ECLI:NL:RBNNE:2022:3249
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Herziening ingangsdatum WAO-uitkering en zorgvuldigheid medisch onderzoek door Uwv
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 7 september 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) over de ingangsdatum van de WAO-uitkering. Eiser had bezwaar gemaakt tegen de beslissing van het Uwv om zijn WAO-uitkering per 5 april 2021 te verhogen naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 80 tot 100%. Eiser stelde dat zijn arbeidsongeschiktheid al eerder, namelijk per 8 april 2019, was toegenomen en dat de herbeoordeling door het Uwv niet zorgvuldig was uitgevoerd. De rechtbank heeft het beroep van eiser tegen het bestreden besluit 1 niet-ontvankelijk verklaard, omdat eiser geen resterend belang had bij een inhoudelijke beoordeling daarvan. De rechtbank oordeelde dat het medisch onderzoek door het Uwv zorgvuldig en volledig was, ondanks de korte duur van het spreekuur. De rechtbank concludeerde dat het Uwv terecht de ingangsdatum van de WAO-uitkering op 5 april 2021 had vastgesteld, omdat eiser geen rechtsmiddelen had ingesteld tegen eerdere besluiten die de arbeidsongeschiktheid per 8 april 2019 vaststelden. De rechtbank verklaarde het beroep tegen het bestreden besluit 2 ongegrond en bepaalde dat het Uwv het griffierecht aan eiser moest vergoeden.