ECLI:NL:RBNNE:2022:801
Rechtbank Noord-Nederland
- Herziening
- Rechtspraak.nl
Verzoek om herziening van voorlopige voorziening in bestuursrechtelijke zaak met betrekking tot IJsselmeervergunning
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland op 4 maart 2022 uitspraak gedaan op een verzoek tot herziening van een eerder getroffen voorlopige voorziening. De zaak betreft een verzoek van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, vertegenwoordigd door mr. P.J. Kooiman, om herziening van de uitspraak van 10 februari 2022 (zaaknummer LEE 22/54), waarin de voorzieningenrechter had bepaald dat een bepaalde partij zich mocht gedragen als ware hij in het bezit van een IJsselmeervergunning met bijbehorende certificaten. De minister stelde dat er nieuwe feiten (nova) waren die aanleiding gaven voor herziening, maar de voorzieningenrechter oordeelde dat deze feiten niet als novum kwalificeerden. De voorzieningenrechter benadrukte dat herziening een buitengewoon rechtsmiddel is en dat het niet bedoeld is om procesmisslagen te herstellen of om een onjuiste rechtsopvatting te corrigeren. De voorzieningenrechter wees het verzoek om herziening af, omdat de minister niet had aangetoond dat er sprake was van nieuwe feiten die niet eerder bekend waren. De uitspraak werd gedaan zonder zitting, gezien de spoedeisendheid van de zaak, en werd openbaar uitgesproken op 7 maart 2022.