ECLI:NL:RBNNE:2025:4800

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
25 november 2025
Publicatiedatum
25 november 2025
Zaaknummer
18.101282.25
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Mensenhandel en verkrachting in een ongelijkwaardige relatie met slachtoffers

Op 25 november 2025 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van mensenhandel en verkrachting. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan mensenhandel ten aanzien van twee slachtoffers, [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2], waarbij hij misbruik maakte van hun kwetsbare posities. De verdachte heeft hen gedwongen tot seksuele handelingen met derden, waarbij hij financieel voordeel heeft behaald. De rechtbank oordeelde dat de verdachte gebruik heeft gemaakt van zijn overwicht en de kwetsbaarheid van de slachtoffers, die beiden een belaste voorgeschiedenis hadden. De rechtbank heeft de verklaringen van de slachtoffers als betrouwbaar en consistent beoordeeld, en deze ondersteund door andere bewijsmiddelen, zoals getuigenverklaringen en e-mailcorrespondentie. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaar, met aftrek van de tijd die hij in voorarrest heeft doorgebracht. Daarnaast zijn er schadevergoedingen toegewezen aan de slachtoffers voor de immateriële schade die zij hebben geleden door de daden van de verdachte.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Locatie Assen
parketnummer 18.101282.25
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 25 november 2025 in de zaak van het openbaar ministerie tegen verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 1983 te [geboorteplaats] , wonende te [adres] ,
thans gedetineerd in de [instelling] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 4 november 2025.
Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. D. de Jong-van de Berkt en mr. L.M. Glas, beiden advocaat te Assen. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. R.P. Zwarts.
Tenlastelegging
Aan verdachte is, na wijziging van de tenlastelegging, - kort gezegd - ten laste gelegd dat:
1
hij zich in de periode van 1 januari 2022 tot en met 31 augustus 2024 te Assen en/of [plaats] en/of [plaats] en/of [plaats] , althans in Nederland, schuldig heeft gemaakt aan het plegen van mensenhandel (seksuele uitbuiting) ten aanzien van [slachtoffer 1]
2
hij zich in de periode van 1 januari 2013 tot en met 14 juli 2018 te [plaats] en/of [plaats] en/of Limburg en/of [plaats] , schuldig heeft gemaakt aan mensenhandel (seksuele uitbuiting) ten aanzien van [slachtoffer 2] ;
3
hij zich in de periode van 1 november 2017 tot en met 30 november 2024 te Assen schuldig heeft gemaakt aan verkrachting (oude wetgeving) en gekwalificeerde opzetverkrachting (nieuwe wetgeving) van [slachtoffer 1] ;
4
hij zich in de periode van 1 juli 2024 tot en met 31 augustus 2024 te Assen en/of [plaats] en/of [plaats] , schuldig heeft gemaakt opzet dan wel schuldverkrachting van [slachtoffer 1] door een derde te weten [getuige ] .

Beoordeling van het bewijs

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd voor de ten laste gelegde feiten 1, 2, 3 en 4.
Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft betoogd dat verdachte moet worden vrijgesproken van de ten laste gelegde feiten 1, 2, 3 en 4.
De verdediging heeft ten aanzien van de feiten 1 en 2 aangevoerd dat aangeefsters niet kwetsbaar waren, niet gedwongen of misleid zijn en ook niet zijn uitgebuit. De relatie tussen verdachte en aangeefsters kenmerkt zich door wederzijdse instemming en een gedeelde, zij het onconventionele, seksuele voorkeur. Dat valt buiten het bereik van artikel 273f van het Wetboek van Strafrecht (Sr).
Met betrekking tot feit 3 heeft de verdediging aangevoerd dat zich in het dossier bevindende bewijsmiddelen terugvallen naar dezelfde bron, aangeefster [slachtoffer 1] . De mailwisselingen alsmede de whatsappberichten laten zien dat tussen verdachte en aangeefster [slachtoffer 1] open werd gesproken over het gebruiken van speeltjes. Uit niets blijkt dat sprake was van dwang. Uit deze gesprekken volgt dat sprake was van een wederkerige BDSM relatie.
Ten aanzien van feit 4 merkt de verdediging allereerst op dat de oude wetgeving van toepassing is, omdat niet te bewijzen is dat de betreffende seks in juli of augustus 2024 heeft plaatsgevonden. Indien en voor zover de rechtbank oordeelt dat de seks wel heeft plaatsgevonden na 1 juli 2024 geldt dat verdachte niet wist dat de wil ontbrak bij aangeefster [slachtoffer 1] , en evenmin bewust de aanmerkelijke kans daarop voor lief heeft genomen.
Oordeel van de rechtbank
Ten aanzien van feiten 1, 3 en 4
Bewijsmiddelen
De rechtbank past ten aanzien van feiten 1, 3 en 4 de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
Ieder bewijsmiddel is -ook in onderdelen- slechts gebruikt voor het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
1. De door verdachte ter zitting van 4 november 2025 afgelegde verklaring, voor zover inhoudend:
Ik leerde [slachtoffer 1] kennen toen ze 17 jaar was. Ik was toen 34 à 35 jaar. En maatschappelijk kan dat niet. We hadden ook een gezagsverhouding. Ik was haar rij-instructeur. Ze had nog geen relatie gehad.
Ook op seksueel gebied nog niet. Het klopt dat ik haar heb geïntroduceerd met swingen en BDSM. Wij vonden het leuk om te experimenteren.
U houdt mij voor dat tijdens onze liefdesrelatie diverse seksuele handelingen hebben plaatsgevonden waaronder het inbrengen en duwen van een eendenbek in de vagina van aangeefster [slachtoffer 1] , het afbinden van de clitoris van aangeefster [slachtoffer 1] en het inbrengen en duwen van (elektrische) seksspeeltje in de vagina van aangeefster [slachtoffer 1] . Dit klopt. Ook hebben wij een trio-date gehad met een derde persoon. Wij noemden hem [bijnaam getuige] . Zij heeft ook seks met hem gehad.
2. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 3 april 2025, opgenomen op pagina 912 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland met dossiernummer 2025025401 (onderzoek MIN/NNRBC25049) d.d. 12 september 2025, inhoudend als verklaring van [verdachte] :
V: Dan willen we het nu met jou gaan hebben over [slachtoffer 1] . Toen jij [slachtoffer 1] leerde kennen was [slachtoffer 1] net 17 jaar. Jij was 34 jaar en haar rijinstructeur op dat moment. Wat maakte dat jij geïnteresseerd was in [slachtoffer 1] ?
A: We kregen een bepaalde band met elkaar en konden goed met elkaar praten.
V: Wat wist jij toen over de privé situatie van [slachtoffer 1] af op dat moment?
A: Ze had me verteld dat ze een paar keer zelfmoord had proberen te plegen en dat ze niet lekker lag met haar zus en moeder. Dat was al voordat ze mij leerde kennen. Dat ze uit een depressieve periode was gekomen.
3. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 20 februari 2025 (uitwerking informatieve gesprek), opgenomen op pagina 24 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 1] :
Ik was 17 toen ik hem leerde kennen. Hij was mijn rijinstructeur en ik leerde hem kennen in een heel diep dal van mijn leven. Ik was heel depressief en ik had net een familielid verloren. Hij bood mij een luisterend oor op het juiste moment. Maar hij is 17 jaar ouder dan mij. En [slachtoffer 2] woonde daar ook bij [verdachte] in huis. Hadden we dus seks gehad met z'n drieën. Dat was mijn ontmaagding geweest. En ik vond dat toen destijds heel normaal, omdat hij mij overtuigde dat het heel normaal was. En uiteindelijk liep het stuk tussen [slachtoffer 2] en [verdachte] en is hij met mij verdergegaan. En ik was heel jong en ik kom uit een gebroken gezin. Dus alles ervaarde ik als beter dan bij mijn ouders zijn. Dus ik vond het fijn om bij iemand te zijn die van mij hield, omdat ik dat nooit had ervaren. [verdachte] is heel kwetsend in zijn woorden. Als hij boos wordt, dan zegt hij hele kwetsende dingen. Hij heeft een heel rijk seksleven fantasie in zijn hoofd zitten. En alles wat hij zei, dacht ik dat het normaal was. Ik was maagd, hij leerde mij in feite alles aan. En toen begon hij met BDSM. Met touwen en met handboeien. Dat werd mijn nieuwe normaal. En ik heb overal mee ingestemd, omdat ik dacht dat het normaal was. En ik zag dat, ik vond dat mijn lichaam van hem was. Zo zei hij dat: "Jij bent van mij." Toen raakte ik zwanger en toen had ik de meisjes in 2021, mijn twee dochters, Dani (fon) en Evie (fon) is een tweeling. Vanaf toen ging het alleen maar slechter met me. Hij heeft van die narcistische buien, hij is heel erg jaloers, heel manipulatief. En hij kan bijvoorbeeld tien keer tegen mij zeggen, die olifant is roze, en dan geloof ik dat de grijze olifant roze is. Zo krachtig is hij in zijn doen en laten. Toen wou die steeds meer controle over mijn leven hebben.
En [verdachte] raakte steeds meer gefascineerd met het seksleven. Hij had een site gevonden, kinky type (fon), daar had hij ons opgezet en dan was hij aan het chatten met andere mannen. Toen begon hij met mailtjes. Ik moest mailtjes naar hem schrijven om hem opgewonden te maken. En als ik ze niet schreef, dan werd hij heel boos. En dan zei hij, je houdt niet meer van me en je wilt niet meer helemaal met mij bezig zijn, en je geeft niet om mij. En dan ging ik die mailtjes alsnog schrijven. Ik vond het heel moeilijk om bij hem te leven, omdat als ik nee tegen hem zei of ik weigerde iets, dan werd hij zo boos. En dan ging hij schreeuwen en met deuren slaan. En toen had die een man leerde kennen. Hij wilde graag dat ik seks zou hebben met andere mannen, want anders zou ik laten vreemdgaan omdat ik nooit een ervaring had gehad met een andere man. Toen heeft hij mij meegenomen naar de sauna, en dit was een man, en daar moest ik seksuele handelingen bij verrichten. En ik deed het uit liefde voor hem, en ik deed dit omdat ik hem gelukkig wou maken. Maar ik vond het niks aan, ik vond het vies en ik voelde me afschuwelijk.
Daarna deed hij het nog een keer bij die persoon thuis. En ik zag hem opleven als ik die dingen voor hem deed, dan werd hij blij en dan werd hij gelukkig en had hij alles voor me over. Maar dan moest ik weer mailtjes schrijven. Dan moest ik mijn fantasieën weer uitdrukken. En dan moest ik weer schrijven wat voor fantasie ik zou hebben met andere mannen. Hij genoot van de macht dat hij had over mij omdat ik alles voor hem deed. Dat wist hij heel goed.
4. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 1 april 2025 (eerste aangifte gesprek), opgenomen op pagina 59 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 1] :
A: Hij had heel veel speeltjes die hij op mij wilde uitproberen. En hij vroeg nooit om toestemming of die bepaalde speeltjes bij mij uit mocht proberen. Het was gewoon:
“Ik blinddoek je, en ik heb een nieuw speeltje gekocht, en die ga ik op je uit proberen.”
Eén keer had hij een eendenbek geregeld. En die was heel koud en het deed ontzettend zeer. Ik kreeg hem er niet gelijk uit. En vanaf toen zei ik tegen hem: “Ik wil dat je toestemming vraagt.” Hij zei dat ik
hem gewoon moest vertrouwen. Hij wou alles kunnen proberen met me. Hij was heel erg in zijn eigen wereldje bezig. Dus als hij met zo'n experiment bezig was, dan luisterde hij niet naar dat ik aan het huilen was of dat ik smeekte dat hij moest stoppen. Dan zei hij gewoon: Sssst.
V2: Met die eendenbek, heb je toen gesmeekt en gehuild?
A: Ja. Dat hij moest stoppen, dat het pijn deed. En dan zei hij: "Nee, nee, nee, je moet gewoon proberen te ontspannen. Als je ontspant, dan doet het niet zeer." Maar dat deed wel zeer.
VI: En op dat moment dat jij aan het huilen was. Waar was de eendenbek dan, als jij zei: Stoppen, stoppen, nee, het doet me pijn?
A: In mijn vagina. Pas als ik volledig in paniek raakte, maakte hij hem weer los. Dat ik aan die bondage dingen ga trekken en mijn benen ga kruisen.
V2: Op het moment dat hij die eendenbek in jouw vagina doet, zit je dan ook in de bondage? A: Ja. V2: Je kan geen kant op?
A: Nee. Al die speeltjes heeft hij op die manier uitgetest. Hij heeft ook een speeltje met elektriciteit in me gebracht. Dat deed zeer. En daar moest hij ook van mij mee stoppen, maar hij was nog niet klaar, zei hij.
5. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 31 maart 2025 (tweede aangifte gesprek), opgenomen op pagina 99 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 1] :
Hij wou heel graag mijn clitoris afbinden om het laten op te zwellen. Dus hij had mij vastgebonden en hij was met een touwtje aan het klooien, het deed alleen maar zeer. En ik zei: “Ik ben hier klaar mee, want het doet zeer, het doet me te pijn.” En hij zei: “Nee, ga maar gewoon blijven liggen, ik ben even bezig.” En hij was helemaal gefocust in wat hij aan het doen was. En ik was aan het huilen en ik zei dat hij moest stoppen, want het deed me te zeer. En hij was maar gefocust bezig met touwtjes. En op den duur had hij, was het hem gelukt, en het deed zo pijn. En het voelde alsof hij iets aan het snijden was daar beneden. En ik was aan het trappen. En ik zei: "Je moet het eraf halen, want het doet zo ontzettend pijn.” En toen hij het uiteindelijk eraf had, toen was ik zo aan het huilen. En ik zei: “Dat doe je nooit meer.” Maar altijd als ik aangaf: Het deed te pijn, hij bleef doorgaan.
V2: Oké. En jij lag vastgebonden, zeg jij. Wat was vastgebonden?
A: Hij had een soort spreidstang, zodat ik mijn handen en voeten niet bij elkaar kon doen, zodat hij ongestoord zijn werk kon doen, zeg maar. Op ons bed, boven.
Hij zei altijd: Ik heb een nieuw speeltje, maar daarvoor moet je alvast liggen. En dan liet ik hem mij altijd vastbinden. Hij gaf me een schuldgevoel als ik zei dat ik het niet meer wilde. En vanuit schuldgevoel dan liet ik mij alsnog vastbinden, omdat hij anders boos werd.
Het voelde alsof ik een soort bezit van hem was. Als hij mij maar mocht gebruiken hoe en waar hij maar wilde. En op den duur, als je zo vaak nee hebt gezegd en er wordt niet gehoor aan gegeven, dan ga je je als een object voelen. Alsof je bezit bent van iemand en je ontsnapt uit je eigen lichaam. Laat hem maar zijn gang gaan. Je hoopt dat het zo snel mogelijk voorbij is. In het laatste jaar was ik zo verslagen. Mijn lichaam was een object geworden, het was niet meer van mij. Zeker toen hij me liet gebruiken door die andere man. [verdachte] ontving geld voor elke keer dat ik werd gebruikt. Hij had een speeltje die elektriciteitsschokken afgaf. Hij had me niet verteld wat voor speeltje het was. Hij had me weer vastgebonden, weer geblinddoekt, en weer gespreid vastgelegd. En hij was dat aan het inbrengen en toen deed het opeens zo enorm zeer. Toen zei ik: "Dat moetje uit me halen, dat doet heel erg zeer, wat is dat?" "Nee, nee, nee, ik ben nog niet klaar. Ontspan maar, je gaat eraan wennen."
Dan ben ik al verslagen, want ik heb al gezegd van: Ik wil dat je het eruit haalt, en er wordt niet naar geluisterd.
V2: En met die schokken, is dat één keer of vaker gebeurd?
A: Eén keer. Hij begon al heel vroeg met speeltjes.
VI: Wanneer is eigenlijk het begonnen dat hij over jouw grenzen is gegaan?
A: Vanaf het allereerste begin dat ik hem kende. De hele relatie heeft hij nooit aan mijn grenzen gehouden. Vanaf het begin af aan durfde ik al niet mijn grenzen aan te geven omdat hij eroverheen
walsde.
VI: En de laatste keer op seksueel gebied, wanneer was dat, dat hij over je grenzen heen walste?
A: Toen hij me begon met aan die man uitlenen. Augustus 2024 was de laatste keer dat hij me had uitgeleend.
V2: Met dat uitlenen aan die man. Hoe vaak is dat gebeurd, één keer of vaker?
A: Vier of vijf keer. Dezelfde man. De eerste keer was in de [sauna] . De tweede keer was in zijn huis. De derde keer ging hij mee naar de parenclub en kwam hij bij ons thuis. De vierde keer was ook bij ons huis. Ik moest hem aftrekken, ik moest hem pijpen. Hij heeft mij ook vaginaal... Penetreren. Met zijn penis. Hij is in mijn gezicht klaargekomen. Ik moest kleding voor hun showen. Ze hadden mij op tafel vastgebonden. Ze zaten overal aan mijn lijf. Ze probeerden steeds andere standjes uit. Ze deden gewoon van alles met me waar ze zin in hadden. Hij deed alles en [verdachte] filmde alles, en soms zei [verdachte] van: Doe dit, doe dat, doe zus. En die man die bewoog me gewoon hoe die mij wou hebben.
V2: In hoeverre heeft die man geweten dat jij het niet wilde?
A: Niet. Ik mocht dat niet van [verdachte] aan hem zeggen. Die man heeft juist aan mij gevraagd: "Weetje zeker dat je dit wil?” En ik zei "ja". Want als ik “nee” zei, dan passeerde ik [verdachte] .
V2: Wanneer had je dat met [verdachte] afgesproken?
A: Elke keer voordat die man kwam. En over de mail zei hij van: "Je mag nooit aan mij iets weigeren. En als we bij andere mannen zijn, dan moet je dat accepteren. En als je achteraf iets niet fijn hebt gevonden, dan mag je dat achteraf tegen mij zeggen. Maar niet tijdens.”
Ik was heel ongemakkelijk, dus ik deed gewoon wat mij verteld werd. En ik wachtte net zolang met iets doen totdat het mij gezegd werd. Bijvoorbeeld, als zijn lul in mijn mond zat, moest ik kokhalzen omdat ik het vies vond. Maar zij kickten daarvan omdat ze dachten dat hij te groot was voor mijn mond. Dat ik moest huilen of tranen had in mijn ogen, dat heeft hij kunnen zien. Toen keek ik [verdachte] aan van: Ik ben er klaar mee. En ik moest huilen. Toen keek hij me heel boos aan. En toen wees hij naar de penis van die man, zo van: Ga verder.
V2: En je zei: Hij betaalde [verdachte] ervoor. Wat betaalde hij dan?
A: Geld. Over de 100 euro meestal. 150 euro of zoiets. 100, 150 euro. Het lag eraan wat hij met mij mocht doen. Ik heb met alles toegestemd. Ik durfde er niet tegenin te gaan.
VI: Kun je ongeveer, en dat hoeft echt niet de dag nauwkeurig te zijn, maar rond welke tijd hebben jullie voor het laatst seks gehad? Of iets seksueels gedaan?
A: Dat was diezelfde week nog dat ik bij hem weg ben gegaan, 21 november 2024. In november 2024 heeft hij voor het laatst nog speeltjes gebruikt. Ook vastbinden. Hij bond mij altijd vast als hij speeltjes ging gebruiken. De speeltjes werden steeds heftiger. Zoals het laatste speeltje wat hij bij me gebruikt, was met die elektriciteit. Dat was ergens in november.
VI: En altijd bij je speeltjes heb jij vastgebonden gezeten?
A: Ja. Want hij wou niet dat ik kon bewegen, want hij wist dat ik in paniek zou raken van de speeltjes. Dus hij bond me altijd vast. hij wou dat ik volledig moest ontspannen. Zodat hij zorgeloos met die speeltjes bezig kon.
6. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 5 april 2025, opgenomen op pagina 287 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [naam buurvrouw 1] (buurvrouw van verdachte en aangeefster [slachtoffer 1] ):
[slachtoffer 1] vonden we eerst heel onzeker en ze keek je niet aan. Het leek alsof ze niet durfde om contact met anderen te maken. Ze stond altijd helemaal in [verdachte] gedraaid eerst.
[verdachte] wil graag een hele traditionele vrouw. Gaandeweg heeft hij dat wel gekweekt.
Hij riep wel weerstand op. Heel dominant. Haantjes-achtig gedrag. [verdachte] praatte heel erg over [slachtoffer 1] als zijnde een object of project. Het was niet gelijkwaardig.
7. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 14 april 2025, opgenomen op pagina 328 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [ouders verdachte]
(de ouders van verdachte):
[slachtoffer 1] wilde ook bij haar ouders weg, ze is naar [verdachte] gevlucht.
Ik weet wel dat hij twee relaties heeft gehad met jonge meisjes. Hij is wel volwassen, maar hij voelt zich daar meer toe aangetrokken, dat hij daar meer de baas over is, dat is niet het juiste woord, maar dat ze hem nodig zijn.
8. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 20 juni 2025, opgenomen op pagina 392 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [getuige ] :
V: Onder welke naam ken jij [verdachte] ? A: [bijnaam verdachte] .
V: Sinds wanneer ken jij [verdachte] ?
A: Ik denk wel meer dan tien of vijftien jaar geleden, uit het gastenboek van de [parenclub] in [plaats] . V: Ben je nog op meer plekken bij [verdachte] geweest?
A: In Assen, dat is recenter en toen had hij een andere vriendin. O: We laten de foto zien van [slachtoffer 1] .
A: Ja, die herken ik wel. Ik noemde haar [bijnaam slachtoffer 1] of ik moest haar extremer noemen, sletje of zo, dat was onderdeel van het spel. Dat moest ik dan zeggen van de heer [verdachte] .
V: Hoe kom je tot een afspraak?
A: Het is meestal via de mail, ik heb een vriendin lijkt het je leuk om haar te ontmoeten. Hij wekt de interesse en daar ging ik in mee en hij vroeg of het mij leuk leek om haar te ontmoeten, te keuren, in die trant zeg maar. Ik kreeg een foto van haar lichaam zonder hoofd. En dan gaan we een afspraak maken om elkaar te ontmoeten. Op een neutraal terrein.
V: Waar hebben jullie toen afgesproken?
A: [sauna] . Toen zag ik dat ze daar waren, ik kwam daarbij en zij wist het tussen haakjes niet dat ik kwam. Daar begint het onderdeel van het spel zeg maar. Zij speelde de verleidster: loop maar lekker bloot en loop maar lekker rond, laat je maar lekker zien. Dat wilde hij graag. Meer uitdagend, in de sauna wijdbeens liggen. Ze mocht mij aftrekken. [verdachte] zei dat ik misschien als sugerdaddy kon spelen en dat ik daarvoor zou betalen.
V: Heb je in [plaats] ook betaald?
A: Ja daar heb ik de entree betaald, achteraf. Dat is ook de rol van een sugerdaddy, ik zorg goed voor haar. Ik heb bij de kluisjes het geld gegeven, ik denk aan [verdachte] .
V: Het mailcontact ging via [verdachte] ? A: Ja, ik had contact met hem.
V: Volgt er na [plaats] een nieuwe afspraak?
A: Ja. Volgens mij nog een keer in [plaats] . Toen heeft ze gepijpt. V: En toen nog een vervolgafspraak?
A: Ja. We hebben een afspraak gemaakt bij een club, dat leek ons ook wel leuk. in [plaats] . V: Wie neemt het initiatief om elkaar te ontmoeten?
A: Ja via de mail.
V: Hoe vaak ben je bij hun thuis geweest?
A: Ik denk twee of drie keer. De ene was een dubbele avond, eerst die club en toen naar hun huis. Dat was de eerste keer, daarna denk ik nog twee keer. Het is steeds een spel van wat gaan we doen, wat vinden we leuk, wat heb je er voor over, wat wil je ervoor betalen. Ze kwam enthousiast op mij af, ik gaf dan geld en een cadeautje. Bij hun thuis legde ik 150 op tafel en ik nam een lingeriesetje mee. En dan was zij in haar rol, dan was zij al onderdanig als ik kwam.
V: Is vastbinden wel gebeurd?
A: Ja het is wel gebeurd, maar het ging niet heel strak hoor. V: Wat gebeurde er in Assen, de eerste keer?
A: Na de club. Ja iedereen was wat opgewonden en onbevredigd daar vandaan gekomen.
We hebben seks gehad op de keukentafel. Ik heb spullen gezien waarmee je iemand vast kan binden, speeltjes. Ik zag dildos, vibrators. [bijnaam verdachte] , die bracht ze bij haar in, in haar vagina
V: Wat bedoel je met seks met haar?
A: Dat ik voor het eerst in haar mocht komen met een condoom, in haar vagina met mijn penis. Hij stond er bij om klaar te komen, hij stond erbij als toeschouwer. Zij zocht ook contact met hem, hij ook met haar, hij was behoorlijk actief met zijn telefoon om het vast te leggen.
V: [plaats] , [plaats] , bij hun thuis. Hebben jullie nog op meerdere locaties afgesproken?
A: Ja bij mij thuis. Ik heb ze geld gegeven zodat ze konden gaan eten voordat ze bij mij thuis kwamen. Hij heeft haar gevingerd en zij was zo opgewonden dat zij er klaar van kwam. Ik stond op de trap voor haar en zij pijpte mij.
V: En wat heb je uiteindelijk die avond betaald?
A: Ik heb de sauna betaald, de entree, dat eten, ik had ze 40 gegeven voor het eten en 100 dat ze bij mij thuis kwamen. Ik denk dat ik dat op tafel gelegd heb.
9. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige door de rechter- commissaris d.d. 15 oktober 2025 met bijlage, los opgenomen in het dossier, inhoudend als verklaring van [getuige ] :
Ik ben door [bijnaam verdachte] benaderd in ongeveer 2022 en we hebben een afspraak voor een saunabezoek gemaakt in [plaats] . Ook dat bezoek heb ik betaald. Ze heeft mij afgetrokken in de sauna. Ik heb daarna nog meerdere ontmoetingen met hun gehad. De afspraken werden per mail gemaakt. Dat wil zeggen dat ik reageerde op een mail waar de naam van [bijnaam verdachte] onder stond. Bij die bijeenkomsten had zij nog steeds een onderdanige rol. Het is dan niet zo dat ik aangeef wat zij moet doen, maar dat gebeurde door [bijnaam verdachte] .
Ik heb voor u meegenomen een soort profiel dat destijds op Kinky stond en waarin aangegeven is wat de ervaringen van “ [bijnaam slachtoffer 1] ” waren en wat ze wel en niet deed.
10. Een schriftelijk bescheid, te weten een mailwisseling (stoute verhaaltjes) tussen verdachte en aangeefster [slachtoffer 1] in de periode van 30 juli 2024 tot en met 1 augustus 2024, opgenomen op pagina 119 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend:
Onderwerp: Parenclub/swingers etc:
Vd: De parenclub was niet helemaal een fiasco maar een succes was het ook niet.
Mijn voorstel eerst even niets mee doen, totdat jij graag in een sling wilt liggen met een groep mannen er omheen. Dan kunnen we altijd diezelfde club bezoeken eventueel via de eigenaar proberen er wat geld aan te verdienen. Uiteraard moet jij hierbij alles voor 100% accepteren en niets weigeren als we daar zijn.
Maar we achteraf wel uitgebreid de avond na-bespreken, wat je leuk en geil, en wat je minder leuk of helemaal niet geil hebt gevonden.
Ag: Ik heb voor nu niet meer de behoefte/nieuwsgierigheid om daar verder in te kijken. Het had het echt niet naar mijn zin daar.
Vd: In principe is een club ook bedoeld voor koppels en het beleven van stoute fantasieën die je thuis niet kan uitvoeren, en om entree te betalen, niet om er geld aan te verdienen. Maar ik denk dat die club waar we laatst waren er echt wel voor open staat als ik jou op de sling zou aanbieden. Om ons daarvoor te betalen.
Ag: Dat lijkt mij niet echt nodig haha, die mannen heb ik liever niet in mij.
Vd: Wel fijn om te weten als ik jou ooit door een groep mannen wil laten nemen dat ik er een adresje voor heb. Maar dan zou ik er absoluut geld aan willen verdienen.
Onderwerp: Doktersonderzoek / Experimenteren op elkaars lichaam etc:
Mijn conclusie hierop is, ik mag alles bij jou doen (en jij bij mij)
maar soms doet iets zoveel pijn dat het niet langer meer opwindend is, zoals jij op mijn ballen sloeg met een zweep toen ik vastgebonden zat in de bureaustoel.
En ik toen ik de eendenbek probeerde of de keer dat ik jou klitje afbond.
Ik denk dat we elkaar vrij moeten laten om te blijven experimenteren, en dat we het risico moeten accepteren dat het soms teveel pijn doet.
11. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 19 juni 2025 (onderzoek telefoon verdachte), opgenomen op pagina 685 e.v. van voornoemd dossier, met als bijlage een whatsapp gesprek tussen verdachte en ene [naam ] in de periode van 3 maart 2024 tot en met 4 maart 2024:
Vd: Wat vind je van mn nieuwe subje?
ML: Ja die had je de laatste keer al klein en slank hè ML: Mooi
Vd: Ze heeft alleen bijna geen ervaring
Vd: Ze heeft 1x een man afgetrokken. En een paar weekjes later heeft ze dezelfde man afgetrokken en gepijpt
Vd: Hoeveel vragen jullie per date? Of is dat afhankelijk van wat een date wil? Vd: We weten ook niet goed welke bedragen we moeten vragen
12. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. (ozk
gegevensdragers), opgenomen op pagina 5 e.v. van het aanvullend procesdossier, inhoudend als relaas van verbalisant [verbalisant] :
Er is onderzoek gedaan naar de gegevensdragers die in de woning van verdachte in beslag zijn genomen.
Onderzoek aan 1816177 Sandisk Micro-SD-kaart.
Er staan 319 Afbeeldingen op en 25 video's.
Mogelijk ve en vrouw
Video 4 Aansluitend op video 3:
Vrouw op de bank. Toetsenbord geluiden op de achtergrond. Samenvatting gesprek:
Mannen stem zegt: “Die ene man die wil 50 euro geven even snel binnenkomen, even klaarkomen en gelijk weer weg. De vrouw reageert niet.
Afbeelding 19: 28-07-2024 02:59:53 uur
Vrouw ligt met opgetrokken benen op de bruine bank. Man broek met strepen aan de zijkant. Zwart shirt staat bij de vrouw. Man 1 loopt uit beeld. De deurbel gaat en dan staat de vrouw op van de bank. Ze draagt een wit topje, blote buik en heel kort paars rokje.
Afbeelding 20: 03:00:20 uur 2024-07-28
Man in korte spijkerbroek met in zijn linker kontzak een telefoon. Blauw tshirt. Hij staat met zijn rug in beeld.
Afbeelding 21: 28-07-2024 03:00:26 uur
Tweede man (man 2) komt binnen. De vrouw gaat op de bank zitten. 1e man komt ook in beeld. De vrouw loopt dan weer uit beeld en tweede man draait met haar mee.
Afbeelding 22:
Man 2 is erg druk in zijn bewegingen, wriemelen. Wrijven over zijn gezicht. Vingers in zijn mond. Druk om zich heen kijkend. Aaiend over zijn keel. De vrouw komt weer in beeld en geeft de man een glas cola en daarna loopt ze weg en komt ze nog een keer in beeld met een biertje. Ze gaat op haar plekje op de bank zitten. Ze kijkt de 2e man lachend aan. Op de achtergrond wordt gesproken door de 1e man. Het klinkt als iets “met teveel kleding aan”. De 2e man pakt een paar donkergekleurde pumps uit zijn rugtas en geeft deze aan de vrouw op de bank. De vrouw lacht en trekt ze aan.
Afbeelding 29:
Ze loopt nog eens heen en weer. En doet dan de schoenen weer uit. Ze gaat op haar knieën zitten tussen de benen van man 2. Man 1 staat voor het camerabeeld. Man 2 gaat staan en vrouw doet de broek van de man los. Ze glimlacht hierbij.
Afbeelding 32
Man 2 doet zijn sokken uit. De vrouw doet iets ter hoogte van het kruis van de man. De man wrijft over zijn neus en doet zijn hoofd naar achteren en weer naar voren. Man 1 kijkt ernaar met een glas bier in zijn hand. Dan legt hij zijn glas achter zich weg. Man 2 gaat staan en een erectie is zichtbaar.
Afbeelding 33:
Man 2 laat zijn broek naar beneden zakken. Hij stapt uit zijn broek. Vrouw pakt met haar rechterhand zijn penis vast. De man gaat weer zitten op de bank. De vrouw maakt op en neer gaande bewegingen bij de man. Man 1 loopt om de tafel en gaat op de bank zitten.
Afbeelding 34:
Vrouw doet de erectie van man 2 in haar mond. Ze gaat met haar hoofd op en neer. Man 2 pakt het hoofd van de vrouw en wrijft zijn handen door haar haar heen.
Vervolg van video 8
Vrouw zit op haar knieën en maakt op en neergaande bewegingen met haar hoofd bij man 2. Man 1 zit op de bank en filmt het met een zwarte telefoon. Man 2 pakt iets uit zijn tas. De vrouw kijkt naar man 1. Die kijkt terug. Man 1 wrijft over de borst van de vrouw. De man 2 pakt een condoom. De vrouw doet deze om bij de man. Man 1 filmt dit.
Afbeelding 35:
De vrouw pijpt man 2. Man 2 maakt met zijn handen een staart in haar haar. Man 1 zit op zijn hurken en doet iets bij de billen van de vrouw met zijn hand Als hij zijn hand wegtrekt zit daar een paarse dildo in. Deze zet hij op tafel.
Man 1 gaat staan en dan weer zitten op de bank en filmt dat zijn vrouw man 2 pijpt. Man 2 doet het haar van de man weg uit beeld van de telefoon. Man 1 staat op en loopt buiten beeld. De vrouw en man 2 gaan gewoon door. Man 1 komt terug en de vrouw gaat staan. Man 1 zuigt aan tepel van haar linkerborst Daarna doet hij een klem op haar tepel. Met de klem erop zuigt hij nog een keer aan de tepel.
(..)
Video 12
Vervolg van video 11.
Vrouw ligt op de keukentafel. Vrouw wrijft over de stijve penis van man 1 been. Man 2 wrijft over de vagina van de vrouw heen en neemt haar vervolgens vaginaal op de keukentafel. De vrouw maakt piep geluiden. Er wordt een doek over haar gezicht gelegd en man 1 pakt haar bij haar keel vast.
Afbeelding 51
Man 1 wrijft over haar borsten heen. Man 2 wrijft over haar vagina. Man 1 wrijft daarna over de vagina. De vrouw maakt piepgeluiden en legt een kleedje over haar hoofd.
Afbeelding 52
Vrouw wordt losgelaten en daarna penetreert man 2 haar weer. Man 1 knijpt in haar tepel
rechterborst. Vrouw wordt van de tafel gehaald. Ze moet op haar knieën op de grond zitten. Ze kijkt apathisch
Afbeelding 53:
Moet verplaatsen zodat het beter in beeld is. Man 2 steekt zijn stijve penis in haar mond voor orale penetratie.
Afbeelding 54:
Er wordt niets gevraagd/gezegd. Man 1 streelt haar van de vrouw. Als man 2 stopt blijft de vrouw met haar mond wagenwijd open zitten. Man 1 maakt hier een foto van. Dan gaat ze weer verder met man 2 pijpen. Dit wordt gefilmd met de flitser aan.
Dan wordt de vrouw buiten beeld gepenetreerd door man 1. Zijn heen en weer gaande billen zijn net zichtbaar. De vrouw maakt piepgeluiden die klinken als huilen. Man 2 staat erbij.
Juridisch kader feit 1 (mensenhandel)
Aan verdachte is onder feit 1 mensenhandel ten laste gelegd zoals omschreven in artikel 273f, eerste lid, sub 1, 4, 6 en 9 Sr. Dit artikel staat in titel XVIII, die ziet op de misdrijven tegen de persoonlijke vrijheid. Uit de wetsgeschiedenis en de jurisprudentie over dit wetsartikel volgt dat mensenhandel is gericht op uitbuiting. Het belang van het individu staat voorop; dat belang is het behoud van zijn of haar lichamelijke of geestelijke integriteit en vrijheid. De in artikel 273f Sr verboden gedragingen beïnvloeden de wil, waaronder is begrepen de keuzemogelijkheid van het slachtoffer, in die zin dat zij leiden tot het ontbreken van vrijwilligheid, waartoe ook behoort het ontbreken of de vermindering van de mogelijkheid een bewuste keuze te maken. Dit gebrek aan een vrije keuze komt nader tot uitdrukking in de verschillende bestanddelen die deel uitmaken van artikel 273f Sr.
De opbouw van de (aan verdachte ten laste gelegde) sub-onderdelen van artikel 273f Sr is als volgt. Er is telkens een gedraging (bij sub 1 o.a. verwerven, vervoeren, huisvesten, bij sub 4 het dwingen/bewegen zich beschikbaar stellen tot het verrichten van arbeid of diensten van seksuele aard, bij sub 6 en 9 voordeel trekken) beschreven. In het geval van sub 1, 4 en 6 is vereist dat verdachte daarbij gebruik heeft gemaakt van een dwangmiddel (dwang, (dreiging met) geweld, (dreiging met) een andere feitelijkheid, afpersing, fraude, misleiding, misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en/of
misbruik van een kwetsbare positie).
Er dient een causaal verband te bestaan tussen het gebruik van het dwangmiddel en de gedraging.
Ten aanzien van alle ten laste gelegde sub-onderdelen geldt dat sprake dient te zijn van (oogmerk van) uitbuiting. Als uitbuiting dient in elk geval te worden aangemerkt uitbuiting van een ander in de prostitutie. De vraag of - en zo ja, wanneer - sprake is van 'uitbuiting' in de zin van de artikel 273f, eerste lid, Sr, is niet in algemene termen te beantwoorden, maar is sterk verweven met de omstandigheden van het geval. Bij de beantwoording van die vraag komt onder meer betekenis toe aan de aard en duur van de tewerkstelling of de te verrichten activiteit, de beperkingen die zij voor de betrokkene meebrengt en het economisch voordeel dat daarmee door verdachte wordt behaald.1 Uitbuiting veronderstelt altijd een zekere mate van onvrijwilligheid of onderwerping van degene die wordt uitgebuit. In het geval van prostitutiewerkzaamheden zal er - gelet op de aard van het werk en de forse inbreuk op de lichamelijke integriteit van het slachtoffer - in het geval van gebruik van enig dwangmiddel en enig financieel gewin bij verdachte al snel sprake zijn van uitbuiting.
Voor oogmerk van uitbuiting is vereist dat het handelen van verdachte, naar hij moet hebben beseft, als noodzakelijk en dus door hem gewild gevolg meebracht dat de ander door hem werd of zou kunnen worden uitgebuit.
De rechtbank zal aan de hand van het zojuist geschetste kader beoordelen of verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan seksuele uitbuiting van [slachtoffer 1] .
Bewijsoverwegingen ten aanzien van feit 1
De betrouwbaarheid van de verklaringen van aangeefster [slachtoffer 1]
De rechtbank acht de verklaringen van aangeefster [slachtoffer 1] consistent en authentiek. Zij is meerdere malen gehoord en lijkt haar verwijten jegens verdachte daarbij niet te overdrijven op onderdelen waar dat mogelijk zou zijn. Dit maakt haar verklaringen tevens genuanceerd. Aan de betrouwbaarheid van de verklaringen van aangeefster [slachtoffer 1] draagt naar het oordeel van de rechtbank verder bij dat zij niet alles heeft afgeschoven op verdachte, maar ook open en eerlijk heeft verklaard over haar gevoelens voor verdachte, alsmede over haar eigen aandeel bij de mailwisseling (stoute verhaaltjes), het uitvoeren van BDSM en haar rol bij de seksuele handelingen die werden uitgevoerd met en door een derde man
( [bijnaam getuige] ).
Op grond van het vorenstaande acht de rechtbank de verklaringen van aangeefster [slachtoffer 1] betrouwbaar en zal de rechtbank deze gebruiken voor het bewijs.
Bovendien worden haar verklaringen ondersteund door andere bewijsmiddelen, zoals de verklaring van getuige [getuige ] ( [bijnaam getuige] ), de mailwisseling (stoute verhaaltjes) tussen verdachte en aangeefster [slachtoffer 1] , de op de telefoon van verdachte aangetroffen whatsapp gesprekken tussen verdachte en ene [naam ] , alsmede andere onderzoeksbevindingen.
Ook verdachte onderschrijft grotendeels de verklaringen van aangeefster [slachtoffer 1] . Hij erkent
- onder meer - dat hij aangeefster [slachtoffer 1] tijdens hun relatie kennis heeft laten maken met swingen en BDSM. Er was, aldus verdachte, echter sprake van vrijwilligheid. Hij ontkent dat sprake was van dwang(middelen). Hij verklaart dat hij alles in onderling overleg met aangeefster [slachtoffer 1] heeft besproken en dat hij geen oogmerk van uitbuiting had. De rechtbank komt op basis van het navolgende echter tot een andere conclusie.
Nadere bewijsoverwegingen
De rechtbank overweegt dat uit de aangifte en nadere verklaringen van aangeefster [slachtoffer 1] , alsmede de verklaringen van getuigen [naam buurvrouw 1] en [ouders verdachte] een beeld naar voren komt van een ongelijkwaardige en een later, met name sinds de geboorte van de tweeling in 2021, ook controlerende liefdesrelatie tussen aangeefster [slachtoffer 1] en verdachte, waarbij verdachte dominant was. Verdachte heeft aangeefster [slachtoffer 1] tijdens hun liefdesrelatie kennis laten maken met de zogenoemde swingers-wereld en BDSM.
Aangeefster [slachtoffer 1] heeft zich ook door verdachte laten “uitlenen” aan een derde man ( [bijnaam getuige] ). Zij heeft zich beschikbaar gesteld tot het verrichten van diensten van seksuele aard met deze man en zowel aangeefster [slachtoffer 1] als verdachte werden door hem betaald voor deze diensten. Dit is in ieder geval vier keer gebeurd. Verdachte legde daartoe de contacten en hij vervoerde aangeefster [slachtoffer 1] naar de locatie waar de diensten verricht werden, waaronder de [sauna] , [plaats] (de woonplaats van [bijnaam getuige] ) en de parenclub in [plaats] . Verdachte heeft voor de seksuele diensten die aangeefster [slachtoffer 1] bij deze derde man ( [bijnaam getuige] ) heeft verricht zowel betalingen als andere voordelen (het betalen van entreegeld) ontvangen.
Dit beeld vindt - onder meer - ondersteuning in de door getuige [getuige ] afgelegde verklaringen, waaruit volgt dat verdachte via de mail het initiatief nam om elkaar te ontmoeten, waarbij getuige [getuige ] als “sugardaddy” kon fungeren en voor aangeefster [slachtoffer 1] moest betalen. Voorts blijkt uit de tussen verdachte en ene [naam ] gevoerde whatsappgesprekken dat verdachte aangeefster [slachtoffer 1] voorstelde als haar nieuwe subje en navraag deed over welke bedragen hij kon vragen voor een date.
Handelingen
De rechtbank acht gelet op grond van het vorenstaande de feitelijke gedragingen zoals ten laste gelegd onder de verschillende gedachtestreepjes onder B, wettig en overtuigend bewezen, met uitzondering van:
- aangeefster [slachtoffer 1] er toe gedwongen/bewogen om seksuele handelingen te verrichten voor de webcam,
-zich tijdens seksuele chatgesprekken met mannen voorgedaan als aangeefster [slachtoffer 1] en aan aangeefster [slachtoffer 1] kenbaar maken dat zij tegen betaling seksuele handelingen met anderen moest verrichten,
omdat de inhoud van het dossier onvoldoende aanknopingspunten bevat om deze handelingen te kunnen vaststellen. De rechtbank zal verdachte hiervan (partieel) vrijspreken.
Sub leden 1, 4, 6
De rechtbank leidt uit deze bewezenverklaarde feitelijke gedragingen af dat sprake is geweest van mensenhandel als bedoeld in artikel 273f, eerste lid, sub 1, 4 en 6 Sr, waarbij door verdachte met gebruikmaking van de dwangmiddelen door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en door misbruik van een kwetsbare positie is gehandeld ten opzichte van aangeefster [slachtoffer 1] . De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
Misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en een kwetsbare positie
Aangeefster [slachtoffer 1] heeft een belaste voorgeschiedenis en was in de jaren voordat zij verdachte leerde kennen depressief. Zij kwam uit een gebroken gezin en had net een familielid verloren toen verdachte een relatie met haar kreeg. Verdachte verklaart bij de politie ook dat aangeefster [slachtoffer 1] uit een depressieve periode kwam, dat zij hem had verteld dat ze een paar keer zelfmoord had proberen te plegen en dat ze een moeilijk contact had met haar moeder en zus. Hij was zich dan ook bewust van haar kwetsbaarheid. Daarnaast was tussen verdachte en aangeefster [slachtoffer 1] sprake van een aanzienlijk leeftijdsverschil.
Zij was destijds minderjarig, 17 jaar oud. Verdachte was 34 jaar oud. Tevens was sprake van een gezagsverhouding. Verdachte was haar rij-instructeur. Daar komt bij dat zij geen enkele seksuele ervaring had. Bovendien was sprake van een ongelijkwaardige liefdesrelatie, waarbij verdachte dominant en manipulatief was. Hij wist dat aangeefster [slachtoffer 1] alles zou doen om hem tevreden te houden. Hij introduceerde haar in de wereld van swingen en BDSM en overtuigde aangeefster [slachtoffer 1] dat dit normaal was. Hierdoor bewoog hij haar uiteindelijk tot het hebben van seks met een derde man ( [bijnaam getuige] ), hetgeen hen financieel voordeel opleverde. Door haar kwetsbaarheid in combinatie met het overwicht dat verdachte op haar had, was aangeefster [slachtoffer 1] niet in staat zich aan zijn invloedssfeer te onttrekken en had zij geen andere keuze dan dit te ondergaan.
Gebruik van de dwangmiddelen misbruik van een kwetsbare positie en misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht kan daarom wettig en overtuigend worden bewezen. Niet gebleken is dat sprake is geweest van andere dwangmiddelen zoals genoemd in sub 1 van artikel 273f, eerste lid, Sr.
Oogmerk uitbuiting
Nu naar het oordeel van de rechtbank vaststaat dat aangeefster [slachtoffer 1] met toepassing van voornoemde dwangmiddelen door verdachte is bewogen tot het verrichten van diensten van seksuele aard met een derde man én verdachte hier financieel voordeel uit heeft gehaald, is de rechtbank voor oordeel dat verdachte haar heeft uitgebuit. Immers, de derde man betaalde hen geldbedragen, maar ook het entreegeld voor de parenclubs en de sauna, alsmede diverse giften voor aangeefster [slachtoffer 1] .
Dat verdachte daadwerkelijk handelde met het oogmerk van uitbuiting, vloeit naar het oordeel van de rechtbank voort uit hetgeen reeds ten aanzien van de dwangmiddelen is overwogen.
Het op deze wijze financieel voordeel behalen uit de seksuele handelingen die door aangeefster [slachtoffer 1] werden verricht met en bij een derde, terwijl er sprake is van dwang, zoals de rechtbank hiervoor reeds heeft overwogen, leidt tot uitbuiting als bedoeld in artikel 273f Sr.
Periode
Op grond van de verklaringen van aangeefster [slachtoffer 1] over het verloop van de relatie tussen verdachte en aangeefster, alsmede de verklaring van getuige [getuige ] dat het afspreken met verdachte en aangeefster [slachtoffer 1] begon in 2022 acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat de (seksuele) uitbuiting plaatsvond op momenten in de periode van 1 januari 2022 tot en met 31 augustus 2024 (het moment dat aangeefster [slachtoffer 1] voor het laatst is uitgeleend aan een derde man).
Bewijsoverwegingen ten aanzien van feit 3
Allereerst stelt de rechtbank vast dat de tenlastelegging is opgedeeld in twee tijdvakken, te weten de periode van 1 november 2017 tot en met 30 juni 2024 en de periode van 1 juli 2024 tot en met 30
november 2024.
Verdachte wordt in de eerste periode ten laste gelegd verkrachting als omschreven in artikel 242 Sr (oud), waarbij als dwangmiddel is opgenomen “een andere feitelijkheid”.
In de tweede periode zijn dezelfde seksuele handelingen ten laste gelegd als gekwalificeerde opzetverkrachting als omschreven in artikel 243 lid 2 Sr (nieuw). Het tweede lid stelt opzetverkrachting voorafgegaan door, vergezeld van, of gevolgd door dwang, geweld of bedreiging strafbaar. Dit is de rechtsopvolger van artikel 242 Sr (oud).
Deze bepaling is op 1 juli 2024 in werking getreden als onderdeel van de Wet seksuele misdrijven. Eén van de belangrijke veranderingen ten opzichte van de oude wetgeving is dat voor strafbaarheid van verkrachting niet langer is vereist dat verdachte een ander opzettelijk door een andere feitelijkheid dwingt tot het ondergaan van seksuele handelingen, die in het geval van verkrachting overigens (mede) zullen bestaan uit seksueel binnendringen. Voor strafbaarheid volstaat thans dat verdachte seksuele handelingen verricht, terwijl hij weet dat bij de ander daartoe de wil ontbreekt. In de delictsvorm gekwalificeerde opzetverkrachting (tweede lid) wordt het gebruik van dwang, geweld of bedreiging als strafverzwarend aangemerkt. De aanwezigheid van een dwangsituatie is hiermee niet langer een voorwaarde voor strafrechtelijke aansprakelijkheid (zoals bij de oude zedenwetgeving het geval was), maar geldt als bijkomende omstandigheid die een ernstiger strafrechtelijk verwijt indiceert. Voor de strafverzwarende omstandigheid dwang ligt het bewijsvereiste lager.
De rechtbank overweegt - evenals de officier van justitie - dat lastig is vast te stellen wanneer de ten laste gelegde seksuele handelingen hebben plaatsgevonden, in de eerste of de tweede ten laste gelegde periode. De rechtbank gaat daarom voor de gehele ten laste gelegde periode (in het voordeel van verdachte) uit van het “zwaardere” toetsingskader zoals dit gold voor artikel 242 Sr (oud).
De rechtbank stelt op basis van voornoemde bewijsmiddelen vast dat de ten laste gelegde seksuele handelingen, te weten het inbrengen en duwen van een eendenbek in de vagina van aangeefster [slachtoffer 1] , het afbinden van de clitoris van aangeefster [slachtoffer 1] en het inbrengen en duwen van (elektrische) seksspeeltje in de vagina van aangeefster [slachtoffer 1] , hebben plaatsgevonden toen zij een relatie hadden, te weten in de periode van 1 november 2017 tot en met 30 november 2024. Niet alleen aangeefster verklaart dit, maar ook verdachte bekent dat deze handelingen tijdens hun relatie hebben plaatsgevonden. Verdachte ontkent echter dat aangeefster [slachtoffer 1] deze handelingen tegen haar wil heeft ondergaan.
Voor een bewezenverklaring van verkrachting als omschreven in artikel 242 Sr (oud) is vereist dat verdachte door het gebruik van dwangmiddelen opzettelijk heeft veroorzaakt dat het slachtoffer de seksuele handelingen tegen haar wil heeft ondergaan. De tenlastelegging spitst de dwang toe op andere feitelijkheden, waaronder psychische overmacht/overwicht voortvloeiende uit het leeftijdsverschil. De rechtbank wijst in dit verband op hetgeen hiervoor reeds is overwogen ten aanzien van de onder feit 1 bewezenverklaarde mensenhandel en de daarbij gehanteerde dwangmiddelen. Aangeefster [slachtoffer 1] was een kwetsbare vrouw, jonge vrouw en was afhankelijk van verdachte. Zij kon geen weerstand aan hem bieden. Hij heeft misbruik gemaakt van deze afhankelijkheidssituatie en zijn overwicht op haar en heeft psychische druk op haar uitgeoefend.
Daarnaast blijkt uit de hiervoor opgenomen bewijsmiddelen dat verdachte tijdens het inbrengen en duwen van een eendenbek in de vagina van aangeefster [slachtoffer 1] , het afbinden van de clitoris van aangeefster [slachtoffer 1] en het inbrengen en duwen van (elektrische) seksspeeltje in de vagina van
aangeefster [slachtoffer 1] het gezicht en de ogen van aangeefster [slachtoffer 1] geblinddoekt en afgedekt heeft, de polsen, handen, armen, enkels en voeten van aangeefster [slachtoffer 1] vastgebonden heeft aan een spreidstang en dwingend de woorden “hou even vol” en “ik moet dat, het is nog niet gelukt” en “ik moet dat wel goed proberen” en “nee, ga maar gewoon blijven liggen, ik ben nog even bezig” en “ontspan je maar, je gaat eraan wennen” en dat hij niet is gestopt toen aangeefster [slachtoffer 1] hem (huilend) vroeg en smeekte om op te houden.
Deze feitelijkheden volgen niet alleen uit de verklaringen van aangeefster [slachtoffer 1] zelf, maar ook uit de verklaringen van verdachte, alsmede uit de emailberichten van verdachte aan aangeefster [slachtoffer 1] waarin hij -onder meer- schrijft: “maar soms doet iets zoveel pijn dat het niet langer meer opwindend is, zoals toen ik de eendenbek probeerde of de keer dat ik jou klitje afbond. Ik denk dat we elkaar vrij moeten laten om te blijven experimenteren, en dat we het risico moeten accepteren dat het soms teveel pijn doet”. Hieruit kan worden afgeleid dat hoewel verdachte wist dat deze handelingen pijn deden bij aangeefster [slachtoffer 1] , hij desondanks het experimenteren voorop stelde. Gelet op alle hiervoor beschreven feiten en omstandigheden, in onderlinge samenhang bezien, voelde aangeefster [slachtoffer 1] zich gedwongen om seksuele handelingen van verdachte te ondergaan. Naar het oordeel van de rechtbank was het opzet van verdachte daar ook op gericht.
De rechtbank acht de onder feit 3 in de periode van 1 november 2017 tot en met 30 juni 2024 ten laste gelegde verkrachting en de in de periode van 1 juli 2024 tot en met 30 november 2024 ten laste gelegde opzetverkrachting, voorafgegaan door dwang, dan ook wettig en overtuigend bewezen.
Bewijsoverwegingen ten aanzien van feit 4
Onder feit 4 is opzetverkrachting ten laste gelegd, waarbij verdachte een derde persoon ( [bijnaam getuige] ) seksuele handelingen, die mede bestonden uit het seksueel binnendringen, heeft laten verrichten met aangeefster [slachtoffer 1] . Opzetverkrachting waarbij de seks met een derde persoon plaatsvindt is sinds de nieuwe zedenwetgeving (geldend vanaf 1 juli 2024) strafbaar. De ten laste gelegde periode begint daarom vanaf 1 juli 2024 tot en met 31 augustus 2024.
Voor zover de verdediging heeft aangevoerd dat de oude zedenwetgeving van toepassing is omdat de betreffende seks niet in juli of augustus 2024 heeft plaatsgevonden, overweegt de rechtbank dat aangeefster [slachtoffer 1] zelf heeft verklaard dat verdachte haar in augustus 2024 voor de laatste keer had uitgeleend aan de derde man ( [bijnaam getuige] ). Gelet op hetgeen hiervoor reeds is overwogen ten aanzien van de betrouwbaarheid van de verklaringen van aangeefster [slachtoffer 1] heeft de rechtbank geen aanleiding om te twijfelen aan de juistheid van haar verklaring. De rechtbank zal dit feit dan ook beoordelen op basis van de nieuwe zedenwetgeving.
Van opzetverkrachting als omschreven in artikel 243 lid 2 Sr (nieuw) is sprake als verdachte een derde persoon met een ander seksuele handelingen - die (mede) bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam - heeft laten verrichten, terwijl hij, verdachte wist dat bij de ander de wil daartoe ontbrak. Van wetenschap van een ontbrekende wil bij de ander is in het algemeen sprake als de ander met duidelijke verbale of non-verbale signalen te kennen heeft gegeven het seksuele contact niet te willen en verdachte dit seksuele contact toch heeft voortgezet.
Zowel aangeefster [slachtoffer 1] als verdachte en getuige [getuige ] ( [bijnaam getuige] ) verklaren dat er seksuele handelingen tussen hen drie hebben plaatsgevonden. Daarnaast bevindt zich in het dossier afbeeldingen van de plaatsgevonden seksuele handelingen, die beschreven worden door de politie. Deze handelingen zijn ook opgenomen in de tenlastelegging.
De rechtbank is van oordeel dat uit de door aangeefster [slachtoffer 1] in haar aangifte en aanvullende verklaringen beschreven omstandigheden én het feit dat zij meermalen tegen verdachte heeft gezegd dat zij het niet wilde, blijkt dat bij haar de wil tot seksueel contact met de derde man ( [bijnaam getuige] ) ontbrak en dat verdachte dit ook wist.
Daarbij neemt de rechtbank tevens in aanmerking hetgeen hiervoor reeds is overwogen ten aanzien van de onder feit 1 bewezenverklaarde mensenhandel en de daarbij gehanteerde dwangmiddelen. Tussen verdachte en aangeefster [slachtoffer 1] was sprake van een afhankelijkheidssituatie, waarbij aangeefster [slachtoffer 1] redelijkerwijs geen weerstand kon bieden aan verdachte en zich ook niet aan de situatie met de derde man kon onttrekken.
Aangeefster verklaart dat verdachte altijd het initiatief nam tot de trio-dates en dat hij ook bepaalde wat er op seksueel gebied gebeurde tijdens de ontmoetingen. De verklaringen van getuige [getuige ]
( [bijnaam getuige] ) ondersteunen dit. Aangeefster [slachtoffer 1] mocht tijdens de
trio-dates ook nooit iets aan verdachte weigeren of laten merken dat zij de seksuele handelingen niet fijn vond. Dit blijkt tevens uit de mailwisseling (stoute verhaaltjes) tussen verdachte en aangeefster [slachtoffer 1] . Daarnaast verklaart aangeefster [slachtoffer 1] dat zij tijdens de seks met de derde man ( [bijnaam getuige] ) wel eens moest huilen of tranen in haar ogen had. Dan keek zij verdachte aan, maar dan keek verdachte heel boos terug, zo van: “ga verder”. Dit wordt ondersteund door de afbeeldingen van de plaatsgevonden seksuele handelingen, waarbij de politie in de beschrijving weergeeft dat aangeefster [slachtoffer 1] een piepend geluid maakt, lijkend op huilen. Ook ziet de politie een apathische blik van aangeefster [slachtoffer 1] .
De rechtbank acht gelet op het vorenoverwogene de onder feit 4 ten laste gelegde opzetverkrachting in de periode van 1 juli 2024 tot en met 31 augustus 2024 dan ook wettig en overtuigend bewezen.
Ten aanzien van feit 2 Bewijsmiddelen
De rechtbank past ten aanzien van feit 2 de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
1. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal aangifte d.d. 30 april 2025, opgenomen op pagina 233 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland met dossiernummer 2025025401 (onderzoek MIN/NNRBC25049) d.d. 12 september 2025, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 2] :
A: Er zijn dingen gebeurd op seksueel gebied tegen mijn zin in. Dat hij ook over afspraken heen ging op seksueel gebied. Wij zijn op 14 juli 2017 getrouwd. We zijn een jaar getrouwd geweest en toen uit elkaar gegaan. We hebben in 2013 een relatie gekregen. Ik was 19 toen wij een relatie kregen. [verdachte] is 11 jaar ouder.
V: Hoe was jouw situatie op het moment dat [verdachte] je leerde kennen?
A: Niet zo goed. Ik ben vanaf mijn 11e bij Jeugdzorg terecht gekomen. En van mijn 11e tot mijn 18e ben ik 4 keer met spoed uit huis geplaatst. Toen leerde ik [verdachte] kennen. Ik was heel kwetsbaar. Ze constateerden dat ik borderline had toen ik 15 jaar was. Toen kreeg ik ook medicatie voor depressies. Ik had geen goed zelfbeeld. Toen was [verdachte] daar en omdat hij ouder was en bij de [werkgever verdachte] werkte keek ik tegen hem op. Ik had verder niemand. De waardering die ik zocht kreeg ik van hem op dat moment. Dat gaf me een fijn gevoel.
V: Wat wist [verdachte] van jouw situatie met jouw familie af op dat moment?
A: Op het moment dat ik hem leerde kennen nog niks maar al heel snel wel heel veel.
A: Hij wist dat ik jarenlang bij de GGZ had gezeten en dat ik toen nog in een rechtszaak zat met betrekking tot seksueel misbruik.
V: Was er sprake van gelijkwaardigheid binnen jullie relatie?
A: Nou ik denk het niet. Dat had ik wel gewild maar was niet zo. In het begin mocht ik nog werken en naar school maar dat werd mij eigenlijk onmogelijk gemaakt door de manier waarop hij mij controleerde. Toen ik met werken en school stopte had ik helemaal niks meer.
Hij was heel controlerend [verdachte] .
V: Hoe was het seksleven tussen jou en [verdachte] ?
A. Frequent. En daarna de uitstapjes, dat was niet zo leuk. Dat begon al in [plaats] .
Hij zei dan: Als je dat dan zo graag met andere mannen wil dan doe je dat maar waar ik bij ben. Dat was nog met iemand die hij kende van eerder. Die kwam dan bij ons.
Ik ben toen op bed gelegd geblinddoekt door [verdachte] en toen was het wachten tot die kerel kwam. Die werd door [verdachte] naar boven geleid. En ik weet niet welke afspraken hij met de man had gemaakt en die mocht doen met mij wat hij wilde. Behalve zoenen. Ik mocht geen tegengas geven. [verdachte] deed ook mee.
V: Hoe wist je dat je geen tegengas mocht geven?
A: [verdachte] zei dat. Ik moest doen wat de man wilde en o wee als je tegengas geeft.
Inmiddels was ik al zo bang voor hem dat ik gewoon mee werkte. Ik wilde het ook niet maar ik wilde [verdachte] ook niet kwijt. Hij was de enige die ik nog had. Ik was zo idolaat van hem. Hij probeerde me klein te houden en me net genoeg aandacht te geven, dat je elke keer
weer denkt dat het weer goed komt en dat je dan ook denkt dat het klopt wat hij zegt. Ik was ontzettend afhankelijk van hem.
V: Dan moet je op bed gaan liggen na het douchen. Hoe ben je dan op bed? A: Naakt.
V: Op welk moment wordt je door [verdachte] geblinddoekt?
A: Op het moment dat ik op bed lag. We moesten eerst nog wachten op de man. V: Wat voor seksuele handelingen heeft deze man toen bij jou gedaan?
A: Alles wel. Hij heeft mij oraal bevredigd en ik hem. Daarna heeft hij mij gevingerd vaginaal en daarna gepenetreerd vaginaal en anaal met zijn piemel.
v: En die man is die toen klaar gekomen?
A: Ja, het was over mij heen. Dat voelde ik. Daarvoor gebruikte hij wel een condoom
maar die deed hij af net voordat hij klaar kwam. Dat weet ik omdat hij en [verdachte] het daarover hadden. Ik voelde ook dat hij een condoom om had. [verdachte] had ze klaar gelegd op het nachtkastje en ik hoorde ook dat ze het erover hadden en dat de verpakking open ging.
V: Wat deed [verdachte] toen bij deze eerste keer?
A: Hij zat ook aan mij. Hij heeft actief meegedaan aan de seks bij mij. Op het moment dat die man in mij zat was [verdachte] ook mij. De één anaal en de ander vaginaal. Dit ging om en om. Ook als ik door die man vaginaal genomen werd moest ik [verdachte] pijpen.
V: Deze man waar we het over hadden, hoe vaak is hij geweest? A: Eén keer thuis en één keer in de parenclub.
V: Vertel eens over die keer in de parenclub?
A: Hij kwam daar en betaalde de entree van de parenclub voor ons, dat is 90 euro voor een stel. [verdachte] vertelde toen niet dat het dezelfde man was als die toen die eerst
keer bij ons thuis kwam voor seks. [verdachte] zei dat deze man voor ons betaalde en daarna de hele avond vrij toegang tot mij had. [verdachte] heeft mij toen geblinddoekt op de parkeerplaats. Wij ging naar "In for love" in [plaats] .
V: Wat gebeurd er dan in die parenclub?
A: Het begon in het bubbelbad en er was toen één andere man bij. Toen weet ik nog dat hij toenadering zocht. Ik wilde dat niet en maakte dat duidelijk aan [verdachte] . Maar [verdachte] zei dat ik moest omdat ik niet wist wie er voor ons betaald had. Ik moest die man toen pijpen van [verdachte] . Dat heb ik toen ook gedaan.
V: Hoeveel van deze mannen hebben voor de seks betaald?
A: Alleen de eerste keer met die man. Ik denk iets van 150 of 200 euro.
2. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 2 april 2025, opgenomen op pagina 885 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [verdachte] :
Met [slachtoffer 2] ben ik getrouwd geweest. Een meisje met problemen. Iedereen liet haar in de steek.
Haar familie. Iedereen om haar heen. Zij had ook geen recht meer om zelf
handtekeningen te zetten. Dat had haar vader voor haar. Zij was aan de drugs. Zij had echt verschrikkelijk veel problemen.
3. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 3 juni 2025, opgenomen op pagina 928 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [verdachte] :
V: Heeft [slachtoffer 2] met andere mannen seks gehad tijdens relatie met jouw goedkeuring? A: ja sowieso met man parenclub die bij ons thuis kwam
4. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 14 april 2025, opgenomen op pagina 328 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [ouders verdachte] (de ouders van verdachte):
Toen hij verkering kreeg met [slachtoffer 2] , ze was bij haar ouders weg, ze woonde op een zorgboerderij, vanaf daar heeft [verdachte] een relatie met haar gekregen. Het was een lief meisje, maar wel met problemen. Misschien had hij maatschappelijk werker moeten worden in plaats hiervan een relatie mee te krijgen.
Ze was blij met ons toen ze gingen trouwen, omdat ze toen geen contact met haar ouders had. Ik weet wel dat hij twee relaties heeft gehad met jonge meisjes. Hij is wel volwassen, maar hij voelt zich daar meer aan toe getrokken, dat hij daar meer de baas over is, dat is niet het juiste woord, maar dat ze hem nodig zijn.
5. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 10 april 2025, opgenomen op pagina 323 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [naam buurvrouw 2] (buurvrouw van verdachte en [slachtoffer 2] ):
Er kwamen toch wel snel signalen van een slechte relatie tussen haar en [verdachte] . Ik merkte dat [slachtoffer 2] geïsoleerd was. Ze moest altijd overal om vragen bij [verdachte] . Ze moest altijd toestemming vragen. Hij was altijd heel bezig om naar buiten een beeld te schetsen als de redder en dat [slachtoffer 2] niks kon en ze maar blij met hem moest zijn. Maar als je er zo lang naast woont dan wordt wel duidelijk dat hij haar heel erg onder druk hield.
Je zag het ook in zijn lichaamstaal dat hij probeerde haar te sturen, dat hij haar vastpakte op een bepaalde manier. Zijn lichaamstaal naar haar was nooit liefdevol, het was altijd dwingend en controlerend. Je zag dat er zoveel onderdrukking was dat ze bang was dat het nog erger zou worden.
6. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 20 juni 2025, opgenomen op pagina 392 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [getuige ] :
V: Onder welke naam ken jij [verdachte] ?
A: [bijnaam verdachte] . Ik denk dat ik een smsje van hem heb gehad. Die dame lag dan klaar. [bijnaam verdachte] liet mij binnen. Ik denk dat ik 100 of 150 euro daarvoor betaalde. Ze lag dan klaar op de slaapkamer, geblinddoekt. Ik moest mij uitkleden en zij lag klaar om seks te hebben met mij. Ze lag op de rug. Het was een wat donkere kamer, dus ik kon haar niet goed zien. Er brandde wel een lichtje maar ik kon haar niet goed zien. Ik heb haar gestreeld, zij heeft gevoeld, bij de penis, stijf gepijpt met condoom en dan gepenetreerd. Vaginaal.
V: Hoe vaak is dat gebeurd in [plaats] ? A: Een keer.
V: Wat werd daar van te voren over afgesproken?
A: Nou dat hij mij zou contacten wanneer het moment plaats kon vinden, wanneer ik welkom was. V: Ook wat je moest betalen en wat je wel of niet moest doen?
A: Betalen sowieso, geen lawaai maken sowieso want de buren mochten het niet horen, zoenen en knuffelen mocht ook niet.
V: Met wie communiceerde je at?
A: Met [bijnaam verdachte] via de telefoon. V: Hoe zat zij erin?
A: Ook onderdanig, er werd niet gesproken.
7. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige door de rechter- commissaris d.d. 15 oktober 2025 met bijlage, los opgenomen in het dossier, inhoudend als verklaring van [getuige ] :
U houdt mij voor dat ik bij de politie heb verklaard dat ik [verdachte] die ik ken als
[bijnaam verdachte] al een jaar of 15 à 16 ken. Dat klopt. We zijn in contact gekomen via een online
gastenboek van de parenclub in [plaats] . Destijds heb ik [bijnaam verdachte] en zijn vriendin één keer in de club ontmoet en één keer bij hun thuis in [plaats] . Ik ben dat nog weer voor mezelf nagegaan en dat is in 2013 geweest dat wij contact kregen. De eerste keer was die vrouw geblinddoekt en volgens mij bij de tweede keer in de club ook. De eerste keer heb ik de vrouw niet gesproken. Ze lag al in bed en volgens mij kreeg ik toen een berichtje dat ik langs kon komen als ik zin had. Ik moest mijn auto maar in de buurt parkeren en stil zijn. Ik heb de eerste keer volgens mij 50 euro betaald en ik heb toen seks met haar gehad. [bijnaam verdachte] alias [verdachte] was er ook bij en deed ook mee aan de seks. Het was dus een trio date. Er werden verschillende namen in het e-mailverkeer gebruikt, maar ik had zelf wel het idee dat ik met [bijnaam verdachte] communiceerde. Ik ging ervan uit dat zij een BDSM-relatie hadden en dat houdt in dat de ene de dominante partner is en de ander de onderdanige en dat werd ook wel voor mij bevestigd doordat zij geblinddoekt was.
Ik ging ervan uit dat zij als stel het allebei wel wilden, want ik was uitgenodigd voor de date. Ik communiceerde immers met het gelegenheidsstel, ook al ging dat via [bijnaam verdachte] .
Toen we later een keer naar de club zijn gegaan in [plaats] heb ik de entree voor ze
betaald. Dat was 70,00 euro. Het was volgens mij dezelfde vrouw als de eerste keer bij hun thuis in [plaats] . De vrouw die een aantal jaren later met [bijnaam verdachte] was, was een andere vrouw. Zij gingen in de club hun eigen gang en de vrouw wist ook niet dat ik dezelfde man was omdat zij toen geblinddoekt was. Ik belandde op enig moment met hun in het bubbelbad. Ze herkende me toen ook niet. Dat was allemaal onderdeel van het spel.
7. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 juni 2025, opgenomen op pagina 726 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant [verbalisant] :
Op dinsdag 24 juni 2025 heeft " [naam ] ", getuige [getuige ] , mails doorgestuurd.
De mails zijn van de periode 17 december 2013 tot en met 17 augustus 2014 en zijn tussen
[mailadres] en [mailadres] geschreven. In de mailtjes wordt afgesproken wat ze doen als ze af gaan spreken. Onder andere schrijft [bijnaam verdachte] op 28 februari 2014:
"we bespreken een beetje hoeveel ze waard is, en hoelang je dr mag gebruiken, jij betaald mij voor haar ogen, vervolgens zeg ik tegen haar, nu ben je voor de komende X aantal minuten van hem, en zorg dat ik trots op je kan zijn, dus stel hem tevreden."
Op 23 maart 2014 heeft [naam ] geschreven: "op woensdag is het 50 euro voor mij en 65 voor een stel incl drankjes , dat wil ik wel betalen evt voor jullie of dat ik een keer langskom bij jullie voor 65, huur ik haar ff van je en, kunnen we daarna dan wel een keer samen naar de inn hou me maar op de hoogte groetz".
Bewijsoverwegingen ten aanzien van feit 2
De rechtbank zal aan de hand van het hiervoor reeds geschetste juridisch kader beoordelen of verdachte zich eveneens schuldig heeft gemaakt aan seksuele uitbuiting van [slachtoffer 2] .
De betrouwbaarheid van de verklaringen van aangeefster [slachtoffer 2]
De rechtbank acht de verklaringen van aangeefster [slachtoffer 2] consistent en authentiek.
Dat aangeefster [slachtoffer 2] pas jaren later aangifte heeft gedaan acht de rechtbank in het licht van de omstandigheden niet vreemd. Aangeefster [slachtoffer 2] werd in eerste instantie benaderd door de politie om als getuige te worden gehoord in de zaak van aangeefster [slachtoffer 1] .
Zij werd hierdoor geconfronteerd met haar verleden en is zich, nu zij ook ouder is, dingen gaan realiseren waardoor zij alsnog besloten heeft om aangifte tegen verdachte te doen.
Dit doet aan de betrouwbaarheid van haar verklaringen niets af. Verder draagt aan de
betrouwbaarheid van haar verklaringen naar het oordeel van de rechtbank juist bij dat ook zij niet alles heeft afgeschoven op verdachte, maar ook open en eerlijk heeft verklaard over haar gevoelens voor verdachte, alsmede over haar eigen aandeel bij de bezoeken aan parenclubs, het uitvoeren van BDSM en haar rol bij de seksuele handelingen die werden verricht.
Op grond van het vorenstaande acht de rechtbank de verklaringen van aangeefster [slachtoffer 2] betrouwbaar en zal de rechtbank deze gebruiken voor het bewijs.
Bovendien worden haar verklaringen ondersteund door andere bewijsmiddelen, zoals de verklaringen van getuige [getuige ] en de mailwisseling tussen verdachte en getuige [getuige ] , alsmede andere onderzoeksbevindingen.
Nadere bewijsoverwegingen
De rechtbank overweegt dat uit de aangifte van aangeefster [slachtoffer 2] , verdachtes eigen verklaring, alsmede de verklaringen van getuigen [naam buurvrouw 2] , [ouders verdachte] een beeld naar voren komt van een ongelijkwaardige en een later ook controlerende liefdesrelatie tussen aangeefster [slachtoffer 2] en verdachte, waarbij verdachte dominant en sturend was. Verdachte heeft ook aangeefster [slachtoffer 2] tijdens hun liefdesrelatie kennis laten maken met de zogenoemde swingers-wereld en
BDSM. Aangeefster [slachtoffer 2] verklaart dat zij door verdachte werd “uitgeleend” aan een derde man. Zij heeft zich beschikbaar gesteld tot het verrichten van diensten van seksuele aard met deze man en verdachte werd door hem betaald voor deze diensten. Dit is in ieder geval twee keer gebeurd. Dat het vaker is gebeurd en met andere mannen, zoals aangeefster verklaart, is op basis van het dossier niet vast te stellen. Wel vast te stellen is dat het éénmaal bij verdachte en aangeefster [slachtoffer 2] thuis in [plaats] is gebeurd en éénmaal in de parenclub in [plaats]
.Verdachte legde daartoe het contact en hij vervoerde aangeefster [slachtoffer 2] naar de locatie waar de diensten verricht werden. Verdachte heeft voor de seksuele diensten die aangeefster [slachtoffer 2] bij deze derde man heeft verricht zowel betalingen als andere voordelen (het betalen van entreegeld) ontvangen.
Deze verklaring vindt ondersteuning in de door getuige [getuige ] afgelegde verklaringen, waaruit volgt dat verdachte via de telefoon/sms het initiatief nam om elkaar te ontmoeten, waarbij getuige [getuige ] bij verdachte thuis mocht komen voor een trio-date met de vriendin van verdachte en daarvoor moest betalen. Ook heeft hij verdachte en zijn vriendin ontmoet in een parenclub in [plaats] , aldus getuige [getuige ] . Getuige [getuige ] betaalde het entreegeld. Voorts blijkt uit het tussen verdachte en getuige [getuige ] emailbericht dat tussen hen ook werd gesproken over een vrouw en hoeveel geld zij waard was, dat getuige [getuige ] haar wel even kon huren van verdachte en hoelang getuige [getuige ] haar mocht gebruiken.
De rechtbank acht het wettig en overtuigend bewezen dat de vrouw die betrokken was bij de trio-dates aangeefster [slachtoffer 2] betrof. Hierbij neemt de rechtbank in aanmerking dat de situatie die aangeefster [slachtoffer 2] verklaart zodanig overeenkomt (periode, plaats en omstandigheden) met hetgeen getuige [getuige ] over de situatie heeft verklaard dat het niet anders kan dan dat aangeefster [slachtoffer 2] de vrouw was met wie getuige [getuige ] seks heeft gehad. Dat getuige [getuige ] daarbij een vrouw beschrijft zonder opvallende kenmerken, terwijl aangeefster [slachtoffer 2] zelf verklaart dat zij een grote felgekleurde [tatoeage] heeft doet hier niet aan af. Getuige [getuige ] verklaart zelf dat het een donkere kamer was en dat hij de vrouw niet goed kon zien. Verder staat vast dat aangeefster [slachtoffer 2] in de betreffende periode de vriendin was van verdachte. Verdachte heeft bovendien zelf verklaard dat aangeefster seks heeft gehad met de man van de parenclub die bij hen thuis kwam. Door verdachte is geen andere verklaring of uitleg gegeven voor het feit dat getuige [getuige ] stellig is in zijn verklaring dat hij bij verdachte thuis is geweest voor een trio-date met verdachte en zijn vriendin. Verdachte heeft bijvoorbeeld ook niet gesteld dat in de betreffende periode mogelijk sprake was van een andere vrouw dan aangeefster [slachtoffer 2] .
Handelingen
De rechtbank acht gelet op grond van het vorenstaande de feitelijke gedragingen zoals ten laste gelegd onder de verschillende gedachtestreepjes onder B, wettig en overtuigend bewezen, met uitzondering van:
- het online advertenties plaatsen waarbij aangeefster [slachtoffer 2] werd aangeboden voor het verrichten van seksuele handelingen,
-aangeefster [slachtoffer 2] er toe gedwongen/bewogen om seksuele handelingen met een onbekend gebleven vrouw te verrichten voor de webcam en
-zich tijdens seksuele chatgesprekken met mannen voorgedaan als aangeefster [slachtoffer 2] , omdat de inhoud van het dossier onvoldoende aanknopingspunten bevat om deze handelingen te kunnen vaststellen. De rechtbank zal verdachte hiervan (partieel) vrijspreken.
Sub leden 1, 4 en 6
De rechtbank leidt uit deze bewezenverklaarde feitelijke gedragingen af dat sprake is geweest van mensenhandel als bedoeld in artikel 273f, eerste lid, sub 1, 4 en 6 Sr, waarbij door verdachte met gebruikmaking van de dwangmiddelen door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en door misbruik van een kwetsbare positie is gehandeld ten opzichte van aangeefster [slachtoffer 2] . De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
Misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en een kwetsbare positie
Ook aangeefster [slachtoffer 2] heeft een belaste voorgeschiedenis. Zij was vanaf haar 11e jaar bekend bij Jeugdzorg en is tot haar 18e jaar diverse malen uit huis geplaatst. Zij had borderline en kreeg medicatie voor depressies. Toen zij 19 jaar was leerde zij verdachte kennen. Tussen hen was sprake van een aanzienlijk leeftijdsverschil. Verdachte was 30 jaar oud. Hij werkte bij de [werkgever verdachte] en aangeefster [slachtoffer 2] keek tegen hem op. Zij ontmoette verdachte in een kwetsbare fase, waarbij zij eenzaam was en behoefte had aan bescherming en liefde. Verdachte verklaart bij de politie ook dat hij wist dat aangeefster [slachtoffer 2] een meisje was met verschrikkelijk veel problemen. Hij was zich dan ook bewust van haar kwetsbaarheid en heeft misbruik gemaakt van haar loyaliteit.
Bovendien was sprake van een ongelijkwaardige liefdesrelatie, waarbij verdachte later ook dominant en aldus getuigen sturend was. Hij wist dat aangeefster [slachtoffer 2] alles zou doen om hem tevreden te houden. Hij introduceerde ook haar in de wereld van swingen en BDSM en bewoog haar uiteindelijk tot het hebben van seks met een derde man, hetgeen hem financieel voordeel opleverde. Door haar kwetsbaarheid in combinatie met het overwicht dat verdachte op haar had, was aangeefster [slachtoffer 2] niet in staat zich aan zijn invloedssfeer te onttrekken en had zij geen andere keuze dan dit te ondergaan.
Gebruik van de dwangmiddelen misbruik van een kwetsbare positie en misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht kan daarom wettig en overtuigend worden bewezen. Niet gebleken is dat sprake is geweest van andere dwangmiddelen zoals genoemd in sub 1 van artikel 273f, eerste lid, Sr.
Oogmerk uitbuiting
Nu naar het oordeel van de rechtbank vaststaat dat aangeefster [slachtoffer 2] met toepassing van voornoemde dwangmiddelen door verdachte is bewogen tot het verrichten van diensten van seksuele aard met een derde man én verdachte hier financieel voordeel uit heeft gehaald, is de rechtbank voor oordeel dat verdachte haar heeft uitgebuit. Immers, de derde man betaalde geldbedragen, maar ook het entreegeld voor de parenclub.
Dat verdachte daadwerkelijk handelde met het oogmerk van uitbuiting, vloeit naar het oordeel van de rechtbank voort uit hetgeen reeds ten aanzien van de dwangmiddelen is overwogen.
Het op deze wijze financieel voordeel behalen uit de seksuele handelingen die door aangeefster [slachtoffer 2] werden verricht met en bij een derde, terwijl er sprake is van dwang, zoals de rechtbank hiervoor reeds heeft overwogen, leidt tot uitbuiting als bedoeld in artikel 273f Sr.
Periode
Op grond van de verklaringen van aangeefster [slachtoffer 2] over het verloop van de relatie tussen verdachte en aangeefster en de verklaring van getuige [getuige ] over wanneer hij seks heeft gehad met de vriendin van verdachte acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat de (seksuele) uitbuiting plaatsvond op momenten in de periode van 1 januari 2013 tot en met 14 juli 2018.

Bewezenverklaring

De rechtbank acht de ten laste gelegde feiten 1, 2, 3 en 4 wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
1
hij op momenten in de periode van 1 januari 2022 tot en met 31 augustus 2024 te Assen en [plaats] en [plaats] en [plaats] ,
A. een ander, te weten [slachtoffer 1] , telkens door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en door misbruik van een kwetsbare positie
  • heeft vervoerd en overgebracht met het oogmerk van seksuele uitbuiting van die [slachtoffer 1] (sub 1°) en
  • heeft bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van diensten van seksuele aard
(sub 4°) en
telkens opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de seksuele uitbuiting van die ander, te weten [slachtoffer 1] , (sub 6°), immers heeft hij, verdachte
  • met die [slachtoffer 1] een liefdesrelatie aangegaan en
  • online advertenties geplaatst waarbij die [slachtoffer 1] werd aangeboden voor het verrichten van seksuele handelingen en
  • afspraken met een man gemaakt teneinde die [slachtoffer 1] seksuele handelingen te laten verrichten bij en met een man en
  • die [slachtoffer 1] vervoerd naar afspraken teneinde haar seks te laten hebben tegen betaling met een andere man en
  • meerdere malen, aan die [slachtoffer 1] kenbaar gemaakt dat:
· die [slachtoffer 1] uiteraard alles voor honderd procent moet accepteren en niets mag weigeren als ze in een parenclub zijn
· hij er absoluut geld aan wil verdienen als hij aangeefster laat nemen door een groep mannen
· die [slachtoffer 1] nooit iets aan hem mag weigeren als ze bij andere mannen zijn en ze dat moet accepteren en
- opzettelijk voordeel getrokken uit deze situatie doordat hij, verdachte, meerdere malen, (contante) gelden en de betaling van de toegang tot een of meer parenclubs en sauna's van een man in ontvangst heeft genomen, terwijl die [slachtoffer 1] sociaal geïsoleerd was door hem, verdachte, en (daardoor) gemakkelijk te beïnvloeden was en zich aldus in een
kwetsbare positie bevond en hij, verdachte, aldus heeft bewerkstelligd dat die [slachtoffer 1] van hem afhankelijk was;
2
hij op momenten in de periode van 1 januari 2013 tot en met 14 juli 2018 te [plaats] en [plaats] ,
A. een ander, te weten [slachtoffer 2] , telkens door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en door misbruik van een kwetsbare positie
  • heeft vervoerd en overgebracht met het oogmerk van seksuele uitbuiting van die [slachtoffer 2] (sub 1°) en
  • heeft gedwongen bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid of diensten van seksuele aard (sub 4°) en
telkens opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de seksuele uitbuiting van die ander, te weten [slachtoffer 2] , (sub 6°), immers heeft hij, verdachte
  • met die [slachtoffer 2] een liefdesrelatie aangegaan en
  • afspraken met een man gemaakt teneinde die [slachtoffer 2] seksuele handelingen te laten verrichtten bij en met een man en
  • die [slachtoffer 2] vervoerd naar een afspraak teneinde haar seks te laten hebben tegen betaling met een andere man en
  • opzettelijk voordeel getrokken uit deze situatie doordat hij, verdachte, (contante) gelden en de betaling van de toegang tot een parenclub van een man in ontvangst heeft genomen, terwijl die [slachtoffer 2] gemakkelijk te beïnvloeden was en zich (aldus) in een kwetsbare positie bevond en hij, verdachte, aldus heeft bewerkstelligd dat die [slachtoffer 2] van hem afhankelijk was;
3
hij op momenten in de periode van 1 november 2017 tot en met 30 juni 2024 te Assen, door feitelijkheden, [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 1] , te weten het meermalen,
  • inbrengen en duwen van een eendenbek in de vagina van die [slachtoffer 1]
  • afbinden van de clitoris van die [slachtoffer 1] en vervolgens die clitoris (pogen) te laten opzwellen
  • inbrengen en duwen van een seksspeeltje in de vagina van die [slachtoffer 1] , terwijl dat seksspeeltje (vervolgens) elektrische schokken aan die [slachtoffer 1] gaf
en bestaande die feitelijkheden hierin dat hij, verdachte
  • psychische en fysieke overmacht/overwicht (voortvloeiende uit het leeftijdsverschil) over die [slachtoffer 1] had en heeft uitgeoefend
  • het gezicht en de ogen van die [slachtoffer 1] heeft geblinddoekt en afgedekt
  • de polsen en handen en armen en enkels en voeten van die [slachtoffer 1] heeft vastgebonden (aan een spreidstang)
  • ( dwingend) de woorden “hou even vol” en “ik moet dat, het is nog niet gelukt” en “ik moet dat wel goed proberen” en “nee, ga maar gewoon blijven liggen, ik ben nog even bezig” en “nee, nee, ik ben nog niet klaar, ontspan je maar, je gaat eraan wennen” aan die [slachtoffer 1] heeft toegevoegd
  • niet is gestopt en opgehouden toen die [slachtoffer 1] hem (huilend) vroeg en smeekte om op te houden en te stoppen
en hij, verdachte, op momenten in de periode van 1 juli 2024 tot en met 30 november 2024 te Assen, met een persoon, te weten [slachtoffer 1] , seksuele handelingen die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam heeft verricht, te weten het meermalen,
  • inbrengen en duwen van een eendenbek in de vagina van die [slachtoffer 1]
  • afbinden van de clitoris van die [slachtoffer 1] en vervolgens die clitoris (pogen) te laten opzwellen
  • inbrengen en duwen van een seksspeeltje in de vagina van die [slachtoffer 1] , terwijl dat seksspeeltje (vervolgens) elektrische schokken aan die [slachtoffer 1] gaf
Terwijl hij, verdachte, wist dat bij die [slachtoffer 1] daartoe de wil ontbrak en welke opzetverkrachting werd voorafgegaan, door dwang, door
  • psychische en fysieke overmacht/overwicht (voortvloeiende uit het leeftijdsverschil) over die [slachtoffer 1] te hebben en uit te oefenen
  • het gezicht en de ogen van die [slachtoffer 1] te blinddoeken en af te dekken
  • de polsen en handen en armen en enkels en voeten van die [slachtoffer 1] vast te binden (aan een spreidstang)
  • ( dwingend) de woorden “hou even vol” en “ik moet dat, het is nog niet gelukt” en “ik moet dat wel goed proberen” en “nee, ga maar gewoon blijven liggen, ik ben nog even bezig” en “nee, nee, ik ben nog niet klaar, ontspan je maar, je gaat eraan wennen” aan die [slachtoffer 1] toe te voegen
- niet te stoppen en op te houden toen die [slachtoffer 1] hem (huilend) vroeg en smeekte om op te houden en te stoppen;
4
hij in de periode van 1 juli 2024 tot en met 31 augustus 2024 te Assen en [plaats] en [plaats] , [getuige ] seksuele handelingen die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam heeft laten verrichten en ondergaan, met en door een persoon, te weten [slachtoffer 1] , te weten het
  • stoppen en duwen van de penis van die [getuige ] in de mond van die [slachtoffer 1] en (vervolgens) pijpen van die [getuige ] door die [slachtoffer 1]
  • aftrekken van de penis van die [getuige ] door die [slachtoffer 1]
  • duwen en stoppen van de penis van die [getuige ] in de vagina van die [slachtoffer 1] en (vervolgens) penetreren van de vagina van die [slachtoffer 1] door die [getuige ]
  • ejaculeren van die [getuige ] over het gezicht en hoofd van die [slachtoffer 1]
  • stoppen en duwen van de vingers van die [getuige ] in de vagina en anus van die [slachtoffer 1] en (vervolgens) vingeren van de vagina en anus van die [slachtoffer 1] door die [getuige ]
terwijl hij, verdachte, wist, dat bij die [slachtoffer 1] daartoe de wil ontbrak.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde levert op:
mensenhandel, meermalen gepleegd
mensenhandel, meermalen gepleegd
verkrachting en opzetverkrachting voorafgegaan door dwang
opzetverkrachting
Ten aanzien van feit 4 gaat de rechtbank uit van een eendaadse samenloop met feit 1.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.
Strafmotivering
Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van de feiten 1, 2, 3 en 4 wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 48 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaren. Aan het voorwaardelijk strafdeel dienen als bijzondere voorwaarden te worden verbonden een meldplicht, ambulante behandeling en een contactverbod met aangeefster [slachtoffer 1] .
Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft gelet op de bepleite integrale vrijspraak geen strafmaatverweer gevoerd.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting en het Pro Justitia rapport d.d. 25 juli 2025, opgemaakt door D.R. van der Velden, GZ-psycholoog en het advies van Reclassering Nederland van 30 september 2025, het uittreksel uit de justitiële documentatie van 25 september 2025, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
Ernst van de feiten
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen. Verdachte heeft zich op diverse momenten in de periode van 1 januari 2013 tot en met 14 juli 2018 en in de periode van 1 januari 2022 tot en met 31 augustus 2024 schuldig gemaakt aan mensenhandel ten aanzien van slachtoffers [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1] , destijds zijn partners. Verdachte heeft misbruik gemaakt van de kwetsbare positie waarin zij verkeerden, van hun verliefdheid op hem en hij heeft hen (seksueel) uitgebuit. Verdachte was daarbij dwingend, hij had overwicht en stimuleerden hen uiteindelijk tot betaalde seks met een derde man.
De beide slachtoffers konden zich niet aan zijn overwicht onttrekken. Mensenhandel is een zeer vergaande en ontluisterende manier van uitbuiting waarbij de gevolgen voor het slachtoffer zeer ingrijpend zijn. Door aldus te handelen heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan ernstig strafbare feiten waarbij hij, met miskenning van de lichamelijke en geestelijke integriteit van de slachtoffers, financieel gewin en zijn eigen seksuele gerief op de voorgrond heeft gesteld. De ervaring leert dat slachtoffers van dergelijke feiten nog gedurende lang tijd de psychische en emotionele schade ondervinden. Dat dit bij de beide slachtoffers ook het geval is, blijkt wel uit de door hen ter terechtzitting voorgelezen schriftelijke slachtofferverklaringen.
De rechtbank rekent verdachte deze feiten dan ook zwaar aan.
Daarnaast heeft verdachte zich tijdens zijn relatie met [slachtoffer 1] meermalen schuldig gemaakt aan (opzet)verkrachting. Verdachte heeft op geen enkele manier respect getoond voor de grenzen van zijn ex- partner [slachtoffer 1] en heeft haar lichamelijke integriteit ernstig geschaad. Ook deze feiten rekent de rechtbank verdachte aan.
Persoon van verdachte
Voorts heeft de rechtbank kennis genomen van voornoemd Pro Justitia psychologisch rapport. In dit rapport is - onder meer - weergegeven dat verdachte een disharmonisch begaafde man is met
disfunctionele persoonlijkheidstrekken, borderline, afhankelijke en narcistische trekken die zich overwegend situeren in de intieme partnerrelatie. Deze disfunctionele persoonlijkheidstrekken lijken echter niet dusdanig beperkend dat vanuit huidig onderzoek gesproken kan worden over de aanwezigheid van een persoonlijkheidsstoornis. Hoewel er aanwijzingen zijn voor het bestaan van een parafiele stoornis kan deze stoornis in het huidig psychologisch onderzoek niet met zekerheid gesteld noch uitgesloten worden. Verdachte is zich cognitief goed bewust van de strafbaarheid van het tenlastegelegde (inschattingsvermogen). De remming van zijn seksuele lust/sterke spanningszoekende drift voor jongere, kwetsbare meisjes schiet tekort (sturingsvermogen) en zijn deviante drang is groot, te begrijpen vanuit de combinatie van aanwezige disfunctionele persoonlijkheidstrekken en de parafiele stoornis. Doorwerking van de disfunctionele persoonlijkheidsproblematiek en in het verlengde hiervan. Een verminderde mate van toerekenen is niet ondenkbaar. Er zijn geen gronden om een advies voor forensische ondersteuning/behandeling in een strafrechtelijk kader uit te brengen, vanwege het verwachte beneden gemiddeld recidiverisico op vergelijkbaar seksueel delictgedrag.
Reclassering Nederland merkt in voornoemd advies op dat zij de risicos op geweldsrecidive niet kunnen inschatten, onder andere vanwege de ontkennende proceshouding van verdachte. Daarnaast is sprake van een langdurig en ernstig delictgedrag. De psycholoog heeft geconcludeerd dat zijn deviante drang groot is. Daarbij toont verdachte geen enkele zelfreflectie en behandeling kan helpen bij het vergroten van zijn zelfinzicht. De reclassering adviseert daarom oplegging van een (deels) voorwaardelijke straf met als bijzondere voorwaarden een meldplicht, ambulante behandeling en een contactverbod met de slachtoffers.
De op te leggen straf
De rechtbank is van oordeel dat met name gelet op de aard en de ernst van de bewezen verklaarde mensenhandel volgt dat uit het oogpunt van normhandhaving en vergelding slechts kan worden volstaan met een onvoorwaardelijke gevangenisstaf van langere duur.
De rechtbank heeft daarbij acht geslagen op de LOVS-oriëntatiepunten voor straftoemeting mensenhandel en merkt deze zaak aan als een categorie II-zaak.
Er is sprake geweest van een grote inbreuk op de grondrechten en autonomie van de slachtoffers, de slachtoffers konden zich niet zomaar onttrekken aan de situatie en er was sprake van overwicht. Voor categorie II geldt een oriëntatiepunt van 14 maanden onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor een bewezenverklaarde periode, variërend van een dag/dagen tot enkele maanden. Omdat in deze zaak sprake is van het tweemaal plegen van menshandel, een langere bewezen verklaarde periode en de veroordeling naast mensenhandel ook ziet op (opzet)verkrachting en verkrachting van het slachtoffer [slachtoffer 1] door een derde, ziet de rechtbank aanleiding om de duur van de gevangenisstraf te verhogen.
Verder laat de rechtbank meewegen dat verdachte ter terechtzitting geen enkel inzicht heeft getoond in het verwerpelijke van zijn handelen en daarvoor geen verantwoordelijkheid heeft genomen. Sterker nog, verdachte legt de schuld geheel bij aangeefsters. Zo verwijt hij [slachtoffer 1] dat zij een onjuiste verklaring tegen hem heeft afgelegd omdat zij daarmee een urgentieverklaring en voorrang voor een woning zou willen krijgen.
Alles afwegende acht de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van 5 jaren, met aftrek van de tijd die verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht, passend en geboden.
De rechtbank ziet af van een voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden, omdat verdachte niet gemotiveerd is om aan behandeling mee te werken. Het verplicht opleggen van een behandeling zal naar het oordeel van de rechtbank het recidive risico dan ook niet verder inperken.
De rechtbank ziet gelet op de duur van de op te leggen gevangenisstraf eveneens af van het opleggen van een contactverbod met aangeefster [slachtoffer 1] . Aangeefster [slachtoffer 2] heeft dit verzoek ingetrokken. Op het moment dat verdachte in aanmerking komt voor voorwaardelijke invrijheidstelling (die
als doel heeft de kans op herhaling van het plegen van strafbare feiten te verminderen) kunnen eventuele bijzondere voorwaarden worden opgelegd die specifiek zijn afgestemd op de op de op dat moment relevante situatie (waaronder behandeling of een contactverbod).
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan verdachte voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering.

Benadeelde partij

De volgende personen hebben zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding:
1. [slachtoffer 1] , bijgestaan door mr. M.M. Wiersema advocaat te Assen, tot een bedrag van
20.000,- ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan;
2. [ [slachtoffer 2] , bijgestaan door mr. dr. M.M. Scholten advocaat te Groningen, tot een bedrag van 26.000,- ter vergoeding van materiële schade en 30.000,- ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vorderingen van de beide benadeelde partijen volledig kunnen worden toegewezen inclusief wettelijke rente en de schadevergoedingsmaatregel.
Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat de vorderingen van de benadeelde partijen niet- ontvankelijk dienen te worden verklaard gelet op de bepleite vrijspraak.
Door de verdediging is geen subsidiair standpunt ingenomen.
Oordeel van de rechtbank
Ten aanzien van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij immateriële schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van hetgeen onder feiten 1, 3 en 4 bewezen is verklaard. Gelet op de bedragen die in soortgelijke zaken worden toegekend als schadevergoeding en rekening houdend met de zogenoemde Rotterdamse schaal, specifiek de categorie mensenhandel en verkrachting, oordeelt de rechtbank dat een vergoeding van 15.000,- billijk is. De rechtbank zal de vordering tot dit bedrag toewijzen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 30 november 2024. De vordering zal voor het overige deel worden afgewezen.
Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.
Ten aanzien van de benadeelde partij [slachtoffer 2]
De rechtbank is van oordeel dat niet voldoende is komen vast te staan dat de door de benadeelde partij gevorderde materiële schade van 26.000,- (de gestelde door verdachte ontvangen geldbedragen uit de seksuele uitbuiting van [slachtoffer 2] ) een rechtstreeks gevolg is van hetgeen onder feit 2 bewezen is verklaard. Op basis van het dossier kan immers niet vastgesteld worden dat aangeefster met meer dan één man seksafspraken heeft gehad. De vordering zal daarom in zoverre worden afgewezen.
Naar het oordeel van de rechtbank is wel voldoende komen vast te staan dat de benadeelde partij als gevolg van het onder feit 2 bewezen verklaarde immateriële schade heeft geleden.
Aan de wettelijke vereisten genoemd in artikel 6:106 van het Burgerlijk Wetboek (BW), is voldaan. Door de gedragingen van verdachte is de lichamelijke integriteit van de benadeelde partij geschonden. Het gevorderde bedrag is gebaseerd op uitbuiting gedurende een periode van 5,5 jaar waarbij zij met 30 tot 50 mannen seks heeft moeten hebben en voor de webcam heeft moeten zitten. Nu de rechtbank echter komt tot een andere, beperktere bewezenverklaring zal zij gebruik maken van de schattingsbevoegdheid als bedoeld in artikel 6:97 BW. De rechtbank houdt rekening met de aard en de ernst van het feit en de bedragen die in vergelijkbare zaken worden toegewezen. Naar maatstaven van billijkheid zal zij de immateriële schade op een bedrag van 5.000,- vaststellen. De rechtbank zal de vordering tot dit bedrag toewijzen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 14 juli 2018. De vordering zal voor het overige deel worden afgewezen.
Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.

Beslag

De rechtbank acht de inbeslaggenomen zwarte lumix fotocamera, de zwarte geheugenkaart en de grijze Peaq computer vatbaar voor verbeurdverklaring omdat het voorwerpen betreffen met behulp van welke de bewezenverklaarde feiten 1, 3 en 4 zijn begaan.
De overige inbeslaggenomen voorwerpen, te weten een scandisk A1 geheugenkaart, een scandisk M2 geheugenkaart, een Kingston geheugenkaart, een grijze Philips computer/geheugenkaart, een zwarte computer, een bruine USB stick, een zwarte scandisk Ultra, een zwarte apple Iphone, een zwarte tablet, een zwarte huawei telefoon, een zwart fotoalbum, een scandisk geheugenkaart, een USB stick, een medion computer en een roze samsung telefoon, kunnen worden teruggegeven aan de rechthebbende, te weten verdachte. De roze samsung telefoon is van aangeefster [slachtoffer 1] en zal aan haar terug gegeven moeten worden.
Toepassing van wetsartikelen
De rechtbank heeft gelet op de artikelen 33, 33a, 36f, 55, 57, 242 (oud), 243 (nieuw) en 273f van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart het onder feiten 1, 2, 3 en 4 ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:

een gevangenisstraf voor de duur van 5 jaren.

Beveelt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf, geheel in mindering zal worden gebracht.
Ten aanzien van feiten 1, 3 en 4
Wijst de vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 1]toe tot het hierna te noemen bedrag en veroordeelt verdachte om aan
[slachtoffer 1]te betalen:
  • een bedrag van 15.000,- (zegge: vijftienduizend euro);
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 30 november 2024 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Wijst de vordering voor het overige af.
Legt aan verdachte de verplichting op om ten behoeve van
[slachtoffer 1]aan de Staat te betalen een bedrag van 15.000,- (zegge: vijftienduizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 30 november 2024 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit immateriële schade.
Bepaalt dat bij gebreke van volledig verhaal van de betalingsverplichting aan de Staat gijzeling voor de duur van 135 dagen kan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat als verdachte voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
Ten aanzien van feit 2
Wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] toe tot het hierna te noemen bedrag en veroordeelt verdachte om aan [slachtoffer 2] te betalen:
  • een bedrag van 5.000,- (zegge: vijfduizend euro);
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 14 juli 2018 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Wijst de vordering voor het overige af.
Legt aan verdachte de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer 2] aan de Staat te betalen een bedrag van 5.000,- (zegge: vijfduizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 14 juli 2018 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit immateriële schade.
Bepaalt dat bij gebreke van volledig verhaal van de betalingsverplichting aan de Staat gijzeling voor de duur van 60 dagen kan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat als verdachte voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.

Verklaart verbeurd de in beslag genomen:

  • zwarte lumix fotocamera;
  • zwarte geheugenkaart en
  • grijze Peaq computer.
Gelast de teruggaveaan de rechthebbende van de in beslag genomen en nog niet teruggegeven:
  • scandisk A1 geheugenkaart;
  • scandisk M2 geheugenkaart;
  • Kingston geheugenkaart;
  • grijze Philips computer/geheugenkaart;
  • zwarte computer;
  • bruine USB stick;
  • zwarte scandisk Ultra;
  • zwarte apple Iphone;
  • zwarte tablet;
  • zwarte huawei telefoon;
  • zwart fotoalbum;
  • scandisk geheugenkaart;
  • USB stick;
  • medion computer;
  • roze samsung telefoon;
Dit vonnis is gewezen door mr. O.J. Bosker, voorzitter, mr. S.T. Kooistra en mr. M.B.W. Venema, rechters, bijgestaan door mr. H. Wachtmeester-Koning, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 25 november 2025.
Mr. S.T. Kooistra en de griffier zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.

Bijlage

Aan verdachte is, na wijziging van de tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1
hij op momenten in of omstreeks de periode van 1 januari 2022 tot en met 31 augustus 2024 te Assen en/of [plaats] en/of [plaats] en/of [plaats] , althans in Nederland
A) een ander, te weten [slachtoffer 1] , (telkens) door dwang, en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en/of door misbruik van een kwetsbare positie
  • heeft vervoerd en/of overgebracht met het oogmerk van seksuele uitbuiting van die [slachtoffer 1] (sub 1°) en/of
  • heeft gedwongen en/of bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van diensten van seksuele aard dan wel onder die omstandighe(i)d(en) enige handeling(en) heeft ondernomen waarvan verdachte wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [slachtoffer 1] zich
daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van diensten van seksuele aard (sub 4°) en/of
  • heeft gedwongen dan wel bewogen verdachte te bevoordelen uit de opbrengst van haar, [slachtoffer 1] , seksuele handelingen met en/of voor een derde (sub 9°) en/of B) (telkens) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de seksuele uitbuiting van die ander, te weten [slachtoffer 1] , (sub 6°), immers is/heeft hij, verdachte
  • met die [slachtoffer 1] een (liefdes)relatie aangegaan en/of gehad en/of
  • online advertenties geplaatst waarbij die [slachtoffer 1] werd aangeboden voor het verrichten van seksuele handelingen en/of
  • die [slachtoffer 1] er toe gedwongen en/of bewogen om seksuele handelingen te verrichten voor de webcam en/of afspraken daartoe gemaakt met een of meer andere mannen en/of
  • zich tijdens seksuele chatgesprekken met mannen voorgedaan als die
[slachtoffer 1] en/of contact opgenomen en/of onderhouden met een of meerdere mannen en/of
  • afspraken met mannen gemaakt teneinde die [slachtoffer 1] seksuele handelingen te laten verrichten bij en/of met een of meerdere mannen en/of
  • die [slachtoffer 1] vervoerd naar afspraken teneinde haar seks te laten hebben tegen betaling met (een) andere man(nen) en/of
  • meerdere malen, althans eenmaal (op dwingende en/of dreigende wijze) aan die [slachtoffer 1] kenbaar gemaakt dat:
· die [slachtoffer 1] uiteraard alles voor honderd procent moet accepteren en niets mag weigeren als ze in een parenclub zijn
· hij er absoluut geld aan wil verdienen als hij aangeefster laat nemen door een groep mannen
· die [slachtoffer 1] nooit iets aan hem mag weigeren als ze bij andere mannen zijn en ze dat moet accepteren en/of
  • meerdere malen, althans eenmaal, (anderszins) aan die [slachtoffer 1] kenbaar gemaakt dat die [slachtoffer 1] (tegen betaling) seksuele handelingen met en/of bij een ander moest verrichten en/of die [slachtoffer 1] ertoe gedwongen en/of bewogen om (tegen betaling) seksuele handelingen met en/of bij een ander te verrichten en/of
  • opzettelijk voordeel getrokken uit deze situatie doordat hij, verdachte, meerdere malen althans eenmaal, giften (zoals cadeaus en/of lingeriesetjes en/of kleding), (contante) gelden en/of de betaling van de toegang tot een of meer parenclub(s) en/of sauna('s) van een of
meerdere mannen in ontvangst heeft genomen Terwijl die [slachtoffer 1] sociaal geïsoleerd was door hem, verdachte en/of (daardoor) gemakkelijk te beïnvloeden was en/of zich (aldus) in een
kwetsbare positie bevond en/of hij, verdachte, (aldus) heeft bewerkstelligd dat die [slachtoffer 1] van hem afhankelijk was;
2
hij op momenten in of omstreeks de periode van 1 januari 2013 tot en met 14 juli 2018 te [plaats] en/of [plaats] en/of Limburg en/of [plaats] , althans in Nederland
A. een ander, te weten [slachtoffer 2] , (telkens) door dwang en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en/of door misbruik van een kwetsbare positie
  • heeft vervoerd en/of overgebracht met het oogmerk van seksuele uitbuiting van die [slachtoffer 2] (sub 1°) en/of
  • heeft gedwongen en/of bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid of diensten van seksuele aard dan wel onder die omstandighe(i)d(en) enige handeling(en) heeft ondernomen waarvan verdachte wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [slachtoffer 2] zich
daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van arbeid of diensten van seksuele aard (sub 4°) en/of
- heeft gedwongen dan wel bewogen verdachte te bevoordelen uit de opbrengst van haar, [slachtoffer 2] , seksuele handelingen met en/of voor een derde (sub 9°) en/of
(telkens) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de seksuele uitbuiting van die ander, te weten [slachtoffer 2] , (sub 6°), immers is/heeft hij, verdachte
  • met die [slachtoffer 2] een (liefdes)relatie aangegaan en/of gehad en/of
  • online advertenties geplaatst waarbij die [slachtoffer 2] werd aangeboden voor het verrichten van seksuele handelingen en/of
  • die [slachtoffer 2] er toe gedwongen en/of bewogen om seksuele handelingen (met een onbekend gebleven vrouw) te verrichten voor de webcam en/of afspraken daartoe gemaakt met een of meer andere mannen en/of
  • zich tijdens seksuele chatgesprekken met mannen voorgedaan als die [slachtoffer 2] en/of contact opgenomen en/of onderhouden met een of meerdere mannen en/of
  • afspraken met mannen gemaakt teneinde die [slachtoffer 2] seksuele handelingen te laten verrichtten bij en/of met een of meerdere mannen en/of
  • die [slachtoffer 2] vervoerd naar afspraken teneinde haar seks te laten hebben tegen betaling met (een) andere man(nen) en/of
  • opzettelijk voordeel getrokken uit deze situatie doordat hij, verdachte, meerdere malen, althans eenmaal, (contante) gelden en/of de betaling van de toegang tot een of meer parenclub(s) van een of meerdere mannen in ontvangst heeft genomen
Terwijl die [slachtoffer 2] sociaal geïsoleerd was door hem en/of (daardoor) gemakkelijk te beïnvloeden was en/of zich (aldus) in een kwetsbare positie bevond en/of hij, verdachte, (aldus) heeft bewerkstelligd dat die [slachtoffer 2] van hem afhankelijk was;
3
hij op momenten in of omstreeks de periode van 1 november 2017 tot en met 30 juni 2024 te Assen, althans in Nederland door (een) feitelijkhe(i)d(en), [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot het ondergaan van een of meer handelingen die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 1] , te weten het meermalen, althans eenmaal
  • inbrengen en/of duwen van een eendenbek in de vagina van die [slachtoffer 1]
  • afbinden van de clitoris van die [slachtoffer 1] en/of (vervolgens) die clitoris (pogen) te laten opzwellen
  • inbrengen en/of duwen van een seksspeeltje in de vagina van die [slachtoffer 1] , terwijl dat seksspeeltje (vervolgens) elektrische schokken aan die [slachtoffer 1] gaf
En bestaande die feitelijkhe(i)d(en) hierin dat hij, verdachte
  • psychische en/of fysieke overmacht/overwicht (voortvloeiende uit het leeftijdsverschil) over die [slachtoffer 1] had en/of heeft uitgeoefend
  • het gezicht en/of de ogen van die [slachtoffer 1] heeft geblinddoekt en/of afgedekt
  • de polsen en/of handen en/of armen en/of enkels en/of voeten van die [slachtoffer 1] heeft vastgebonden (aan een spreidstang)
  • ( dwingend) de woorden “hou even vol” en/of “ik moet dat, het is nog niet gelukt” en/of “ik moet dat wel goed proberen” en/of “nee, ga maar gewoon blijven liggen, ik ben nog even bezig” en/of “nee, nee, ik ben nog niet klaar, ontspan je maar, je gaat eraan wennen” aan die [slachtoffer 1] heeft toegevoegd
  • boos op die [slachtoffer 1] is geworden en/of die [slachtoffer 1] (voor een aantal dagen) heeft genegeerd wanneer zij geen seks met hem wilde hebben en/of niet deed wat hij wilde
  • niet is gestopt en/of opgehouden toen die [slachtoffer 1] hem (huilend) vroeg en/of smeekte om op te houden en/of te stoppen
En hij, verdachte, op momenten in of omstreeks de periode van 1 juli 2024 tot en met 30 november 2024 te Assen, althans in Nederland met een persoon, te weten [slachtoffer 1] , een of meer seksuele handelingen die bestonden of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam heeft verricht, te weten het meermalen, althans eenmaal
  • inbrengen en/of duwen van een eendenbek in de vagina van die [slachtoffer 1]
  • afbinden van de clitoris van die [slachtoffer 1] en/of (vervolgens) die clitoris (pogen) te laten opzwellen
  • inbrengen en/of duwen van een seksspeeltje in de vagina van die [slachtoffer 1] , terwijl dat seksspeeltje (vervolgens) elektrische schokken aan die [slachtoffer 1] gaf
Terwijl hij, verdachte, wist dat bij die [slachtoffer 1] daartoe de wil ontbrak en welke opzetverkrachting werd voorafgegaan, vergezeld van en/of gevolgd door dwang, door
- psychische en/of fysieke overmacht/overwicht (voortvloeiende uit het leeftijdsverschil) over die [slachtoffer 1] te hebben en/of uit te oefenen
  • het gezicht en/of de ogen van die [slachtoffer 1] te blinddoeken en/of af te dekken
  • de polsen en/of handen en/of armen en/of enkels en/of voeten van die [slachtoffer 1] vast te binden (aan een spreidstang)
  • ( dwingend) de woorden “hou even vol” en/of “ik moet dat, het is nog niet gelukt” en/of “ik moet dat wel goed proberen” en/of “nee, ga maar gewoon blijven liggen, ik ben nog even bezig” en/of “nee, nee, ik ben nog niet klaar, ontspan je maar, je gaat eraan wennen” aan die [slachtoffer 1] toe te voegen
  • boos op die [slachtoffer 1] te worden en/of die [slachtoffer 1] (voor een aantal dagen) te negeren wanneer zij geen seks met hem wilde hebben en/of niet deed wat hij wilde
  • niet te stoppen en/of op te houden toen die [slachtoffer 1] hem (huilend) vroeg en/of smeekte om op te houden en/of te stoppen;
4
hij in of omstreeks de periode van 1 juli 2024 tot en met 31 augustus 2024 te Assen en/of [plaats] en/of [plaats] , althans in Nederland, [getuige ] een of meer seksuele handelingen die bestonden of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam heeft laten verrichten en/of ondergaan, met en/of door een persoon, te weten [slachtoffer 1]
, te weten het meermalen althans eenmaal
  • stoppen en/of duwen van de penis van die [getuige ] in de mond van die [slachtoffer 1] en/of (vervolgens) pijpen van die [getuige ] door die [slachtoffer 1]
  • aftrekken van de penis van die [getuige ] door die [slachtoffer 1]
  • duwen en/of stoppen van de penis van die [getuige ] in de vagina van die [slachtoffer 1] en/of (vervolgens) penetreren van de vagina van die [slachtoffer 1] door die [getuige ]
  • ejaculeren van die [getuige ] over het gezicht en/of hoofd van die [slachtoffer 1]
  • stoppen en/of duwen van de vingers van die [getuige ] in de vagina en/of anus van die [slachtoffer 1] en/of (vervolgens) vingeren van de vagina en/of anus van die [slachtoffer 1] door die [getuige ]
terwijl hij, verdachte, wist, althans ernstige reden had om te vermoeden dat bij die [slachtoffer 1] daartoe de wil ontbrak.
1. HR 27 oktober 2009, ECLI:NL:HR:2009:BI7099 (Chinese Horeca); HR 24 november 2015,