ECLI:NL:RBNNE:2025:4885

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
1 december 2025
Publicatiedatum
1 december 2025
Zaaknummer
18.144200.25
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor witwassen en heling van gestolen voertuigen

Op 1 december 2025 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van witwassen en heling van gestolen voertuigen. De verdachte, geboren in 1984, werd beschuldigd van het verwerven, voorhanden hebben en overdragen van goederen waarvan hij en zijn mededaders wisten dat deze van misdrijf afkomstig waren. Het onderzoek begon na een ANPR-melding van een voertuig dat in verband werd gebracht met ondermijnende criminaliteit. Tijdens de surveillance werden meerdere voertuigen aangetroffen in een loods, waarvan bleek dat ze gestolen waren. De verdachte ontkende betrokkenheid bij de criminele activiteiten en stelde dat hij alleen had geholpen met vertalen. De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van 18 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan medeplegen van zowel witwassen als heling, en legde een gevangenisstraf van 18 maanden op, met een voorwaardelijk deel van 6 maanden en een proeftijd van 2 jaren. De rechtbank sprak de verdachte vrij van het witwassen van een klein geldbedrag, omdat dit niet bewezen kon worden.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Afdeling strafrecht
Locatie Groningen
parketnummer 18.144200.25
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 1 december 2025 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte
[verdachte] ,
geboren op [geboortedatum] 1984 te [geboorteplaats] , wonende te [adres] ,

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 3 november 2025. Verdachte is verschenen. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. P. van der Vliet.

2.Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1
hij op of omstreeks 8 januari tot en met 26 februari 2025 te Nieuwe Pekela, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
  • een Land Rover, type Range Rover,
  • een Mercedes, type G63 lang,
  • een Mercedes, type G63 lang Brabus ombouw,
  • een Volkswagen, type Touareg R-line,
  • een Volkswagen, type ID7 Tourer GTX, en/of
  • een Volvo, type XC60 D4,
althans een goed, heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij en zijn mededader(s) ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed/deze goederen wist(en), althans redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden, dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
2
hij op of omstreeks 8 januari tot en met 26 februari 2025 te Nieuwe Pekela, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
  • een geldbedrag (van in totaal ongeveer 250,-),
  • een Land Rover, type Range Rover,
  • een Mercedes, type G63 lang,
  • een Mercedes, type G63 lang Brabus ombouw,
  • een Volkswagen, type Touareg R-line,
  • een Volkswagen, type ID7 Tourer GTX, en/of
  • een Volvo, type XC60 D4,
althans een voorwerp, heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen, heeft omgezet en/of heeft gebruikt, en/of van voorwerpen de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding, de verplaatsing heeft verborgen en/of verhuld, en/of heeft verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende op een voorwerp was, en/of heeft verborgen en/of verhuld wie een voorwerp voorhanden heeft gehad, door
  • de Land Rover, type Range Rover, te voorzien van valse kentekenplaten,
  • de Mercedes, type G63 lang Brabus ombouw, te voorzien van een vals chassisnummer, althans een chassisnummer dat niet bij dit voertuig hoort,
  • de Volkswagen, type Touareg R-line, te voorzien van een valse kentekenplaat,
  • de Volkswagen, type ID7 Tourer GTX, te voorzien van valse kentekenplaten en/of van een vals chassisnummer, althans een chassisnummer dat niet bij dit voertuig hoort, en/of
  • de Volvo, type XC60 D4, te voorzien van valse kentekenplaten, terwijl hij en/of zijn mededader(s) wist(en), dan wel redelijkerwijs moest(en) vermoeden, dat dat/die voorwerp(en) en/of geldbedrag(en) - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig (eigen) misdrijf;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
[medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] , althans een of meer anderen, op of omstreeks 8 januari tot en met 26 februari 2025 te Nieuwe Pekela, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
  • een Land Rover, type Range Rover,
  • een Mercedes, type G63 lang,
  • een Mercedes, type G63 lang Brabus ombouw,
  • een Volkswagen, type Touareg R-line,
  • een Volkswagen, type ID7 Tourer GTX, en/of
  • een Volvo, type XC60 D4,
althans een voorwerp, heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen, heeft omgezet en/of heeft gebruikt, en/of van voorwerpen de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding, de verplaatsing heeft verborgen en/of verhuld, en/of heeft verborgen en/of verhuld wie de
rechthebbende op een voorwerp was, en/of heeft verborgen en/of verhuld wie een voorwerp voorhanden heeft gehad, door
  • de Land Rover, type Range Rover, te voorzien van valse kentekenplaten,
  • de Mercedes, type G63 lang Brabus ombouw, te voorzien van een vals chassisnummer, althans een chassisnummer dat niet bij dit voertuig hoort,
  • de Volkswagen, type Touareg R-line, te voorzien van een valse kentekenplaat,
  • de Volkswagen, type ID7 Tourer GTX, te voorzien van valse kentekenplaten en/of van een vals chassisnummer, althans een chassisnummer dat niet bij dit voertuig hoort, en/of
  • de Volvo, type XC60 D4, te voorzien van valse kentekenplaten,
terwijl die [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] , althans die anderen, wist(en), dan wel redelijkerwijs moest(en) vermoeden, dat dat/die voorwerp(en) en/of geldbedrag(en) - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig (eigen) misdrijf, bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte opzettelijk behulpzaam is geweest en/of gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door
  • werkzaamheden te verrichten aan die voertuigen,
  • zijn eigen voertuig uit te lenen,
  • voertuigen in zijn loods te stallen, en/of
  • contact te hebben met de verhuurders van de verblijfplaatsen van die [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] , althans anderen;
3
hij op of omstreeks 26 februari tot en met 7 april 2025 te Drachten, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
- een Land Rover, type Range Rover,
althans een goed, heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij en zijn mededader(s) ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed/deze goederen wist(en), althans redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden, dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof.
3
Beoordeling van het bewijs
3.1
Inleiding
Op 26 februari 2025 zagen verbalisanten tijdens een algemene surveillance dat een [kenteken] met kenteken [kenteken] een ANPR-melding genereerde, omdat het voertuig in verband werd gebracht met ondermijnende criminaliteit. Verbalisanten volgden de Volvo en kwamen uit bij de parkeerplaats van een hotel te Drachten. Aldaar zagen zij dat een Range Rover met Duits kenteken [kenteken] vanaf ongeveer dezelfde locatie op de parkeerplaats vertrok. Omdat de kentekengegevens niet overeenkwamen met het bouwjaar van het voertuig, besloten de verbalisanten ook dit voertuig te volgen, hetgeen hen bracht bij een terrein met loodsen in Nieuwe Pekela. Op dat terrein troffen de verbalisanten de eerder gevolgde Volvo geparkeerd aan voor één van de loodsen. Vanuit deze loods waren geluiden hoorbaar die duidden op werkzaamheden. De verbalisanten hebben daarop de loods betreden, waar zij vijf van misdrijf afkomstige voertuigen en drie mannen in werkkleding aantroffen.
Deze bevindingen1 vormden het startpunt van het daaropvolgende opsporingsonderzoek. Tijdens dit onderzoek werd ook een vierde verdachte geïdentificeerd, wat leidde tot de ontdekking van een tweede loods in Drachten. In deze loods werd een voertuig aangetroffen dat sinds 26 februari 2025 als gestolen stond geregistreerd.2 De resultaten van het onderzoek hebben uiteindelijk geleid tot de vervolging van onder andere de verdachte ter zake van witwassen en heling.
3.2
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd voor het onder 1, onder 2 primair en onder 3 ten laste gelegde.
Ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde heeft zij daartoe in het bijzonder aangevoerd dat onder verdachte een geldbedrag van 250,- is aangetroffen en dat hiervoor geen legale bron aan is te wijzen. De verklaring van verdachte, dat dit reisgeld betrof, is volgens de officier van justitie gelet op de omstandigheden waaronder verdachte is aangetroffen ongeloofwaardig.
3.3
Standpunt van verdachte
Verdachte heeft betoogd hij moet worden vrijgesproken van de ten laste gelegde feiten. Hij heeft hiertoe aangevoerd dat hij geen wetenschap had van hetgeen zich afspeelde in de loods in Nieuwe Pekela. Verdachte verklaart dat hij alleen door medeverdachten is gevraagd om te helpen met vertalen, omdat hij als enige de Nederlandse taal machtig is. Verdachte betoogt dat hij de medeverdachten niet kent en ook dat hij niet wist waar zij zich mee bezighielden.
Wat betreft de auto die in zijn garage in de loods in Drachten werd aangetroffen, stelt verdachte dat deze daar toevallig stond, zoals hij vaker auto's in zijn garage had staan. Verdachte benadrukt dat hij geen opzet heeft gehad om deel te nemen aan criminele activiteiten en dat hij geen financieel voordeel heeft behaald.
3.4
Oordeel van de rechtbank
3.4.1
Vrijspraak witwassen van een geldbedrag
De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen dat het onder verdachte aangetroffen geldbedrag van enig misdrijf afkomstig is en zal verdachte vrijspreken van de verdenking van het witwassen van dit bedrag.
De rechtbank leidt uit het dossier en het onderzoek ter terechtzitting af dat bij de aanhouding van verdachte een contant geldbedrag van 250,- is aangetroffen en in beslag genomen. Een geldbedrag van deze grootte acht de rechtbank op zichzelf niet zodanig dat daaruit een vermoeden van witwassen ontstaat. De rechtbank zal verdachte daarom vrijspreken van het witwassen van voornoemd geldbedrag.
3.4.2
Bewezenverklaring feiten 1 en 2
Op grond van het dossier en het ter terechtzitting verhandelde komt de rechtbank tot een bewezenverklaring van medeplegen van zowel witwassen als heling. Gelet echter op de omstandigheden waaronder deze gedragingen hebben plaatsgevonden en de nauwe verwevenheid daarvan, acht de rechtbank de feiten aan te merken als een eendaadse samenloop in de zin van artikel 55 Sr. Als gevolg hiervan komen de bewijsmiddelen waarop de rechtbank haar oordeel baseert voor beide bewezen verklaarde feiten in hoge mate overeen en hebben grotendeels betrekking op dezelfde feiten en omstandigheden.
De rechtbank overweegt, op grond van de hierna in de voetnoten vermelde bewijsmiddelen,3 het volgende.
Witwassen
Voor een bewezenverklaring van witwassen is vereist dat vast komt te staan dat de voorwerpen waarop de verdenking van witwassen betrekking heeft middellijk of onmiddellijk uit enig misdrijf afkomstig zijn en dat verdachte dat wist dan wel redelijkerwijs had moeten vermoeden. Aan verdachte is het medeplegen van het witwassen van zes voertuigen ten laste gelegd. De rechtbank stelt aan de hand van het strafdossier vast dat al deze voertuigen als afkomstig van enig misdrijf kunnen worden aangemerkt.4
Wetenschap
De rechtbank is voorts van oordeel dat het, gelet op de feiten en omstandigheden, niet anders kan zijn dan dat verdachte en zijn medeverdachten wisten dat hun handelingen betrekking hadden op voorwerpen die van misdrijf afkomstig waren. Deze conclusie vindt steun in de aangetroffen grote hoeveelheid valse kentekenplaten, vervalste voertuigidentificatienummers (VIN-nummers), voertuigen met ingeslagen chassisnummers die gestolen of niet (meer) traceerbaar bleken, printplaten en specialistisch gereedschap in de loods alsmede meerdere jammers.5 De rechtbank is van oordeel dat de handelingen van verdachte en zijn medeverdachten erop waren gericht het zicht te ontnemen op de criminele herkomst van de voertuigen en op de werkelijke rechthebbenden daarvan. Deze handelingen waren ook geschikt om dat doel te bereiken. De voertuigen konden immers enkel na uitgebreid onderzoek onder meer aan de hand van voertuigidentificatienummers worden herleid tot de oorspronkelijke voertuigen.6 De voertuigen waren veelal voorzien van valse kentekenplaten en valselijk aangebrachte of verwijderde VIN-nummers, waardoor zij zonder nader technisch onderzoek niet meer aan de oorspronkelijke rechtmatige eigenaar konden worden gekoppeld.
Gelet op deze feiten en omstandigheden in onderlinge samenhang, oordeelt de rechtbank dat het niet anders kan zijn dan dat verdachte opzet had op het witwassen van de voertuigen, evenals op de samenwerking met zijn mededaders. Van aanwijzingen voor het tegendeel is niet gebleken, hoewel verdachte herhaaldelijk is gevraagd welke legale werkzaamheden hij bij de loods zou hebben verricht. Een concreet antwoord daarop is telkens uitgebleven.7 De rechtbank zal hierna toelichten waarom zij van medeplegen uitgaat.
Medeplegen
Uit het politie onderzoek blijkt dat op 4 februari 2025 een grijze Ford Fiësta met het kenteken [kenteken] is waargenomen op het terrein van de loods in Nieuwe Pekela.8 Verder onderzoek naar de tenaamstelling van deze Ford heeft uitgewezen dat het voertuig op naam stond van [bedrijf] , het bedrijf van verdachte.9 Daarop hebben opsporingsambtenaren verdachte geobserveerd, hetgeen hen naar een tweede loods aan [adres] heeft geleid. In deze loods werd op 18 maart 2025 een van diefstal afkomstige auto, te weten een Land Rover Range Rover, aangetroffen.10
Verder is onderzoek gedaan naar een telefoon die is aangetroffen in de auto van medeverdachte [medeverdachte 3] . Op deze telefoon stonden afbeeldingen, gemaakt op 11 februari 2025, van twee voertuigen.11 Deze voertuigen waren voorzien van valse kentekenplaten, bleken van
diefstal dan wel verduistering afkomstig en werden op 26 februari aangetroffen in de loods in Nieuwe Pekela.12 Op de afbeeldingen is te zien dat de twee voertuigen in een loods stonden. Verbalisanten hebben onderzoek gedaan naar de locatie van de loods waar deze fotos zijn gemaakt.13 Zij komen tot de conclusie dat de loods zich moet bevinden aan [adres] , alwaar verdachte zijn bedrijf houdt. De rechtbank leidt hieruit af dat twee van de gestolen dan wel verduisterde voertuigen die in de loods in Nieuwe Pekela zijn aangetroffen, eerder ook aanwezig zijn geweest in de loods aan [adres] , waar verdachte zijn bedrijf exploiteerde.14 Verdachte heeft hierover bij de politie verklaard dat hij in opdracht voor een onbekend gebleven persoon kleine reparatiewerkzaamheden verrichtte aan autos en dat hij autos voor langere tijd in zijn garage stalde.15
Uit nader onderzoek naar dezelfde telefoon die bij [medeverdachte 3] is aangetroffen, is tevens gebleken dat met het toestel diverse zoekopdrachten via Google Maps zijn uitgevoerd, onder andere naar de locatie [adres] .16 Dit bleek het adres te zijn van een vakantiewoning. De verhuurster van deze woning verklaarde dat zij contact heeft gehad met een persoon die gebruik maakte van het telefoonnummer [telefoonnummer] .17 Uit onderzoek bleek dat dit telefoonnummer staat geregistreerd aan de gebruiker [bedrijf] , het bedrijf van verdachte.18
De rechtbank leidt uit de feiten en omstandigheden die blijken uit bovenstaande bewijsmiddelen af dat sprake is geweest van nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en zijn medeverdachten. Deze samenwerking was gericht op het verhullen van de herkomst van gestolen voertuigen. De gedragingen van de verdachten waren op elkaar afgestemd, met een rolverdeling waarbij ieder een essentieel onderdeel van het witwasproces voor zijn rekening nam. De rechtbank oordeelt dat gelet daarop het niet anders kan zijn dan dat verdachte opzet had op het witwassen van de voertuigen, evenals op de samenwerking met zijn mededaders.
Van aanwijzingen voor het tegendeel is niet gebleken, hoewel verdachte herhaaldelijk om een verklaring is gevraagd. Een concreet antwoord daarop is telkens uitgebleven.19
Alles afwegend acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte en zijn medeverdachten tezamen en in vereniging met anderen zich hebben schuldig gemaakt aan het witwassen van gestolen voertuigen. De rechtbank zal dit feit kwalificeren als in eendaadse samenloop gepleegd met de onder 1 ten laste gelegde heling.
Medeplegen heling
Het rechtbank overweegt hieromtrent - vrijwel conform het reeds overwogene ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde - het volgende.
Het rechtbank overweegt hieromtrent - vrijwel conform het reeds overwogene ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde - het volgende.
De rechtbank heeft reeds vastgesteld dat de voertuigen die op de tenlastelegging staan vermeld afkomstig zijn uit enig misdrijf. Voorts stelt de rechtbank vast dat verdachte, gelet op het bovenstaande, de ten laste gelegde voertuigen voorhanden heeft gehad. Gelet hierop, en in aansluiting op de eerdere bewezenverklaring van witwassen, is de rechtbank van oordeel dat sprake is van medeplegen van heling.
3.4.3
Bewezenverklaring feit 3
De rechtbank stelt vast dat op 18 maart 2025 in de loods van verdachte een personenauto van het merk Land Rover, type Range Rover, is aangetroffen. Het voertuig was voorzien van een valse kentekenplaat ( [kenteken] ) en stond afgedekt onder een doek in het achterste deel van de loods. Dit gedeelte was volledig betimmerd met houten platen, waarachter aluminiumfolie was aangebracht.20 Aan de hand van het chassisnummer is vastgesteld dat het voertuig oorspronkelijk was geregistreerd onder kenteken [kenteken] en dat het in Duitsland als gestolen gesignaleerd stond.21 Opvallend is, dat op 26 februari 2025 dit oorspronkelijke kenteken is aangetroffen bij de loods in Nieuwe Pekela, in de kofferbak van een [kenteken] toebehorend aan
medeverdachte [medeverdachte 3] .22
De rechtbank is voorts van oordeel dat verdachte wist dat het voertuig van misdrijf afkomstig was. Verdachte heeft bij de politie verklaard dat hij slechts bij de eerste keer heeft gecontroleerd of een voertuig dat in zijn loods werd geplaatst van diefstal afkomstig was, en nadien niet meer, waarbij hij heeft aangegeven te begrijpen dat hem daarvan een verwijt kan worden gemaakt.23Gelet op de feiten en omstandigheden acht de rechtbank het ten laste gelegde feit het opzettelijk helen van een voertuig wettig en overtuigend bewezen.

4.Bewezenverklaring

De rechtbank acht het onder 1, onder 2 primair en onder 3 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
1
hij omstreeks 28 januari tot en met 26 februari 2025 te Nieuwe Pekela tezamen en in vereniging met anderen
  • een Land Rover, type Range Rover,
  • een Mercedes, type G63 lang,
  • een Mercedes, type G63 lang Brabus ombouw,
  • een Volkswagen, type Touareg R-line,
  • een Volkswagen, type ID7 Tourer GTX, en
  • een Volvo, type XC60 D4,
voorhanden heeft gehad terwijl hij en zijn mededaders ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van deze goederen wisten dat het door misdrijf verkregen goederen betrof;
2
hij omstreeks 28 januari tot en met 26 februari 2025 te Nieuwe Pekela tezamen en in vereniging met anderen
  • een Land Rover, type Range Rover,
  • een Mercedes, type G63 lang,
  • een Mercedes, type G63 lang Brabus ombouw,
  • een Volkswagen, type Touareg R-line,
  • een Volkswagen, type 1D7 Tourer GTX, en
  • een Volvo, type XC60 D4,
voorhanden heeft gehad, heeft overgedragenen van die voorwerpen de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding, de verplaatsing heeft verborgen en verhuld, en heeft verborgen en verhuld wie de rechthebbende op een voorwerp was, en heeft verborgen en verhuld wie een voorwerp voorhanden heeft gehad, door
  • de Land Rover, type Range Rover, te voorzien van valse kentekenplaten,
  • de Mercedes, type G63 lang Brabus ombouw, te voorzien van een vals chassisnummer, althans een chassisnummer dat niet bij dit voertuig hoort,
  • de Volkswagen, type Touareg R-line, te voorzien van een valse kentekenplaat,
  • de Volkswagen, type ID7 Tourer GTX, te voorzien van valse kentekenplaten en van een vals chassisnummer, althans een chassisnummer dat niet bij dit voertuig hoort, en
  • de Volvo, type XC60 D4, te voorzien van valse kentekenplaten,
terwijl hij en zijn mededaders wisten dat die voorwerpen - onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren uit enig misdrijf;
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
3
hij omstreeks 26 februari tot en met 7 april 2025 te Drachten
- een Land Rover, type Range Rover,
voorhanden heeft gehad, terwijl hij en zijn mededader(s) ten tijde van het voorhanden krijgen van dit goed wist(en) dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

5.Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Eendaadse samenloop
De rechtbank is van oordeel dat met betrekking tot de feiten 1 en 2 sprake is van eendaadse samenloop als bedoeld in artikel 55, eerste lid, Wetboek van Strafrecht. Er is één feitencomplex, waarin de feiten zodanig met elkaar verweven zijn en in elkaar opgaan dat geoordeeld moet worden dat er één wilsbesluit aan ten grondslag ligt waarvan verdachte in wezen één verwijt wordt gemaakt.
Het bewezen verklaarde levert op:
Eendaadse samenloop van:
opzetheling;
witwassen;
en
3. opzetheling.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

6.Strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezenverklaarde feiten.

7.Strafmotivering

7.1
Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van de ten laste gelegde feiten wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 18 maanden.
7.2
Standpunt van verdachte
Verdachte heeft aangevoerd dat de door het Openbaar Ministerie gevorderde gevangenisstraf van 18 maanden naar zijn mening onredelijk en niet gerechtvaardigd is, nu hij stelt geen betrokkenheid te hebben gehad bij het ten laste gelegde. Hij voert aan dat hij nooit eerder met dergelijke strafbare feiten in aanraking is geweest, dat hij naar Nederland is gekomen om te werken en een bestaan op te bouwen en dat hij in de afgelopen zeven jaar een stabiele klantenkring heeft opgebouwd. Voorts benadrukt verdachte dat hij geen financieel voordeel heeft genoten, slechts anderen heeft willen helpen en dat hij aanzienlijke verplichtingen heeft, onder meer ten aanzien van zijn huur. Een langdurige detentie acht hij daarom niet passend
7.3
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting en de rapportage van de reclassering, het uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
De rechtbank stelt voorop dat verdachte zich gedurende ten minste een maand samen met anderen op een geraffineerde en planmatige wijze heeft schuldig gemaakt aan het witwassen en helen van meerdere voertuigen. Deze voertuigen, met een totale waarde van om en nabij de 1,5 miljoen euro, zijn in de loods(en) onder meer voorzien van valse kentekens en chassisnummers. Verdachte heeft daaraan een wezenlijke bijdrage geleverd en fungeerde als een belangrijke schakel binnen een criminele afzetmarkt voor gestolen voertuigen. Door deze handelwijze is aanzienlijke financiële schade veroorzaakt en is het vertrouwen in het handelsverkeer en in voertuigdocumenten ernstig geschaad.
Verdachte heeft ter terechtzitting geen openheid van zaken gegeven, hetgeen erop duidt dat hij geen inzicht toont in het laakbare van zijn handelen of in de schadelijke gevolgen daarvan voor zowel individuele benadeelden als de maatschappij als geheel.
De rechtbank houdt er rekening mee dat verdachte niet eerder is veroordeeld voor strafbare feiten. Gelet op de ernst en omvang van de feiten, de professionele werkwijze en het aantal voertuigen dat betrokken is bij het criminele proces, is de rechtbank van oordeel dat in beginsel een forse onvoorwaardelijke gevangenisstraf passend is. Alles afwegende acht de rechtbank een gevangenisstraf van aanzienlijke duur passend en geboden. Conform de eis van de officier van justitie zal de rechtbank een gevangenisstraf van 18 maanden opleggen met aftrek van de tijd die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht. Anders dan de officier van justitie zal de rechtbank hiervan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren opleggen. Het voorwaardelijke deel dient als een duidelijke waarschuwing aan verdachte zich in de toekomst van soortgelijke strafbare feiten te onthouden.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan verdachte voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering.

8.Inbeslaggenomen goederen

8.1
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de inbeslaggenomen goederen verbeurd te verklaren.
8.2
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich, gelet op de bepleite vrijspraak, op het standpunt gesteld dat het in beslag genomen geldbedrag moet worden teruggegeven aan verdachte.
8.3
Oordeel van de rechtbank
Teruggave geldbedrag aan verdachte
De rechtbank zal teruggave gelasten aan verdachte van het in beslag genomen geldbedrag, te weten 250,00, nu dit geldbedrag niet in verband kan worden gebracht met strafbaar handelen en evenmin gronden aanwezig zijn tot verbeurd verklaring.
Bewaring ten behoeve van rechthebbenden
De rechtbank kan op basis van de bewijsmiddelen niet vaststellen dat de voorwerpen met nummer 1 tot en met 6 aan verdachte toebehoren. De rechtbank ziet geen grond voor verbeurdverklaring of onttrekking aan het verkeer van deze voorwerpen. De rechtbank gelast daarom de bewaring van deze voorwerpen ten behoeve van rechthebbenden.
de personenauto van het merk Land Rover Range Rover met kenteken [kenteken] ;
de personenauto van het merk Mercedes-Benz, AMG G63, met kenteken [kenteken] ;
de personenauto van het merk Volkswagen, type Touareg, met kenteken [kenteken] ;
de personenauto van het merk Volkswagen, type GTX, met kenteken [kenteken] ;
de personenauto van het merk Mercedes Benz, type Brabus, zonder kentekenplaat.
de personenauto van het merk Land Rover Range Rover met kenteken [kenteken] .

9.Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 36b, 36d, 47, 55, 57, 350d, 416, 420bis van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.
Uitspraak
De rechtbank
Verklaart het onder 1, onder 2 primair en onder 3 ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:
een gevangenisstraf voor de duur van 18 maanden.
Bepaalt dat van deze gevangenisstraf (
een gedeelte, groot 6 maanden), niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond dat de veroordeelde zich voor het einde van een proeftijd, die hierbij wordt vastgesteld op 2 jaren, aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Gelast de teruggaveaan verdachte van de in beslag genomen en nog niet teruggegeven geldbedrag ad 250,00.
Gelast de bewaringvan de volgende in beslag genomen voorwerpen ten behoeve van de rechthebbende(n):
de personenauto van het merk Land Rover Range Rover met kenteken [kenteken] (goednummer PL0100-2025051142-1805645);
de personenauto van het merk Mercedes-Benz, AMG G63, met kenteken [kenteken] (goednummer PL0100-2025051142-1805647);
de personenauto van het merk Volkswagen, type Touareg, met kenteken [kenteken] (goednummer PL0100-2025051142-1805649);
de personenauto van het merk Volkswagen, type GTX, met kenteken [kenteken] (goednummer PL0100-2025051142-1805651);
de personenauto van het merk Land Rover Range Rover met kenteken [kenteken] (goednummer PL0100-2025051142-181).
Dit vonnis is gewezen door mr. M.A.M. Wolters, voorzitter, mr. A. Jongsma en mr. C. Brouwer, rechters, bijgestaan door mr. M. Raven, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 1 december 2025.
1. Proces-verbaal van bevindingen, d.d. 27 februari 2025, p. 29 e.v.
2 Proces-verbaal van bevindingen, d.d. 27 februari 2025, p. 325 e.v.
3 De processen-verbaal waarnaar wordt verwezen, zijn opgenomen in het dossier van de Politie Noord-
Nederland met nummer 2025051277 d.d. 22 april 2025. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
4 p. 127- p. 129 en de daarbij behorende bijlagen.
5 p. 40.
6 p. 127 p. 128 en de daarbij behorende bijlagen.
7 De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 3 november 2025.
8 p. 194 e.v.
9 p. 273 e.v.
10 p. 296.
11 p. 215 e.v.
12 p. 127 e.v.
13 p. 220 p. 221.
14 p. 221 e.v.
15 p. 547 e.v.
16 p. 287.
17 p. 287.
18 p. 283.
19 De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 3 november 2025.
20 p. 325 e.v.
21 p. 349 e.v.
22 p. 73 e.v.
23 p. 549 e.v.