderwijs op dit moment het meest passend. Tevens hebben [naam directeur] en Visser oog gehad voor de looptijd van de TLV en de mogelijkheid om bij de eerstvolgende evaluatie gezamenlijk te bekijken of in deze vorm van onderwijs de gewenste en passende ondersteuning voor [naam zoon eiseres] beschikbaar is en of die, al dan niet aangepast, kan worden voortgezet. Vervolgens ziet de rechtbank in de opmerkingen van eiseres over beide deskundigenadviezen geen aanleiding om tot een ander oordeel te komen. Dat eiseres als moeder een andere mening heeft over de meeste geschikte onderwijssetting voor haar zoon, doet geen afbreuk aan de deskundigenadviezen nu haar mening niet met een andersluidend deskundigenadvies is onderbouwd. Evenmin is duidelijk hoe die mening zich verhoudt tot hetgeen is opgenomen in het leerlingendossier. De verwijzing van eiseres naar het schoolondersteuningsprofiel maakt dit niet anders.
Beslissing
mr. R.A. Schaapsmeerders, griffier, op 28 december 2020. De uitspraak wordt openbaar gemaakt op de eerstvolgende maandag na deze datum.