ECLI:NL:RBNNE:2021:3210
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen schadevergoeding mijnbouwschade en bewijsvermoeden
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 2 juli 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, het Instituut Mijnbouwschade Groningen, en verweerder over een schadevergoeding van € 2.705,24 die aan eiser was toegekend voor schade aan gebouwen als gevolg van mijnbouwactiviteiten. Eiser had bezwaar gemaakt tegen het besluit van verweerder, dat het bezwaar ongegrond verklaarde. Eiser heeft beroep ingesteld, waarbij hij aanvoert dat het bestreden besluit onzorgvuldig tot stand is gekomen en inhoudelijk onjuist is. De rechtbank heeft vastgesteld dat het bewijsvermoeden van artikel 6:177a BW van toepassing is, wat inhoudt dat bij schade aan gebouwen door bodembeweging als gevolg van mijnbouw, wordt vermoed dat deze schade door die bodembeweging is veroorzaakt. De rechtbank heeft de deskundigenrapporten van R. Rademaker en de deskundigen van Vergnes Expertise en onderzoeksbureau 10BE beoordeeld. De rechtbank concludeert dat de deskundigen tot de juiste conclusies zijn gekomen en dat er onvoldoende concrete aanknopingspunten zijn voor twijfel aan hun bevindingen. De rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep ongegrond is en dat verweerder zich terecht heeft gebaseerd op de bevindingen van de deskundigen. De uitspraak wordt openbaar gemaakt op de maandag na de uitspraakdatum.