ECLI:NL:RBNNE:2025:4890
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- O.J. Bosker
- H. Schuth
- C. Brouwer
- Rechtspraak.nl
Ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel in strafzaak tegen veroordeelde voor diefstal
Op 2 december 2025 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een veroordeelde, die betrokken was bij diefstal van auto's en auto-onderdelen. De officier van justitie had op 6 januari 2025 een vordering ingediend tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel, waarbij aanvankelijk een bedrag van 84.497,93 euro werd gevorderd. Tijdens de zitting op 18 november 2025 werd dit bedrag bijgesteld naar 14.766,57 euro. De rechtbank heeft de veroordeelde vrijgesproken van enkele diefstallen, maar heeft de schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel gebaseerd op de bewezenverklaarde diefstallen. De rechtbank concludeerde dat de veroordeelde slechts 20% van het voordeel had genoten, wat resulteerde in een vaststelling van het wederrechtelijk verkregen voordeel op 2.949,40 euro. De rechtbank legde de veroordeelde de verplichting op om dit bedrag aan de staat te betalen. Tevens werd de duur van de gijzeling vastgesteld op maximaal 39 dagen. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en werd openbaar uitgesproken.