Op 14 oktober 2025 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, zittingsplaats Leeuwarden, uitspraak gedaan in een zaak betreffende een opgelegde boete op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv). De betrokkene, een (snor)fietser, kreeg een boete van € 119,00 opgelegd voor het niet gebruiken van de rijbaan op een moment dat er geen verplicht fietspad of fiets/bromfietspad aanwezig was. De overtreding vond plaats op 4 februari 2024 in de Oude Doelesteeg in Leeuwarden. Betrokkene stelde dat feitcode R315B had moeten worden gebruikt, maar de kantonrechter oordeelde dat feitcode R309 correct was toegepast. De kantonrechter verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om proceskostenvergoeding af. De vertegenwoordiger van de officier van justitie, mr. P.A. Veenstra, was aanwezig tijdens de zitting. De kantonrechter concludeerde dat de bebording ter plaatse correct was en dat er geen gronden waren voor aanpassing van de boete. De uitspraak werd onmiddellijk na sluiting van het onderzoek gedaan.